In heel Vlaanderen ruimde het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) vorig jaar 1.378 ton afval langs Vlaamse gewest- en autosnelwegen. Dat is een stijging van 2.6% tegenover 2021. Om dat probleem aan te pakken zijn er sinds vorig jaar 12 gewestelijke toezichthouders die overtreders waarschuwen of verbaliseren. Dat moet ervoor zorgen dat er minder sluikstort is.

Het is de taak van de toezichthouders om vervuilers te betrappen op heterdaad of hen te identificeren tijdens het doorzoeken van het afval. AWV wil voortaan in iedere provincie 46 handhavingsacties per jaar organiseren.

“Na al die jaren sensibiliseren, blijft sluikstort een hardnekkig maatschappelijk probleem, ook op onze parkings. Het opruimen van dat afval kost bovendien handenvol geld”, zegt Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken Lydia Peeters.

“Enkel al voor 2022 komt de opruim- en verwerkingskosten voor afval langs onze gewest- en autosnelwegen op 3,8 miljoen euro. Iedereen draait mee op voor het asociaal gedrag van enkele individuen en dat is een heel spijtige zaak.”

Snelwegparking Brecht zwart punt

In de provincies Antwerpen en Oost-Vlaanderen zijn die kosten het grootst. In Antwerpen werd vorig jaar 500 ton sluikstort verzameld, goed voor ruim 1,13 miljoen euro aan kosten. In Oost-Vlaanderen ging het om 256 ton. Die verzamelde rommel opruimen kostte de overheid 861.046 euro.

Het meeste afval wordt achtergelaten op plaatsen langs de grote wegen met weinig sociale controle zoals carpoolparkings of op weinig zichtbare plaatsen langs drukke verkeersassen, zoals onder bruggen of langs dienstwegen, tussen op- en afritten. Een gekend zwart punt in de provincie Antwerpen is de snelwegparking in Brecht.

Naast handhaving op het terrein, sensibiliseert de Vlaamse wegbeheerder ook samen met partners als Mooimakers rond de sluikstort- en zwerfvuilproblematiek. Mooimakers is het Vlaamse initiatief tegen zwerfvuil en sluikstort van de OVAM, Fost Plus en de VVSG.