“Hij rijdt twee per uur te snel voor ons”: hoe Pogacar Van Aert en co degradeerde op de Oude Kwaremont

‘s Avonds laat gooide Tadej Pogacar na zijn zege in de Ronde van Vlaanderen nog zijn Strava-file online. Daarbij geen inzage in zijn wattages of hartslaggegevens tijdens de koers, wel in een reeks toptijden op de hellingen waar de Sloveen het verschil maakte. Vorig jaar had iedereen er het raden naar hoe snel hij de Oude Kwaremont op had gereden - inclusief Pogacar zelf, want hij was z’n fietscomputer al vroeg in de koers kwijtgespeeld. Dit jaar kennen we zijn tijden wél op de Oude Kwaremont en de Paterberg.

Vooral de tweede beklimming van de Oude Kwaremont springt in het oog. Daar gooide Pogacar zijn eerste bom in een poging om dichter te komen op het groepje schaduwfavorieten dat op de Molenberg was weggeslopen. Ploegmaat Mikkel Bjerg zette de tweevoudige Tourwinnaar met 48,9 km/u af aan de voet, waarna de Sloveen snoeihard overnam. Op het steilste stuk net voor het Kwaremontplein zakte de snelheid van Pogacar nooit onder de 20 km/u. Bij Van Aert was dat wel het geval - over Van der Poel zijn er bij gebrek aan Strava-file geen gegevens bekend.

Wat wel vaststaat: na het steilste stuk herlanceerde Pogacar zich vanaf het Kwaremontplein weer - met een korte pieksnelheid van 40 km/u tot gevolg. Over de volledige klim (2,1 km aan gemiddeld 4,4%) klokte Pogacar af op 3 minuten en 47 seconden. Daarmee deed hij 12 seconden beter dan Kasper Asgreen in de Ronde van vorig jaar, de Deen blies zich toen helemaal op in een poging de Sloveen te volgen, die toen zoals gezegd zijn fietscomputer was verloren. Wout van Aert rondde bij de tweede doortocht dit jaar trouwens de top in 4:01, daarmee gaf hij 14 tellen toe op Pogacar.

Relatief gezien deed Pogacar bij de tweede passage op de Oude Kwaremont zes procent beter dan Van Aert. Op vlak van gemiddelde snelheid reed Pogacar 1,9 kilometer per uur sneller dan Van Aert (32,6 km/u versus 30,7 km/u). Bij de derde doortocht was het verschil nog groter. Van Aert bleef daar steken op 4:34, terwijl Pogacar een 4:03 uit z’n kuiten schudde. Qua snelheid bleef onze landgenoot op een gemiddelde van 27 km/u steken, terwijl de Sloveen 30,4 km/u realiseerde. Relatief gezien is dat een verschil van maar liefst 12 procent. Het doet allemaal een beetje denken aan Frans Verbeeck die na een tweede plaats achter Merckx ooit uitriep: “Hij rijdt 5 km/u te snel voor ons.”

3 minuten en 47 seconden en 4 minuten en 3 seconden: groot was het verval niet voor Pogacar tussen de tweede en de derde doortocht op de Oude Kwaremont. Ook op de Paterberg zat er weinig verschil tussen de twee passages van Pogacar. De Sloveen spreidde zijn krachten dus nagenoeg perfect. Bij zijn eerste beurt klokte hij op de top van de Pater af in 1 minuut en 12 seconden. Bij de tweede en laatste keer ging hij naar boven in 1 minuut en 14 seconden.

Daarmee was hij op de 360m lange helling (gemiddeld 11 procent) goed voor een gemiddelde snelheid van net geen 18 km/u. Het resulteerde wel niet in een besttijd op Strava, logisch gezien de zware omstandigheden. Met frisse benen halen de betere profs om en bij de 50 seconden op de Paterberg. Ter vergelijking Van Aert z’n Strava-tijden op de Paterberg: 1:15 en 1:20.

Verder nog het vermelden waard: Pogacar reed tussendoor een 10de tijd ooit op de Koppenberg en zijn uitloper. Op de steilste gedeeltes van 22 procent zakte de snelheid bij de Grote Drie even terug naar 9,8 kilometer per uur, meteen erna ging het op de vlakke uitloper alweer naar 43 km/u per uur. Nog iemand die eraan twijfelt of het hard ging in de voorbije Ronde van Vlaanderen?