Boudewijn I (graaf van Vlaanderen) en Judith van West-Francië, afgebeeld in 'Flandria Illustrata' van Antonius Sanderus (1641)

UGent maakt grote vorderingen in onderzoek naar allereerste gravin van Vlaanderen

Een multidisciplinair team van de UGent heeft opvallende resultaten geboekt in een onderzoek naar de allereerste gravin van Vlaanderen. Dat kwam er na opnames van het tv-programma "Het verhaal van Vlaanderen." Daarin was er bijzondere aandacht voor Judith van West-Francië, de allereerste gravin van Vlaanderen. Zowat 20 jaar geleden werden beenderen opgegraven die aan haar toegeschreven worden. Maar de hypothese is nooit grondig onderzocht, tot nu dus. "We weten nog niet zeker of zij het is, maar er zijn nu almaar minder elementen die dat tegenspreken", zegt professor Steven Vanderputten. 

De derde aflevering van het populaire tv-programma “Het verhaal van Vlaanderen” focuste helemaal op de vroege middeleeuwen in onze regio. De makers kozen ervoor om brede aandacht te geven aan Judith van West-Francië uit de 9e eeuw. De adellijke vrouw was de allereerste gravin van Vlaanderen. Tom Waes trok voor opnames naar Gent, waar 20 jaar geleden opgravingen waren aan het Sint-Pietersplein. Archeologen vonden er stoffelijke resten die door twee historici aan Judith van West-Francië werden toegeschreven. Die these werd nooit grondig onderzocht, tot de tv-opnames alles in een stroomversnelling brachten. 

"Het gaat om een boude hypothese waar tot nu toe weinig bewijs voor was", verklaart professor middeleeuwse geschiedenis Steven Vanderputten van de UGent. "Er zijn na de opgravingen enkele basisonderzoeken gebeurd", bevestigt stadsarcheoloog Geert Vermeiren. Het is pas tijdens de opnames dat het idee ontstond om de these opnieuw te bekijken met een multidisciplinair team. "Ik heb een paar dagen met het idee rondgelopen voor ik het heb voorgelegd. Iedereen was meteen enthousiast", zegt Vanderputten. 

"Enkele leuke skeletjes"

Vanderputten dook in historische bronnen op zoek naar alle informatie die hij over Judith kon vinden. "Het was belangrijk om een zo volledig mogelijk beeld te vormen van de vrouw.  Zo kregen de experten die labo-analyses zouden doen input om verder te werken. Judith is opgegroeid in Noord-Frankrijk en is dan naar Zuid-Engeland verhuisd. Ze is daar twee keer uitgehuwelijkt en telkens weduwe geworden. Ze is teruggekeerd naar deze regio en is er getrouwd. Ze kreeg twee zonen in Vlaanderen. Waar en wanneer ze overleden is, weten we niet."

Professor bio-antropologie Isabelle De Groote en haar onderzoeker Jessica Palmer onderzochten de stoffelijke resten. "Ik kreeg via een berichtje de vraag van de professor of ik enkele leuke skeletjes wilde onderzoeken", herinnert Palmer zich nog. "We hebben alle dozen uit het archeologisch depot van De Zwarte Doos ingeladen, ook de resten die aan Judith worden toegeschreven, en zijn naar het labo gegaan voor nieuw onderzoek. Daar is het wel een beetje uit de hand gelopen", lacht ze. 

BEKIJK - Zijn dit de stoffelijke resten van Judith?

Videospeler inladen...

Tandringen en rugproblemen

"We zijn begonnen bij het begin. Aan de vorm van de heup van het skelet konden we vaststellen dat het inderdaad om een vrouw ging. Daarna hebben we gekeken naar de tanden. Bij kinderen groeien de volwassen tanden onder melktanden in de kaak. We kunnen de groeiringen van de tanden onderzoeken en daar informatie uit halen. Je kan het vergelijken met de groeiringen van een boom. Als de groei van de tand stokt, zien we een lijn. Meerdere lijnen wijzen op periodes van stress in een kinderleven, bijvoorbeeld door ziekte. We kunnen dus aan een tand zien hoe de kindertijd verlopen is", legt professor De Groote uit. De tanden van het skelet dat aan Judith toegeschreven wordt, vertonen geen sporen van stress. "Ze heeft een heel goede jeugd gehad, dat zie je meteen." 

© UGent - bio-antropologen onderzoeken het skelet om de leeftijd, het geslacht en mogelijke ziektes te bepalen

Ook de leeftijd en de leefwijze kunnen bepaald worden met enkele onderzoeken. "We stelden vast dat het skelet toebehoorde aan iemand tussen de 35 en de 65. We weten niet hoe oud Judith is geworden, wel dat ze dus twee kinderen kreeg. De leeftijd kan kloppen", gaat Palmer verder. Zij ging ook kijken naar ziektebeelden. "Ze had slechte tanden, dat is wel zeker. Ze kon niet alles goed kauwen. Ze liep scheef met een kromme rug en compenseerde dat door meer druk te zetten op haar benen. Ze had erg ontwikkelde beenspieren. De gezondheidsproblemen zijn niet uitzonderlijk voor die tijd, de medische zorg stond nog niet ver. Ook mensen van adel konden er last van hebben."

De verdwenen kaak

De onderzoekers hebben maandenlang gewerkt met de resten die ze uit het archeologisch depot hadden meegenomen. "Het skelet dat aan Judith werd toegeschreven, is niet volledig. We hebben de helft teruggevonden. Vooral de tanden zijn heel erg belangrijk om ook verder chemisch onderzoek te kunnen doen, en ook omdat ze het best bewaarde DNA bevatten. Bij het skelet was de onderkaak echter zoekgeraakt", vertelt professor De Groote. "Een mens heeft 206 botjes. Je hebt ze niet allemaal nodig om een goed beeld te krijgen, maar de tanden zijn belangrijk. Ze zijn het enige deel van het skelet dat in rechtstreeks contact is met de buitenwereld", zegt Palmer. 

© Jessica Palmer - kaakbeen wordt gescand door speciale machine

"Er bestonden foto’s van die kaak, maar we konden ze nergens terugvinden", verklaart stadsarcheoloog Geert Vermeiren. "Even sloeg de paniek wel toe. We hebben contact opgenomen met alle mensen die de beenderen ooit hebben onderzocht en de kaak is gelukkig opnieuw opgedoken. Ze was achtergebleven in een ander archief."

Diamantboor en chemische analyses

De tanden uit de onderkaak maakten het onderzoek makkelijker. De bio-antropologen konden chemische analyses uitvoeren. "Ik heb een paar milligram glazuur van de tanden gehaald met een kleine diamantboor, je kan dat met het blote oog niet zien", vertelt Palmer. In het labo zijn dan strontiumwaarden gemeten. "Ze vertellen waar iemand gewoond heeft. Strontium zit in het grondwater en komt via het eten in de tanden terecht. Het laat bepaalde waarden na die we zelfs na 1.000 jaar nog kunnen meten. We hebben de waarden van Noord-Frankrijk en Zuid-Engeland erbij gehaald en vergeleken met de waarden in de tanden. We zien een kleine shift die op een verhuis kan wijzen. De beide waarden liggen wel dicht bij elkaar, dus helemaal zeker is het niet", zegt Palmer nog. 

© UGent - onderzoeker Jessica Palmer neemt bot- en tandstalen in het labo

"Op dit moment zijn we ook de zuurstofwaarden aan het vergelijken. Die kunnen ons vertellen hoe ver mensen van de zee hebben gewoond. Het zal ons hopelijk nog een beter beeld geven. Dat kunnen we dan opnieuw aftoetsen met professor Vanderputten. Zo is er eigenlijk een constante wisselwerking", benadrukt De Groote. 

Whatsappen over middeleeuwse schoenen

"Het is net die wisselwerking die dit onderzoek – ook voor ons – erg bijzonder maakt. Uiteraard zijn er af en toe samenwerkingen, maar niet op deze schaal. Vaak ontdekte ik zaken in bronnen die ik dan doorspeelde aan de bio-antropologen. Dat gebeurde ook omgekeerd. Dan kreeg ik plots een Whatsapp-bericht met de vraag welke schoenen een vrouw in de middeleeuwen droeg", lacht professor Vanderputten. "De info werd altijd gecheckt, in de bronnen, of op het skelet. De hypothese dat het skelet van Judith is, houdt tot onze verbazing nog altijd stand. Normaal gezien wordt in dergelijke onderzoeken al heel snel duidelijk dat een bepaald idee niet langer houdbaar is, hier is dat dus niet zo. De kans wordt enkel groter. Maar zeker is het nog lang niet, we gaan eigenlijk nog altijd uit van het tegendeel. Enkel een DNA-analyse kan nog meer prijsgeven."

© Ward Schouppe - professor Steven Vanderputten en onderzoekster Jessica Palmer bekijken middeleeuwse boeken

Het DNA van Karel de Grote

Hoe gaat het onderzoek nu verder? De Groote en Palmer wachten op de DNA-resultaten van het skelet. "Op basis daarvan zullen we de haar- en oogkleur van de persoon kunnen bepalen. En, we kunnen ook verwantschap met andere mensen onderzoeken. Er zijn op de plek waar dit vrouwelijke skelet is gevonden nog 6 andere lichamen opgegraven, onder meer vier kinderen", zegt De Groote. "Uit historische bronnen weten we dat nazaten van Judith later in de buurt begraven zijn, onder meer haar zoon en zijn vrouw. De locatie is dus heel bijzonder. Als er dus verwantschap is, dan wordt de kans dat het écht om Judith gaat enkel nog groter", benadrukt Vanderputten. 

Een DNA-analyse laat ook toe om met erfelijk materiaal te vergelijken van mogelijke voorouders. “We weten dat Judith de achterkleindochter was van Karel de Grote. Zijn skelet is mogelijk ook bewaard. Er zijn stoffelijke resten die aan hem worden toegeschreven die nu in de Dom van Aken in Duitsland bewaard worden. Karel is heilig verklaard en de resten worden beschouwd als relikwieën. Het is - voor alle duidelijkheid - een piste waar we zelf niet op inzetten", benadrukt professor Vanderputten. 

© Pixabay - reliekschrijn van Karel de Grote in Aken

De resten die aan Karel de Grote worden toegeschreven, zijn ooit kort onderzocht. Daaruit bleek dat ze toebehoren aan een lange man, zoals Karel ook beschreven werd. Het kan dus om hem gaan. Als er dan nog bruikbaar DNA te vinden valt, is een match zoeken mogelijk. Al lijkt dat een doodlopend spoor. 

Het aartsbisdom benadrukt dat DNA van een heilige krijgen geen sinecure is. "Er moet contact opgenomen worden met het bisdom in Aken. Zij beslissen uiteindelijk of het kan of niet. Er moet een lijvig dossier opgesteld worden en een formele vraag, het best in een brief. Als er echte opgravingen moeten gebeuren, acht ik de kans heel onwaarschijnlijk. Je weet maar nooit, mogelijk zijn er toch eerder al stalen genomen..." 

Wat als het Judith niet is?

De onderzoekers hebben tot nu toe nog geen elementen gevonden die zeggen dat de stoffelijke resten niet van Judith zijn, maar benadrukken dat er ook nog altijd vraagtekens blijven. “Honderd procent zeker zullen we het misschien wel nooit zijn. Het kan nog altijd om iemand anders gaan. Het moet dan wel iemand heel bijzonder zijn, van heel hoge adel zijn, met veel aanzien, een hofdame uit de directe entourage van Judith bijvoorbeeld. Als het Judith zelf niet is, is het zeker iemand die haar gekend heeft”, besluit Vanderputten. 

Het onderzoek loopt dus verder. Op Erfgoeddag (23/04) is er een publiekslezing over de bevindingen. Historische Huizen van stad Gent plant later een tentoonstelling over de vondsten op het Sint-Pietersplein én de nieuwe inzichten. Judith zal er een centrale rol krijgen. Je leest nu al meer over het onderzoek op de website van de UGent

Meest gelezen