De afgelopen vijf jaar hebben in België 45% meer werknemers een fietsvergoeding gekregen van hun werkgever en 13% meer dan vorig jaar. Ruim een vijfde van de werknemers ontvangt nu zo’n vergoeding om met zijn stalen ros naar het werk te rijden. Dat blijkt uit een analyse van hr-dienstenbedrijf Acerta op basis van de gegevens van 260.000 werknemers en 40.000 bedrijven.

Een kwart van alle bedrijven keert op dit moment al fietsvergoedingen uit. Dat zijn er 27% meer dan vijf jaar geleden. En bedrijven in de provincie Antwerpen zijn volgens Acerta Belgisch kampioen in het toekennen van zo’n vergoeding: ruim een op de vier Antwerpse werkgevers geeft een fietsvergoeding. Ter vergelijking: in West-Vlaanderen ligt dat op 24,3%, in Oost-Vlaanderen op 23,2%, in Vlaams Brabant op 22,9% en in Limburg op 20,2%. Opvallend: in Brussel en Wallonië worden er veel minder vergoedingen gegeven én gevraagd.

Uit eerdere cijfers van Acerta bleek ook al dat de provincie Antwerpen de meeste werknemers telt die met de fiets naar het werk pendelen. 32% van de Antwerpse werknemers ontvangt daar een vergoeding voor.

Ook in de toeristische sector

Vanaf 1 mei krijgen alle werknemers in de privé het recht om zo’n fietsvergoeding te vragen. Tot op vandaag mag dat niet in bepaalde sectoren, zoals de banksector of de toeristische sector. Eerder dit jaar paste de Nationale Arbeidsraad daar een mouw aan door nieuwe regels in de zogenaamde collectieve arbeidsovereenkomst (cao) 164 te gieten.

Het gemiddeld bedrag dat fietsende werknemers ontvangen is de laatste vijf jaar ook toegenomen, van 34,9 euro per maand tot 42,8 euro per maand. En dat bedrag stijgt nog. Wie naar het werk fietst, verdient nu nog gemiddeld 0,24 euro per afgelegde kilometer. Volgens de nieuwe cao komt de vergoeding door de indexatie op 0,27 euro per kilometer.

Volgens mobiliteitsexperte Karolien Van Herpe van Acerta Consult is de uitbreiding van de fietsvergoeding een goede zaak. “Dit zal meer werknemers extra rugwind geven om tussen woonst en werk de fiets te gebruiken. We zien dat bedrijven hun werknemers steeds meer willen sturen richting duurzame mobiliteit. We verwachten dus dat de cijfers van de fietsvergoedingen nog verder zullen stijgen na 1 mei.”

Al zullen er volgens Van Herpe steeds bedrijven zijn waar niemand fietst. “De populariteit van de fiets in het woon-werkverkeer hangt van verschillende factoren af: is het traject vlak, is er een goede fietsinfrastructuur, is de afstand haalbaar, moet de werknemer materieel of uitrusting vervoeren, enzovoort.”

Niet voor steps

De verplichte fietsvergoeding die opgenomen is in de nieuwe cao geldt voor de effectief met de fiets gereden kilometers in het woon-werktraject, met een maximum van twintig kilometer enkel per dag. E-bikes en speedpedelecs komen in aanmerking voor deze fietsvergoeding, steps, hoverboards en monowheels niet.