REACTIES. Alderweireld: “Dat ik nu al mijn eerste prijs pak met Antwerp, stemt me uitermate tevreden”, Defour: “We misten leiderschap”

Toby Alderweireld (34) is niet alleen een uitstekende verdediger, hij is ook een mooie mens. De ex-Rode Duivel vroeg na de bekerfinale aan Faris Haroun (37) – zijn voorganger als aanvoerder – om de cup mee in de lucht te steken. Alderweireld, een man die toch al één en ander heeft meegemaakt in het voetbal, genoot zichtbaar van dat moment.

“Het is makkelijk om te zeggen dat je wil meedoen voor de prijzen. Maar als het dan ook echt lukt, is dat gewoon fantastisch”, glunderde de geboren Antwerpenaar na de bekerwinst. “Het feit dat je iets kan winnen voor je eigen stad maakt het extra mooi. En dat zeg ik niet om populair te doen. Bovendien doet het me iets om samen met deze ploegmaats deze beker te pakken. Dit is de tofste groep waar ik ooit deel van heb mogen uitmaken, schitterende gasten allemaal. Iedereen werkt superhard voor het team. Die instelling is één van onze grote kwaliteiten.”

Met de beker op zak kan Antwerp straks vol vertrouwen de play-offs ingaan. Wie weet wat er dan nog allemaal mogelijk is? “Dit succes smaakt naar meer, zoveel is duidelijk”, gaf Alderweireld aan. “Vandaag mogen we genieten, maar woensdag beginnen we alweer aan de play-offs. We gaan niet meedoen om zomaar mee te doen. Er staan nog twee ploegen voor ons en daar hebben we respect voor. Tegelijk zijn we ambitieus. We zien wel wat er nog van kan komen.”

Iets verderop zat ook die andere oer-Antwerpenaar Ritchie De Laet (34) te glunderen. “Deze bekerzege is anders dan die van drie jaar geleden”, aldus De Laet. “In 2020 waren er omwille van corona geen supporters in het stadion, terwijl we nu wél samen kunnen vieren. Het werd geen mooie finale, maar dat kan ons niet schelen. Finales zijn nooit mooie matchen, finales zijn er om gewonnen te worden. Nu gaan we even vieren, zonder het te laat te maken. Woensdag wacht ons al een match tegen Union.” Het mag duidelijk zijn dat Antwerps honger nog steeds niet gestild is.

“Verdedigend stond het goed”, opende Defour de persbabbel. “We wisten dat Antwerp veel kwaliteit had met hun lopende spelers. Alderweireld kan de bal dan ook achter de verdediging leggen. Maar het klopt dat we présence en leiderschap misten. Op momenten waren we veel te zenuwachtig en hebben we ballen te snel weggetrapt. Als we iets meer durf aan de dag konden leggen, was er wel wat mogelijk geweest. We konden te weinig gewicht in de schaal werpen.”

Hoe ik zelf terugblik op het seizoen? (denkt even na) “Bij mij aanstelling was de eis van het bestuur: ‘Probeer ons te redden.’ Dat heb ik gedaan. In de eerste thuismatchen met vlot en vloeiend voetbal. Nadien is gebleken dat we - vooral in uitwedstrijden dan - verdedigende kwaliteiten en leiderschap misten.”