Direct naar artikelinhoud
NieuwsPolitiek

Conner Rousseau in 1 mei-toespraak: ‘De rijkste mens ter wereld ziet België als een fiscaal paradijs’

Conner Rousseau.Beeld Maxime Petit

Vooruit-voorzitter Conner Rousseau heeft tijdens zijn 1 mei-toespraak in Leuven opnieuw gepleit voor minder lasten op arbeid. ‘Is daar geen geld voor, zoals ik al jaren hoor? Een groot deel van het fortuin van de rijkste mens ter wereld (zakenman Bernard Arnault, nvdr) zit in België.’

Rousseau nam al vrij snel in zijn speech de Vlaamse regering op de korrel. “Als er twee woorden passen bij het Vlaanderen van de laatste 10 jaar is het stilstaan en achteruitgaan. Veel ouders vrezen dat hun kinderen het minder goed gaan hebben dan zijzelf. Jongeren vrezen voor hun pensioen, het klimaat en hun welvaart. Is dat omdat er geen oplossingen zijn? Of is dat omdat de politiek vandaag niet werkt en te veel bezig is met zichzelf?”

“Almaar ruzie: Vlaanderen tegen België. Vlaanderen tegen Brussel. Brussel tegen Vlaanderen. Werkgevers tegen de werknemers. Iedereen verdedigt precies alleen nog de belangen van zijn eigen clubje, maar wie verdedigt nog het algemeen belang? Wij doen niet mee aan al die zever. Willen we niet in een extreemrechtse horrorfilm terechtkomen, dan moet de politiek tonen dat ze wel nog problemen kan oplossen.”

“Werken moet méér lonen”

Rousseau maakt zich grote zorgen over de kwaliteit van het onderwijs. “In de eerste plaats moeten we inzetten op een betere kennis van het Nederlands. We moeten meer investeren in de eerste jaren van het kind in het kleuter - en basisonderwijs, zodat die klassen kleiner worden en een kleuterjuf weer tijd heeft om les te geven.”

Werken moet ook méér lonen, meent de Vooruit-voorzitter. “De loonnormwet zoals die vandaag is, moet weg. Wij willen niet alleen dat de lonen van de mensen stijgen, wij willen ook dat de mensen netto meer overhouden van dat loon en dus dat de lasten op werk dalen.”

“Ik hoor dan altijd zeggen dat daar geen geld voor is, maar is dat zo? De rijkste mens ter wereld woont niet in Zwitserland, niet in Monaco en niet in de Bahama’s, maar in België. Een groot deel van zijn fortuin zit hier, in Belgische vennootschappen op de Louizalaan in Brussel. Hij bracht zijn geld niet naar hier omdat hij zot is van Niels Destadsbader, maar omdat hij België ziet als een fiscaal paradijs.”

Daarnaast kwam ook zijn nieuwste paradepaardje aan bod: elke werkzoekende zou na twee jaar werkloosheid een basisbaan moéten aanvaarden. “Alle reacties op dit voorstel waren voorspelbaar, maar die zullen ons niet tegenhouden. Op deze manier beschermen we mensen tegen armoede en helpen we hen echt vooruit.”

Tot slot vroeg Rousseau nog een groot applaus “voor de Deborahs van deze wereld”. “Medewerkers van Delhaize leven in grote onzekerheid omdat ze niet weten wat er met hen gaat gebeuren. Aan de top van Delhaize heb ik nog een boodschap: Ik begrijp dat je de toekomst van je bedrijf wil verzekeren, maar wil je alsjeblief ook de toekomst van je eigen mensen verzekeren?”