De StandaardMobiliteit

Waarom de fiets in Brussel nog lang geen koning is

In Schaarbeek trokken tegenstanders van het circulatieplan verkeersborden uit de grond.© belga

Gesaboteerde verkeersborden en gejoel op gemeenteraden … Het gaat hard met het protest tegen het Brusselse mobiliteitsplan Good Move. De tegenstand is divers, kop van Jut zijn Ecolo en Groen: ‘Weg met de groene dictatuur!’

Hans Vandecandelaere

Good Move is het mobiliteitsplan dat Brussel richting een autoluwe toekomst moet loodsen. Vooral de circulatieplannen kapen daarbij de aandacht. Die moeten tegen 2030 vijftig autoluwe wijken creëren door doorgaand verkeer te ­weren en alleen bestemmingsverkeer toe te laten. Met de uitrol van die eerste autoluwe wijken ontstond afgelopen zomer het protest. In Kuregem werden verkeersborden overschilderd en betonblokken verketterd, met als gevolg dat de testfase werd stopgezet. De ­gemeenteraden in Anderlecht en Schaarbeek zijn veranderd in een strijdtoneel, waarop betogers de zitting overstemmen en de politieke meerderheid wordt uitgejouwd en soms bedreigd. Schaarbeek voerde de politieaanwezigheid op. ‘Stemmen lukt ons nog, een sereen debat voeren niet meer’, zegt burgemeester ­Cécile ­Jodogne (Défi). ‘Dat is een gevaar voor de werking van de lokale ­democratie.’

Ook online wordt de strijd uitgevochten. Het Comité Non au Plan Good Move is een van de belangrijke platforms en is actief op een ­gewestelijk niveau. Daarrond draaien lokale comités, zoals die van Ganshoren of Brussel-Stad. Emoji’s van spierballen floreren op de pagina’s, de taal is er soms hard. Kop van Jut? Ecolo en Groen, met reacties als ‘Weg met de dictatuur van de Groene Khmer’ of ‘die aan kaviaar verslaafde groenen’.

De auto is de zondebok

Het verzet heeft meerdere ­gezichten. Een deel ervan bepleit zonder meer het recht op auto­gebruik. Ex-racepiloot Lucien Beckers stuurt vanuit zijn kantoor in Ukkel ‘L’Automobiliste en a marre’ aan, een Facebookgroep met ongeveer 43.000 volgers. Daarmee is hij een klankbord voor boze automobilisten. Op de vensterbank omlijst een verbodsbord het portret van Brussels minister van Mobiliteit Elke Van den Brandt (Groen).

Volgens Vias, het Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid, telde het Brussels gewest vorig jaar 21 overlijdens in het verkeer en 5.646 letselongevallen, maar voor Beckers wordt te snel naar de auto gewezen. ‘Automobilisten zijn vandaag dé zondebok. Akkoord met een zone 30 voor de schoolpoort, maar toch niet ’s avonds? Het dogma wil dat we onze snelheid moeten verminderen, maar je kunt toch niet naar nul doden gaan?’

Ook de gevolgen van luchtvervuiling door auto’s relativeert ­Beckers. ‘Je moet niet alles op de ­wagen steken. Boten op het kanaal en slecht geïsoleerde huizen vervuilen ook. Auto’s met verbrandingsmotoren worden bovendien steeds properder. Het is absurd om die af te schaffen. En als je in de stad komt wonen, dan weet je dat de lucht er slechter is.’

Volkswijken

In de Kanaalzone klinkt het discours van de tegenstanders ­anders. De verdediging van de auto krijgt er een maatschappelijker ­karakter. Daar zijn het vaak actieve (gekleurde) middenklassers die zich afzetten tegen wat ze de elite noemen en opkomen voor hun ‘volkswijken’. ‘We voelen ons opgesloten in onze wijken’, zegt sociaal assistent Younes El Abdi. Hij leidt een comité in Brussel-centrum, waar het circulatieplan de testfase overleefde en definitief werd. ‘We moeten omwegen maken om ons eigen huis te bereiken. De familie kan niet meer op bezoek komen. De zorgverleners raken minder vlot op hun bestemming en we kunnen onze ouders niet meer naar het ziekenhuis brengen.’

UCL-doctorandus en activist Martin Vander Elst verwoordt het extremer. In september schreef hij een onlinepamflet, waarvan enkele krachtlijnen nog nazinderen. De tekst is mee ondertekend door Bruxelles Panthères, een collectief dat actief is op het vlak van antiracisme en dekolonisatie. ‘In de ­arme volkswijken is de wagen een gemeenschappelijk goed’, stelt Vander Elst. ‘Hij wordt door families gedeeld om boodschappen te doen, bejaarden en zieken te transporteren of de kinderen van de buurman naar school te brengen. Alles wat je met een bakfiets niet kunt doen. De circulatieplannen willen dat sociale gegeven uitroeien. Ze zijn gedicteerd door een elite van witte, ecologische bobo’s die de locals willen heropvoeden.’

Vander Elst noemt ze racistische, koloniale missionarissen die de wijken willen gentrificeren. ‘Ze willen het leven van de authentieke bewoners zodanig ontmoedigen dat de mensen hun huizen verkopen en wegtrekken.’ Hij heeft het daarbij vooral op ingeweken ­Vlamingen gemunt.

Hoe polariserend ook, Vander Elst legt mogelijk een mentaliteitsverschil bloot. Dat ziet ook Vorstenaar Grégoire Legrain, die een petitie voor Good Move opstartte. ­‘Onder de 970 ondertekenaars zag je inderdaad veel Nederlandstalige namen en minder Turkse of Arabische’, zegt hij. ‘Vlamingen, maar ook veel Brusselse expats, brengen een grotere fietscultuur met zich mee. In de volkswijken hebben inwoners met een migratieachtergrond vaker een sterkere autocultuur. Dat geldt ook voor veel Franstalige Brusselaars tout court. In sommige Franstalige middens in Brussel wordt die Vlaamse invloed als invasief beschouwd.’

Stedelijke breuklijn

Om te weten hoe breed het protest wordt gedragen, ging VUB-student politicologie Cian De Greve op stap door Schaarbeek. Daar werd het circulatieplan voor de Berenkuilwijk onder protest ingetrokken en hielden twee andere plannen stand, een in de Azaleawijk bij het Josaphatpark en een ander op de heuvelrug rond de Haachtsesteenweg. De Greve nam 180 deur-aan-deurenquêtes af. Daarbij sprak 45,6 procent zich uit voor Good Move. Op wijkniveau scoort het plan het sterkst in de Azaleawijk, waar vooral rijkere, hoogopgeleide mensen wonen. De grootste tegenstand zit in de Berenkuil. ‘De wijkverschillen wijzen mogelijk op een stedelijke breuklijn’, analyseert De Greve. ‘Mensen met materiële ­noden liggen minder wakker van groene ruimtes, betere lucht en ­autoluwe straten. Ze hebben andere prioriteiten, zoals huisvesting of het kunnen betalen van de zorg. Omgekeerd zie je bij mensen die hun schaapjes op het droge ­hebben, meer openheid voor ­bredere levenskwaliteit in de stad. Als zij het circulatieplan bekritiseren, dan is dat vooral omdat ze bij de ­invoering het gebrek aan ­inspraak betreurden.’

‘Dat resultaat is herkenbaar voor mij’, reageert Wiet Vandaele van Heroes for zero, een vzw die ­ijvert voor nul verkeersdoden in Brussel. ‘Onder meer in de Berenkuilwijk hoorde ik vaak de reactie dat wij wakker liggen van het einde van de wereld en zij van het einde van de maand. Maar persoonlijk lig ik vooral wakker van verkeersveiligheid. Als mijn zoon met de fiets naar school gaat, dan vraag ik me af of hij het einde van de dag wel haalt.’

'Lafheid heeft jaren werk kapotgemaakt'

Joost Vandecasteele verhuist met zijn gezin naar Mechelen. Hij woonde sinds 1999 in Brussel. Op de nieuwssite Bruzz klonk hij afgelopen weekend bitter over zijn verhuis. ‘Ik kan geen kinderen grootbrengen in een laffe stad’, zei hij. Vandecasteele woont met zijn ­gezin in Anderlecht waar het verzet tegen Good Move de voorbije maanden ontaardde in geweld . Vandecasteele was altijd een fervente pleitbezorger van het gewestelijk mobiliteitsplan. Hij ziet met lede ogen de controverse aan die er de voorbije maanden rond Good Move is ontstaan, zegt hij aan De Standaard. ‘Er is hier een gevaarlijk anti-Vlaams sentiment gegroeid. De Nederlandstaligen worden neergezet als de oorzaak van de gentrificatie. Ze worden voorgesteld als een elite die de mensen in hun buurt wil opsluiten door auto’s te verbieden.’ 

Vandecasteele zegt verbijsterd te zijn door het gedrag van de politiek. ‘De PS en MR zijn altijd tweeslachtig geweest. MR-militanten waren aanwezig bij anti-Good Move manifestaties in Schaarbeek. De PS heeft Good Move goedgekeurd, maar plaatselijke mandatarissen spreken andere taal. Het ergste is de PVDA. In Anderlecht verspreidt die partij mee de complottheorie dat Good Move er enkel is om de gewone man te pesten. De groene schepen van Mobiliteit van Anderlecht kreeg doodsbedreigingen. De voorzitter van de PVDA/PTB veroordeelde dat niet. Hij sprak van een overwinning toen het plan werd ingetrokken.’ 

In februari werd een ouder koppel geslagen aan de voorlopig ­autovrije Anderlechtse Pierre Marchantbrug, omdat ze anti-Good Move activisten vroegen geen vernielingen aan te richten. ‘Ook die agressie werd niet veroordeeld door de lokale politiek. Het werd zelfs op het randje af van toegejuicht. Daarom heb ik nu het idee van “laat maar”. Als mensen die ik liefheb in gevaar dreigen te komen, dan ben ik weg. De lafheid van de politiek heeft jaren werk kapotgemaakt.’ (me)  

Hoe polariseert Good Move het samenleven in Brussel? Met die vraag trok auteur Hans Vandecandelaere de voorbije maanden door de hoofdstad. Het resultaat hiervan publiceert hij op www.hyperdiversbrussel.be. De samenvatting verschijnt vandaag en morgen in De Standaard.