Bockie De Repper: “Door ‘Boris’ heeft mijn allesverterende angst voor de dood weer de kop opgestoken.”© Frank Abbeloos

Bockie De Repper: “Ik ben blij dat ik nog leef, mijn leven had er anders kunnen uitzien”

Aalst -

Boris, het Play4-programma waarin cartoonist Jeroom in Canada op zoek gaat naar een laatste rustplaats voor zijn overleden broer, maakt veel los. Niet alleen bij Jeroom, maar ook bij zijn metgezel Bockie De Repper (39). “Door Boris heeft mijn allesverterende angst voor de dood weer de kop opgestoken”, vertelt Bockie. “Daardoor ga ik opnieuw naar de psycholoog en ben ik gezonder gaan leven.”

Jo Smeets

In 2020 brak er een nieuw leven aan voor Jonas Van Boxstael alias Bockie De Repper. Eerder had hij al wat grappige food-filmpjes gepubliceerd op YouTube en achter de schermen gewerkt bij VTM, waar hij Beringenaar Chris Umé ontmoette met wie hij virale deepfake-filmpjes maakte. Zo kreeg Pedro Elias hem in de mot voor Control Pedro en op die manier kwam Bockie in 2020 terecht in De Slimste Mens Ter Wereld. Sindsdien gaat het bijzonder hard. Dezer dagen maakt hij op onnavolgbare wijze indruk met Boris, de reeks waarin hij en Jonas Geirnaert cartoonist Jeroom vergezellen tijdens diens zoektocht naar een laatste rustplaats voor zijn overleden broer. Reden om Bockie op te zoeken in Aalst, maar niet zonder lege handen. Daardoor is er nu sprake van twee periodes in het leven van de foodie: enerzijds de negenendertig lege jaren waarin hij nog nooit had gehoord van smurfenvlaai, anderzijds de rest van zijn levenswandel die nog vaak zal worden opgefleurd door deze Limburgse lekkernij. “Ik word vaak aangesproken over Boris”, vertelt Bockie. “Blijkbaar heeft dat programma een grote impact. Doorgaans ben ik heel onzeker over mezelf en het werk dat ik aflever, maar op Boris ben ik trots. Dat overkomt me niet vaak.”

De dood is gevoelige materie. Was je soms bang om Jeroom te kwetsen?

(schudt het hoofd) “Jonas(Geirnaert, nvdr.)kende ik nog niet zo goed, maar met Jeroom ben ik al enkele jaren bevriend. Die vriendschap leert me dat wij elkaar simpelweg niet kúnnen kwetsen, tenminste toch niet zolang er humor mee gemoeid is.”

(lees verder onder de foto)

© Frank Abbeloos

Omwille van de humor word je vaak getypecast als een marginaal figuur, als een onfris heerschap dat vliegen en ongedierte aantrekt. Daar kan je tegen?

“Ja, tenminste toch wanneer die grappen komen van mensen die ik ken. Waar ik het soms wel mee heb gehad, zijn die oeroude grappen van onbekenden over de zogenaamde marginaliteit in Aalst. Ik ga daar nooit in mee want die grappenmakers zijn meestal nog nooit in Aalst geweest, dus weten zij veel hoe het hier is. Lachen met Aalst, ik voel dat niet.”

Het doet denken aan Limburgers die al honderd jaar dezelfde grappen moeten aanhoren.

“Maar jullie staan nog aan de goeie kant, jullie worden gezien als een gezellig volkje.”

Van Limburg gesproken: voor het VTM-programma Dat Eet Dan Gelukkig Zijn trok je onder meer naar Hasselt. Wij kijken enorm uit naar het tweede seizoen.

“Ik ook. Het ligt bij VTM 2 op de plank, maar ze hebben gekozen om het pas later dit jaar op de wereld los te laten. Eén ding kan ik al verklappen: dat ik veel plezier heb beleefd aan het maken van de tweede reeks. Het wordt een hoogmis van de absurditeit. Wist je trouwens dat mijn bezoek aan Hasselaar Frans Billen de testcase wasvoor dit programma? Toen die scènes ingeblikt waren, wisten we dat het idee levensvatbaar was. Bij deze een primeur: Frans zal ook te zien zijn in het tweede seizoen.”

(lees verder onder de foto)

© Frank Abbeloos

Heeft hij voor dat tweede bezoek, in tegenstelling tot voor het eerste, wél gekookt voor jou?

“Dát kan ik niet zeggen.” (lacht)

Je vertelde net dat je vaak onzeker bent. Was dat ook het geval toen je nog niet in beeld kwam?

“Ik ben altijd onzeker.”

Waarom?

“Omdat ik thuis een spiegel heb. (lacht luid) Nee, mijn uiterlijk is nu eens het enige dat me niet onzeker maakt. Hoe ik eruitzie, kan me geen fuck schelen. Wat me wel onzeker maakt, is dat ik - sinds ik voor tv werk - niet meer de volledige controle heb. Van mijn YouTube-filmpjes bepaal ik en niemand anders het eindresultaat, maar voor televisie werk je met een groot team. Als de draaidag erop zit, is het uit mijn handen. Ik ben dan degene die ’s nachts berichtjes stuurt naar de eindverantwoordelijke: ‘Zouden we het niet zus of zo aanpakken?’”

(lees verder onder de foto)

© Frank Abbeloos

Wordt daar dan naar geluisterd?

(knikt) “Dat is het voordeel van mijn huidige status, als ik het zo even mag noemen: iedereen luistert met respect naar mijn mening. Ik zit nu in brainstormsessies met mensen van wie ik denk: ‘Shit, is dat die hoge tv-pief die ik nog ken van vroeger?’ Soms zit ik bijvoorbeeld in vergaderingen met fucking Jan Eelen, naar wie ik altijd heb opgekeken! En met Michiel Devlieger! Er is ook een nadeel aan mijn nieuwe status, hoor: mensen beginnen heel snel te lachen als ik iets zeg, ook als ik een slechte mop vertel. Alsof ik geen kwaliteitscontrole meer nodig heb.”

De val is nakende, met al die hielenlikkers.

Let’s go! Ik kom van diep, dus ik ken iedereen die daar beneden ligt te spartelen. (lacht de Bockie-lach) Daardoor beschik ik over een deugddoende mindset die me wapent: ik zou zó weer kunnen terugkeren naar mijn leven van vroeger. Wat ik nu meemaak is fantastisch, maar tegelijk hoeft het allemaal niet. Ik zie het als extra’s, snap je? Wat ik doe, moet goed zijn. Dat is mijn enige maatstaf. Mijn Aalsterse kameraden maken me af in onze WhatsApp-groep als ik iets aflever dat ondermaats is. Met screenshots als bewijsmateriaal als het moet.”

Dus toen je na je opgemerkte entree in De Slimste Mens dat nieuwe leven binnenstapte, voelde het niet alsof je de lotto gewonnen had?

“Nee. Ik zeg dat nu wel al drie jaar lang en ik besef dat het steeds moeilijker wordt om dat vol te houden, want je wordt zo’n nieuw leven natuurlijk wél gewoon.”

(lees verder onder de foto)

© Frank Abbeloos

We hadden het net over humor die, al dan niet, kwetsend kan zijn. Wat doet het met het moederhart van jouw moeder als er grappen worden gemaakt over haar zoon?

“Zij weet wie haar zoon echt is, dus bij haar is er alleen maar plaats voor oprechte fierheid. Ze weet dat het met mij en mijn broer – die chef-kok is – alle kanten uit kon gaan, ook de foute kant. Met andere woorden: mijn leven had er totaal anders kunnen uitzien. Sterker, ik ben blij dat ik nog leef. Mijn ouders zijn gescheiden toen ik dertien was. Vervolgens blonk mijn vader uit in afwezigheid en kwam de zorg voor mijn broer en mij dus volledig terecht op de schouders van mijn moeder, die twee jobs moest combineren om de eindjes aan elkaar te knopen.”

Hoe kijk je terug op die periode?

“Voor mij en mijn broer was dat tof, want wij zaten voortdurend op straat. Moeder kon niet op ons passen omdat ze moest gaan werken. (denkt na) Mijn pa is uiteindelijk overleden op zijn zevenenveertigste, na een kort leven vol rock-’n-roll. Hij was een levensgenieter van honderddertig kilo en de verhalen over zijn doodsoorzaak lopen uiteen: de ene zegt dat hij gestikt is in zijn eigen braaksel, de andere dat hij een hartaanval kreeg. Zijn overlijden is iets dat heel mijn leven heeft veranderd. Dat getal zevenenveertig hangt als een zwaard van Damocles boven mijn hoofd. Ik wil het gewoon weten: is het mij gegund ouder te worden dan zevenenveertig of niet? En wat daarna?”

Wat herinner je je nog van je vader?

“Niet zo veel. Uiteraard is mijn beeld gekleurd door het beeld dat mijn moeder van hem had. Logisch, want hij heeft haar hard gekwetst. Maar daardoor heb ik hem misschien te lang gezien als een notoire klootzak, terwijl hij wie weet gewoon een man was als ik: een genieter die de handleiding van het leven nooit heeft gevonden. Die scheefgetrokken verhouding met mijn vader is iets dat ik voor de rest van mijn leven zal meedragen.”

(lees verder onder de foto)

© Frank Abbeloos

Met programma’s als Boris, Patiënt Pedro en het nog uit te zenden Patiënt Dompi is er een nieuw tv-genre ontstaan: BV’s die een programma maken rond hun persoonlijke problematiek. Hoe groot is de kans dat jij ooit een reeks maakt waarin je met terugwerkende kracht je vader leert kennen?

“Wie weet. Misschien was mijn vader wel een gezelligaard. Of was hij toch een klootzak? Toen ik in De Slimste Mens zat, kreeg ik soms berichten van mensen die mijn vader goed hadden gekend: ‘Hij kwam elke week bij ons eten. Enkele dagen voor zijn dood hebben we hem nog gezien.’ Ik kan niet zeggen dat ik dat onaangenaam vond, dus we zullen zien of ik er iets mee doe.”

Ben je bang voor de dood?

“Superbang. Dankzij therapie heb ik die angst – die mijn leven wel degelijk heeft bepaald – kunnen terugdringen, al moet ik toegeven dat ik ben hervallen sinds Boris op tv komt. Daardoor werd ik te neig geconfronteerd met de dood en sindsdien ga ik weer naar de psycholoog. (denkt na) Ik wil gewoon niet dood! En al helemaal niet nu ik hier zo een tof leven heb gecreëerd. Mensen zeggen me: ‘Maak je geen zorgen. Als je sterft, ga je daar niets van voelen. Het wordt gewoon zwart.’ Laat dat nu net hetgene zijn waarvoor ik het meest bang ben.”

Een zwaar moment in Boris is wanneer het gaat over die lege stoel aan tafel. Als Jeroom en zijn moeder vertellen hoe die stoel op een bepaald moment doelbewust aan de kant werd geschoven, gaat dat door merg en been.

“Exact dat heeft ervoor gezorgd dat die allesverterende doodsangst zijn rentree heeft gemaakt bij mij. Plots is de dood te concreet. Dat kan ik niet aan. Want ik wéét dat het mij ook te wachten staat. En, ik wil jou niet bang maken, maar jou ook. Ofwel zorgen wij voor die lege stoel, ofwel komen we vroeg of laat tegenover een lege stoel te zitten. Het is die realiteit die me – vaker dan goed voor me is ­– in het gezicht spuwt. Dat maakt dat ik vaak niet honderd procent van het leven kan genieten. Vooral als ik ga slapen, overvalt ons aller vergankelijkheid me. Dan veer ik plots recht: ‘Oh nee! We gaan dood!’ Het is echt afzien. Vroeger nam ik dan een halfke Xanax, maar dat heb ik nu vervangen door Sedistress, een natuurlijk middel. Niet dat het werkt, maar het is het gedacht dat telt. (lacht) Het is die angst die er ook voor zorgt dat ik graag drink, denk ik. Drinken duwt dat stemmetje weg. Alles wat mijn psycholoog zegt dat ik moet doen, lukt me beter wanneer ik gedronken heb.”

(lees verder onder de foto)

© Frank Abbeloos

Hoeveel drink je?

“Het hoeft zeker niet elke dag. Als ik hard aan het werk ben, raak ik weken geen druppel aan. Het is dan ook geen alcoholisme, ik zou het eerder levensgenietisme noemen.”

Krijg je nooit de kritiek dat je overmatig drankgebruik te gezellig maakt?

“Jawel, als ik kritiek in mijn inbox krijg, is het dat. Ik begrijp dat volkomen, want te veel alcohol is voor niemand goed. Daarom wil ik duidelijk stellen: doe niet zoals ik. Het is niet omdat mijn methode werkt voor mij dat ze ook werkt voor anderen.”

Een uitspraak van jou: “Tussen mijn twintigste en mijn dertigste heb ik alles uit het leven geperst.” Doe je dat vandaag dan niet meer?

“Nee, mijn katers, mijn leeftijd én mijn agenda laten dat niet meer toe. Ik vind het de moeite niet meer om ’s ochtends lijkbleek en met een zwetende kop op een meeting te verschijnen. Dat heb ik vroeger genoeg gedaan toen ik bij VTM werkte. Zo ben ik er eens op de ziekenboeg beland. Ik had mijn collega’s wijsgemaakt dat ik me niet goed voelde omdat mijn wijsheidstand was getrokken, waarna ik mijn roes ging uitslapen in het ziekenkamertje. Toen de verpleegster een uurtje later binnenkwam, rook ze natuurlijk wat ze rook. Ze keek me aan met een blik van: ‘Laat dit ons kleine geheimpje zijn.’ (lacht) Maar die tijd is voorbij. Ik ga pas feesten als ik weet dat ik de twee volgende dagen vrij heb.”

(lees verder onder de foto)

© Frank Abbeloos

En dat gebeurt steeds minder, want naar verluidt werk je hard.

“Enorm hard. Maar ik kan ook hard luieren. Ik kan dagen in de zetel liggen zonder schuldgevoel.”

Jouw vriendin heeft daar geen probleem mee?

“Geen slecht woord over al mijn ex’en, maar nooit heeft een vrouw zoveel gelijkenissen met mij vertoond als Julie. We zijn nu tweeënhalf jaar samen en ik kan zeggen dat ze alles kan wat ik kan, inclusief in de zetel liggen. (lacht) We hebben onlangs samen een huis gekocht in Aalst. Jongens … Jij ziet er me iemand uit die ooit al een huis heeft gekocht. Heb je daar een aannemer binnengelaten? Wij ook. We gingen een paar kleine aanpassingskes doen, maar nu staan er enkel nog vier muren recht. En we hadden dat huis nochtans gekocht omdat we gecharmeerd waren door de parketvloer en het marmer. Dat is nu allemaal weg. Net zoals ik de handleiding van het leven nog niet gevonden heb, weet ik ook niet hoe een huis verbouwd moet worden. Ik moet zulke dingen gaandeweg ondervinden. Dus niemand mag me kwalijk nemen dat het bij mij iets langer duurt dan bij mensen die zulke kennis wel van thuis uit hebben meegekregen.”

Het huisje is er al. Dan is de kindervraag onvermijdelijk.

“We hebben definitief beslist: er komen geen kinderen. Ik wil alleen maar vader worden als ik op voorhand een intakegesprek kan hebben met het kind in kwestie. ‘Gij weet toch wat er allemaal gaande is in deze wereld? Wilt gij dat? Ja? Dan zijt ge welkom.’ Maar het is niet meer uit egoïsme dat ik geen kind op de wereld wil zetten. Ik weet al sinds geruime tijd dat niet alles rond mij hoeft te draaien en dat voelt aan als een bevrijding. Ik kan me nu echt inleven in andere mensen en dus ook in Julie.”

(lees verder onder de foto)

© Frank Abbeloos

Enkele jaren geleden zei je: “Ik heb iemand nodig die mijn handje vasthoudt. Die elke middag mijn brooddoos vult met een lekker slaatje.” Kan Julie dat voor je regelen?

“Gelukkig evolueren mensen en kan ik zeggen dat ik ook wat dat betreft veranderd ben en mijn gezondheid zelf in handen heb genomen. Ook alweer door Boris. En door mijn dokter, die tegen me zei: ‘Mijn wachtkamer zit vol met mensen die wilden dat ze nog zo gezond waren als jij. Maar toch blijf jij dit pad volgen. Ik kan je zeggen: je zál diabetes krijgen, je zál een hartaanval krijgen als je zo blijft voortdoen.’ Dat vertelde hij me in de periode dat ik opnieuw mijn psycholoog moest opzoeken. Met als gevolg dat ik nu gezonder leef. En nog een primeur: ik zit nu ook af en toe op een hometrainer.” (lacht)

Zei hij haast verontschuldigend. Wat is het volgende? Kookboeken met Pascale Naessens-achtige recepten?

“Of kookprogramma’s zoals die van Sandra ‘Bockari’. (lacht) Maar mijn eerste bekommernis is zevenenveertig worden en als het kan nog een stuk ouder. Ik hoop dat je er dan bij kan zijn en weer een smurfenvlaai meebrengt. Ik had er nog nooit van gehoord, maar lekker dat dat is! Daar zit nu eens echt alles in.”

‘Boris’, elke woensdag om 21 uur op Play4

(lees verder onder de foto)

© Frank Abbeloos

De Goesting van Bockie De Repper

Wat lust je niet, buiten olijven?

“Wegens medische redenen mag ik geen tomaten eten omdat mijn galblaas verwijderd is. Om die reden zijn ook alcohol en vettig voedsel uit den boze. Laten we zeggen dat ik toch al één op drie scoor.”

Vlaai of taart?

“Dan toch taart. Zo’n typische fruittaart van oma met chocoladeschilfers.”

Wat ligt er altijd in jouw auto?

“Een taxichauffeur, want ik heb geen rijbewijs. Ik doe alles met de taxi, wat nu wel handig is omdat ik de rekening mag doorfactureren.”

Wat ligt er altijd op jouw nachtkastje?

“Mijn slaapapneumachien.”

(lees verder onder de foto)

© Frank Abbeloos

Wat maakt jou boos?

“Onrecht en verkeerde bestellingen. Ik herinner me dat we, na een vakantie in Frankrijk, twaalf uur hadden gereden om weer thuis te geraken. Ik had zó veel zin in steak met frieten en toen ze me de steak serveerden, bleek dat ze ‘m helemaal hadden uitgebakken. Ik ben dan zo iemand die daar niets over durft te zeggen. Zo leert natuurlijk niemand van zijn fouten. (lacht) Gelukkig heb ik nu Julie. Zij durft wel haar beklag te maken.”

Wat ontroert jou?

“Ik zeg vaak om te lachen dat ik al heb geweend tijdens het kijken naar Njam, maar eigenlijk klopt dat, want zowat alles kan me ontroeren. In Boris valt het nog mee, maar veel erger was het thuis in de zetel, tijdens het kijken naar die reeks.”

Zonder wat ga je de deur niet uit?

“Zonder mijn broek. Ik moet toch ook een beetje aan mijn medemens denken. En mijn rugzakje met medicatie heb ik ook altijd bij me: Motilium, Pantomed, Rennie, Sedistress ...”

Naar wie kijk je op?

(snel) “Naar mijn moeder. Er is geen held ter wereld die zoveel voor mijn broer en mij heeft gedaan als mijn moeder.”

(lees verder onder de foto)

© Play4

Vijf tips van Bockie De Repper

Osteria Cellini: “Mocht ik ooit nog eens in Limburg geraken, dan ga ik zeker langs bij Osteria Cellini. Ik zag Mathieu Terryn van Bazart er ooit eten en sindsdien is er geen dag voorbijgegaan dat ik niet aan dat restaurant gedacht heb.”

Sint-Pietersstraat 46 in Maasmechelen. Info: www.osteriacellini.com

(lees verder onder de foto)

© Osteria Cellini

The Bear: “Een serie op Disney+ over een jonge chef die terugkeert naar Chicago om de broodjeszaak van zijn familie te runnen. Maar eigenlijk ook over hoe blij ik ben dat ik gewoon graag eet en niet in een restaurant hoef te werken. Mijn goede raad: wees vriendelijk tegen horecapersoneel!”

Te bekijken op Disney+

LEES OOK. Serie ‘The Bear’ schetst hyperrealistisch beeld van een restaurantkeuken

(lees verder onder de foto)

© The Bear

Liverpool: “Boek van James Worthy over een vader die zijn zoon opvoedt met een onvoorwaardelijke liefde voor de stad en vooral voor Liverpool FC, een van de oudste en beste voetbalclubs ter wereld. Een ode aan een gestorven vader en een voetbalstad.”

Restaurant Rebelle: “Eén van mijn favoriete stops als het gaat over maaginvulling. Niet alleen ongelofelijk lekker qua eten, dit restaurant met één Michelin-ster, ik loop er ook steeds met een tipsy druiven-smile buiten.”

Rekkemsestraat 226 in Kortrijk. Info: restaurantrebelle.be

Pig & Rye: “In de Pig & Rye in Tilburg staat een of andere botertovenaar achter de potten die de gekste gerechten bedenkt. Elke week staan er andere suggesties op de kaart, waarvoor ik graag de auto neem en richting Nederland trek. ’t Is te zeggen: de auto van iemand anders, want ik heb geen rijbewijs.”

Nieuwlandstraat 28 in Tilburg, Nederland. Info: www.pigandrye.nl

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Lees meer