Direct naar artikelinhoud
RecensieSam Smith

Sam Smith in het Sportpaleis: ook wanneer je een hekel aan deze romantische relnicht zou hebben, ben je onder de indruk ★★★★☆

Sam Smith in het Sportpaleis.Beeld © Stefaan Temmerman

Vunzig en ordinair. Niet geschikt voor kinderen. Satanisch! De kritiek van preutse pezewevers over de renaissance van Sam Smith bleek voor ons net kattenkruid om naar hun concert te willen. In het Sportpaleis werd je vergast op een show die zich naast gay cabaret ook richtte op alle hartkamers.

In het verre verleden zou je Sam Smith misschien geridderd hebben als de Adele voor druiliger dagen, maar vandaag geldt de Britse artiest eerder als een queer icon. Een die strijdt voor body positivity, zelfexpressie, en de aanvaarding van non-binaire personen. In het Sportpaleis stond Smith evenwel ook voor onversneden passie, de snik in de heartbreak ballad, en het hart van de exorbitante uitbater van een gay club.

Voor alle duidelijkheid: verder gebruiken we de voornaamwoorden ‘die’ en ‘hun’, want in 2019 kwam Sam Smith uit de kast als non-binair. Een outing die gepaard ging met een heuse metamorfose. In een wit bloesje en gouden glitterkorset kwam Smith op, om verder een purperen avondjurk aan te passen, een roze mantel en uiteindelijk een fetisjpak met veterlaarzen en karmozijnen handschoenen. Wat een fabuleuze achtergrond trouwens: een gargantuesk gouden beeld van de slapende Hermaphroditus stond achter Smith. Ofwel: een Griekse god met beide geslachtskenmerken. De boodschap was duidelijk: queer is van alle tijden.

Dat de crooner in Smith evengoed van alle tijden is, werd ook meteen glashelder: de set begon met het magistrale ‘Stay With Me’, één van hun grootste songs. Het bleek de opmaat voor een salvo aan hits die samen goed zijn voor een miljard streams. Ook wanneer je een hekel aan deze romantische relnicht zou hebben, ben je onder de indruk hoevéél classics Smith heeft gesprokkeld in hooguit één decennium. De arena tiert en huilt mee, en gaat moeiteloos mee in de Eurosongkitsch van Smith.

Pas in het tweede bedrijf, Beauty, toont de artiest zich op hun meest kwetsbaar. Helaas halen die broze, trage songs net de vaart uit de set. Pas wanneer ‘Latch’ en een cover van Donna Summer (‘I Feel Love’) worden ingezet met een schitterende lichtshow verandert het Sportpaleis in de gay cabaret die Smith altijd voor ogen hield. Deze show ging over vrijheid, kondigde die vooraf aan. “A massive gay club”. Daar bleek geen woord van gelogen. Zeker niet wanneer ‘Unholy’ werd ingezet en Smith verscheen met duivelshoorntjes en een drietand. Meer kitsch dan duivels, maar voldoende om de moraalridders in het gelid te krijgen. De relnicht in ons maakte een vreugdevolle sprong.

Smith tekende in het Sportpaleis voor een extravagant spektakel, maar eerlijk gezegd kreeg hij ons eerder over de knie met zijn wonderlijke vibrato. De emotie in zijn songs blijft nog altijd sterker dan het flamboyante schouwspel waar hij zich vandaag achter verschuilt. In dat opzicht maakte hun voorprogramma Cat Burns misschien nog nét een betere beurt. Zij werd als voorprogramma veroordeeld tot een vergulde karaoke-act, maar maakte een superieure indruk met ‘Go’ en een zelfzekere daad van verzet door in haar uppie zo’n twintigduizend toeschouwers de mond te snoeren met haar ferme vocals en een overweldigende persoonlijkheid.