Direct naar artikelinhoud
Blik op BelgiëTielrode

Alin voer ooit rijke mensen de wereld rond, op z’n 74ste bestiert hij het veerpont in Tielrode

Alin voer ooit rijke mensen de wereld rond, op z’n 74ste bestiert hij het veerpont in Tielrode
Beeld Yoon Thoen

Veermannen zijn van alle tijden. Iemand die de wandelaar of fietser naar de overkant van de Schelde kan brengen, hebben ze ook in Tielrode nodig. Alin Poort (74) werkt er al jaren als veerman. ‘Na al die jaren zie ik nog steeds de schoonheid van deze plek. Stress, files... Ik heb het nooit gekend.’

Ik zag hem voor het eerst midden jaren negentig toen mijn ouders me als zevenjarige regelmatig meetrokken op een zondagse wandeling in Tielrode. De rijzige veerman met minzame blik en lange haren – toen waren ze nog zwart – fungeerde in mijn jeugdjaren als een bijna mythisch figuur die me om de zoveel tijd de Schelde hielp oversteken. Nog steeds zie ik hem af en toe, aan diezelfde overzet, waar hij elk jaar zo’n 50.000 fietsers en voetgangers naar de Hamse Scheldeoever vaart, en indien gewenst ook weer terug.

“Soms legt iemand de link met Charon, de veerman die de zielen van de overledenen over de rivier de Styx voerde, in ruil voor twee muntstukken”, vertelt Alin Poort (74) terwijl hij op een rode knop duwt en de motor van zijn veerboot in gang schiet. “Tot de jaren vijftig was ook deze overzet betalend, maar een fooi geven was zelfs twintig jaar geleden nog gebruikelijk. De veerboot was een wiebelend ding en de aanlegsteiger een glad, houten staketsel. De opvarenden waren telkens bijzonder opgelucht dat ze ongehavend de andere oever hadden bereikt (lacht).”

Veertien uur per dag

Poort werd veerman in 1994, betaald door het agentschap De Vlaamse Waterweg en werkte 365 dagen per jaar, veertien uur per dag. “Ik heb altijd als zelfstandige gewerkt, in het begin aan een schamel tarief. Die beginjaren waren niet makkelijk. Toen kon ik het me simpelweg niet veroorloven om andere schippers aan te nemen. Het was hard werken, aan een niet aflatend tempo, maar ik heb er toch altijd van kunnen leven.”

Vandaag heeft hij een groepje gepensioneerde schippers rond zich verzameld die de veerboot in shiften bedienen. “Zelf heb ik nooit in de binnenvaart of lange omvaart gewerkt. Ik vaarde zeiljachten van rijke mensen de wereld rond, nog vaker maakte ik overtochten tussen Nieuwpoort en het Engelse Harwich. En dan waren er nog de racewedstrijden. In de jaren tachtig zeilde ik wel eens met Staf Versluys, Belgisch kampioen die single-handed Amerika bereikte.”

'Veermannen stonden bekend als dronkaards, wachtend op de volgende overvaart', zegt veerman Alin Poort.Beeld Yoon Thoen

Op de vraag of het veerpont dan niet vervelend eentonig is, knijpen zijn ogen zich samen tot lachende streepjes. “Dag en nacht zijn ook repetitief, niet? Ik leef inderdaad volgens een dwingend ritme, vergelijkbaar met eb en vloed. Ik moet het ondergaan, maar die cadans is bijzonder aangenaam”, legt Poort uit. “Ik heb het altijd graag gedaan. Als de zon scheen, maar ook als regen met bakken uit de lucht viel en de stuurcabine nog geen overkapping had. Na al die jaren zie ik nog steeds de schoonheid van deze plek. Zie je die tinten groen in het slijk, nu het laagtij is? Erg uitzonderlijk trouwens, een getijdenrivier zo diep in het binnenland. Stress, files... Ik heb het nooit gekend. Zelfs tijdens stille winters met amper een mens in de buurt, was ik gelukkig.”

‘Mijn taak is luisteren’

In 1973 beschreef de Nederlandse zanger Drs. P in het nummer ‘Veerpont’ de filosofische bespiegelingen van een veerman: ‘De oever waar wij niet zijn, noemen wij de overkant. Die wordt dan deze kant zodra wij daar zijn aanbeland.’ Het liedje blijkt tijdloos. De fiets- en voetveren in Vlaanderen liggen allerminst onder een stoffig laagje. De serie Stille Waters zorgde voor een opmerkelijke heropleving, net als de coronapandemie.

Een koppel op elektrische fietsen zwaait nog even terwijl ze de aanlegsteiger oplopen. De motor kan weer een halfuur pauzeren, en op de boeg wappert een vlagje van patroonheilige Christoforus. “Hij vat de essentie samen. De taak van de veerman is luisteren, zonder veel vragen te stellen. Die dienstbaarheid heeft me al mooie vriendschappen opgeleverd. Sommige mensen storten hun hart uit, maar niet iedereen. Op een nacht is iemand hier in het water gegaan. Had hij maar even contact gezocht. Misschien was het dan anders afgelopen.”

De reputatie van de veerman was ooit minder menslievend. “Veermannen stonden bekend als dronkaards, wachtend op de volgende overvaart, vaak in hun eigen café. Een van mijn voorgangers heette ‘Den Toeter’, een legendarische leugenaar die straffe verhalen vertelde in ruil voor fooi”, legt Poort uit. “Als invaller-veerman heb ik tijd om me te verdiepen in de geschiedenis van het veerpont. Op mijn eigen tempo schrijf ik een boek.”