Terreur 22/3

Alleen twijfel over broers Farisi op proces aanslagen

Beschuldigden Mohamed Abrini, Osama Krayem, advocaat Delphine Paci en beschuldigde Salah Abdeslam tijdens een zitting van het proces over de aanslagen van 22 maart 2016 voor het hof van assisen, in april op de Justitia-site in Haren, Brussel.© belga

De aanklagers vragen dat acht van de tien beschuldigen op het proces over de aanslagen van 22 maart 2016 veroordeeld worden voor terroristische moord. Alleen over de broers Farisi is er twijfel. Voor Ibrahim Farisi vragen ze zelfs de vrijspraak.

Mark Eeckhaut

Op het proces van de aanslagen van 22 maart 2016 heeft het openbaar ministerie gevraagd om acht van de tien beschuldigden te veroordelen als mededader van terroristische moord en poging tot moord in een terroristische context. Volgens de aanklagers boden het vermoedelijke brein Oussama Atar, de man met het hoedje Mohamed Abrini, Osama Krayem, Salah Abdeslam, Sofien Ayari, Ali El Haddad Asufi, Bilal El Makhoukhi en Hervé Bayingana Muhirwa alle acht op hun manier en met kennis van zaken essentiële hulp bij de aanslagen.

De federale procureurs Paule Somers en Bernard Michel hebben vijf dagen aan een stuk gepleit. Dinsdagmiddag sloten ze hun requisitoir af met de broers Farisi. Zij waren de laatsten in de rij van tien beschuldigden. Smail en Ibrahim maakten al vanaf dag één een bijzonder verwarde indruk op het proces. Ze verschenen vrij, maar werden de voorbije maanden al een paar keer de zaal uitgezet wegens hun gedrag, vaak onder invloed van alcohol. Als het van het openbaar ministerie had afgehangen, hadden de twee Farisi’s niet voor assisen moeten verschijnen, maar wel in april vorig jaar voor de correctionele rechtbank – samen met een resem anderen die in meer of mindere mate de terroristen hebben geholpen. Maar de toenmalige advocaat van Smail, wijlen Sebastien Courtoy, wilde zelf dat ze voor assisen verschenen.

Appartement gepoetst

Smail Farisi is wat de aanklagers betreft alleen schuldig aan deelname aan een terroristische groep. Hij verhuurde zijn appartement aan de Kazernenlaan aan de terroristen die van daaruit naar de metro vertrokken. Volgens de aanklagers was hij ervan op de hoogte dat de mensen die in zijn appartement verbleven, deel uitmaakten van een terreurgroep, maar wist hij niet dat een aanslag imminent was. Vlak na de aanslagen maakte Smail het appartement helemaal leeg en poetste het samen met zijn broer Ibrahim. Volgens de aanklager staat echter niet vast dat Ibrahim Farisi wist wie er in het appartement van zijn broer had gelogeerd. Daarom vraagt de aanklager voor hem de vrijspraak.

Nog opmerkelijk: het openbaar ministerie vraagt ook om de acht hoofddaders te veroordelen voor 36 moorden in plaats van voor 32. Voor vier slachtoffers, die in de maanden en jaren na de aanslagen overleden, vraagt het een herkwalificatie van ‘poging tot moord’ naar ‘moord’.

Ibrahim Farisi (archieffoto: hof van assisen, Brussel, december 2022).© belga

Mohamed Abrini en Osama Krayem zijn volgens het parket mededader aan moord en moordpoging in een terroristische context, hoewel ze hun bom niet hebben laten ontploffen. Zo kocht Krayem mee materiaal aan voor de explosieven, hielp hij bij de productie ervan en sloot hij de bom aan van kamikaze Khalid El Bakraoui. ‘Zonder hem was de bom in Maalbeek nooit ontploft’, zei Paule Somers. Abrini nam volgens het openbaar ministerie dan weer actief deel aan de productie van de bommen. Dat hij zijn karretje in de vertrekhal op Zaventem achterliet, getuigt volgens Bernard Michel van lafheid. Hij durfde niet. Abrini zelf vindt dat hij net moed heeft getoond door weg te lopen.

Uitspraak voor eind juli

Sofien Ayari en Salah Abdeslam, die op 22 maart al in de cel zaten na de dodelijke politie-inval in de Driesstraat in Vorst, boden volgens de aanklagers essentiële hulp bij de aanslagen door na hun arrestatie op 18 maart te zwijgen. Beiden waren ze volgens het openbaar ministerie wel degelijk op de hoogte van de plannen van de terreurgroep om een aanslag te plegen, zelfs al was het op 15 maart nog niet duidelijk waar de aanslagen zouden plaatsvinden

Volgens de planning van het proces is het nu de beurt aan de pleidooien van de burgerlijke partijen. Vanaf eind volgende week krijgen de beschuldigden het woord. Zoals het er nu naar uitziet, zal de uitspraak over de schuld nog voor het einde van juli vallen. In augustus is er geen zitting. Vanaf september wordt dan gepleit over de straffen.