Hoe belandde een Iraanse burgemeester op het stadhuis in Brussel, terwijl niemand dat een goed idee vond: een reconstructie

De aanwezigheid van een Iraanse delegatie op een burgemeestersconferentie vorige week blijft voor beroering zorgen. Brussels staatssecretaris Pascal Smet (Vooruit) zette een stap opzij, minister van Buitenlandse Zaken Hadja Lahbib (MR) ligt nog steeds onder vuur en nu blijkt ook premier Alexander De Croo (Open VLD) betrokken. Of hoe iedereen het er aanvankelijk over eens was dat Iraniërs niet welkom waren en ze drie maanden later toch op de foto stonden met Smet op het Brusselse stadhuis. Een reconstructie.

Pascal Smet bood afgelopen weekend zijn ontslag aan als Brussels staatssecretaris. Dat deed hij omdat het Brussels Gewest de verblijfskosten betaalde van de Iraanse delegatie op een burgemeestersconferentie in onze hoofdstad vorige week. Tegen het advies van de administratie in. Een kabinetsmedewerker nam die beslissing, Smet vindt zichzelf politiek verantwoordelijk en zet dus een stap opzij. Ans Persoons volgt hem op. 

Ongeacht wie het verblijf betaalde, blijft de vraag wie verantwoordelijk is voor de aanwezigheid van de veertien Iraniërs in Brussel vorige week. Smet wijst daarvoor naar Lahbib, die als minister van Buitenlandse Zaken verantwoordelijk is voor het verlenen van een visum en dus de toelating geeft om ons land binnen te komen.

Wie was er precies in Brussel?

De bal ging aan het rollen toen vorige week een groepsfoto verscheen in de marge van de burgemeestersconferentie in Brussel. Vertegenwoordigers van meer dan 600 steden wereldwijd verzamelden om tijdens de ‘Brussels Urban Summit' van gedachten te wisselen.

Onder hen ook de burgemeester van Teheran, Alireza Zakani, hieronder op de bewuste foto met onder anderen staatssecretaris Pascal Smet. In totaal nam een Iraanse delegatie van 14 mensen deel aan de conferentie.

Zakani's aanwezigheid lokte meteen verontwaardiging uit. Hij staat bekend als een ultraconservatieve aanhanger van het Iraans regime en had ooit de leiding over Basij, een groepering binnen de Revolutionaire Garde, het elitekorps van het Iraanse regime. "Hoe kan het dat de baas van zo'n beruchte en bestrafte organisatie zomaar een visum krijgt van België om naar Brussel af te reizen?", vroeg N-VA-politica van Iraanse afkomst Darya Safai zich af. 

Ook de timing speelt een rol. De conferentie vond plaats slechts twee weken nadat Olivier Vandecasteele na 455 dagen opsluiting in Iran was vrijgekomen. Ondertussen blijft de Zweeds-Iraanse VUB-prof Ahmadreza Djalali gevangen in Iran. Eind 2022 sloeg het regime ook hardhandig de brede protesten neer die volgden op de dood van de 22-jarige Mahsa Amini. De jonge vrouw overleed enkele dagen na haar arrestatie door de zedenpolitie, omdat er een haarlok onder haar sluier uit kwam.

Reconstructie: wat was het advies en wie nam de beslissing?

Aanvankelijk advies: geen visum

Dat de Iraanse aanwezigheid gevoelig zou liggen, was al tijdens de voorbereiding van de top duidelijk. Uit mailverkeer blijkt dat een ambassadeur eind maart al aangeeft dat "een bezoek helemaal niet opportuun is gezien de huidige omstandigheden". Het advies is om de Iraanse delegatie niet uit te nodigen.  

Het kabinet van Pascal Smet volgt het advies op en laat zelf aan Buitenlandse Zaken weten aan welke vertegenwoordigers van welke steden geen visum verleend mag worden.

Ook Metropolis, dat de conferentie organiseert, wordt op de hoogte gesteld van die beslissing. De organisatie laat weten de situatie te begrijpen.

Organisatie eist duidelijkheid

Eind april begint Metropolis zich vragen te stellen bij de aanpak van Brussel om alle Iraanse inschrijvingen onmiddellijk te weigeren. De organisatie wil weten welke criteria precies gehanteerd worden om de deelnemers niet toe te laten. De topman van Metropolis belt daarover persoonlijk met Smet met de vraag of elk geval apart bekeken kan worden. Zo zouden de Iraanse deelnemers zich kunnen inschrijven en kan België per individuele deelnemer beslissen om al dan niet een visum toe te kennen. 

Op dat moment neemt Smet zelf de kwestie in handen. Tot dan waren het vooral zijn kabinetsmedewerkers en de administratie die zich bezighielden met de voorbereidingen. Hij neemt persoonlijk contact op met de minister van Buitenlandse Zaken Hadja Lahbib (MR). De twee kennen elkaar persoonlijk. In 2021 kreeg Lahbib, toen nog geen minister, de opdracht om de kandidatuur van Brussel als Europese hoofdstad van 2030 voor te bereiden, Pascal Smet was als staatssecretaris bevoegd voor die kandidatuur. 

Cruciaal telefoontje tussen Smet en Lahbib

Op 10 mei belt Smet naar Lahbib, die op dat moment in Tunesië is, om de situatie aan te kaarten. Wat daar precies gezegd is, blijft onduidelijk. Maar uit een mail tussen de twee kabinetten is op te maken dat onderling afgesproken is dat de Iraniërs die willen deelnemen aan de conferentie daarvoor een visum zouden kunnen krijgen. Lees hieronder de integrale mail. 

"Minister Lahbib heeft gisteren bevestigd dat de administratie de visa voor die steden niet gaat weigeren/blokkeren", staat er letterlijk. Lahbib bevestigde donderdag in het parlement dat Smet haar aan de telefoon gevraagd heeft om de aanvragen niet te blokkeren, omdat hij het belangrijk vond dat alle steden zouden kunnen deelnemen. 

De medewerker van Smet verwijst in de mail naar het eerdere negatieve advies van Buitenlandse Zaken, maar benadrukt dat de Iraanse steden "actieve leden" zijn van Metropolis en dat ze duidelijkheid willen. Zakani, de burgemeester van Teheran, is covoorzitter van de organisatie.

Staatssecretaris De Moor was op de hoogte

Het kabinet van Lahbib bedankt de medewerker van Smet voor de informatie en verwijst door naar staatssecretaris voor Asiel en Migratie Nicole de Moor (CD&V). Haar administratie is immers verantwoordelijk voor het weigeren van visumaanvragen. Dat zit zo: Buitenlandse Zaken kent visa toe, maar als er aanvragen zijn die vragen doen rijzen en dus eventueel geweigerd moeten worden, is die weigering de bevoegdheid van De Moors administratie. 

Op 16 mei krijgt een medewerker van De Moor een mail van het kabinet-Smet met de vraag tot "flexibiliteit" in verband met de visa voor de Iraniërs. In de mail wordt opnieuw benadrukt dat Lahbib persoonlijk bevestigde dat hun komst geen probleem vormt. Lees hieronder de integrale mail. 

Een woordvoerder van De Moor laat weten dat ze die mail inderdaad ontvingen, maar meteen antwoordden dat ze elke aanvraag apart zouden beoordelen gezien de politieke gevoeligheid. Het kabinet zegt dat zowel zij als de administratie later geen enkele vraag meer krijgen in verband met een weigering, Buitenlandse Zaken handelt de situatie verder af. Het kabinet van De Moor wordt wel steeds via mail op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen in het dossier. 

België onderhandelt ondertussen met Iran over Vandecasteele

De bevoegde diensten zetten de procedures in gang om zich voor te bereiden op de visumaanvragen. Midden mei ontvangt de ambassade in Teheran een order vanuit Brussel over hoe om te gaan met visumaanvragen in het kader van de bijeenkomst van burgemeesters van Iraanse deelnemers.

Ons land staat tijdens die weken op een andere manier intens in contact met Iran. De onderhandelingen over een gevangenenruil lopen volop. De premier, de minister van Buitenlandse zaken en de staatsveiligheid zijn daarbij betrokken. De onderhandelingen leiden op 26 mei tot de vrijlating van Olivier Vandecasteele, die dan al meer dan een jaar opgesloten zit in Iran. In ruil laat België de veroordeelde Iraanse diplomaat en terrorist Assadollah Assadi vrij. Op 2 juni worden nog drie andere Europeanen vrijgelaten met behulp van ons land. 

De Croo: "Het kalf is al verdronken"

Op 7 juni dienen de Iraniërs bij de ambassade officieel hun aanvraag voor een visum in.

Diezelfde dag wordt naar eigen zeggen ook de premier op de hoogte gebracht. Hij geeft groen licht aan Lahbib om de visa uit te reiken. "Het kalf was al verdronken", zegt De Croo daar later over. België kon niet anders dan een visum uitreiken om een groot diplomatiek incident en de vernedering van Iran te vermijden volgens de eerste minister. De Zweeds-Iraanse VUB-prof Ahmadreza Djalali zit nog steeds in een Iraanse cel. In de wandelgangen is te horen dat zijn leven in gevaar kwam als ons land de Iraniërs zou schofferen. 

De spoedprocedure om de visa uit te reiken, wordt ingezet. Op 9 juni krijgt het kabinet-Smet van Buitenlandse Zaken het definitieve nieuws: "de visumaanvragen zijn goedgekeurd". Op 12 juni landt de Iraanse delegatie in Brussel. 

Lahbib benadrukte donderdag in de Kamer dat het om visa gaat die erg beperkt waren in tijd en dat Staatsveiligheid en OCAD hun goedkeuring gaven om ze toe te kennen. 

Wat nu?

Het staat vast dat aanvankelijk unaniem beslist werd om de Iraanse delegatie niet toe te laten en ze uiteindelijk toch een visum kregen. Dat is uitgereikt door Buitenlandse Zaken en valt dus onder de politieke verantwoordelijkheid van Lahbib. Haar partij blijft op de verantwoordelijkheid van Smet hameren. Die voelt zich "onder de bus gegooid" door Lahbib, zei hij bij de aankondiging van zijn ontslag. 

Over de exacte gang van zaken blijft onduidelijkheid. Wat is er precies besloten tijdens het telefoontje tussen Lahbib en Smet? Welke precieze instructies kregen de diensten die over de visa moesten beslissen? Is er nog via andere kanalen druk gezet om de Iraanse delegatie toch in Brussel te krijgen? 

De zaak is alleszins nog niet afgehandeld. Oppositiepartijen N-VA en Vlaams Belang eisen het ontslag van Lahbib. Vanmiddag geeft ze uitleg bij de hele zaak in het parlement. Ook premier Alexander De Croo komt.

Meest gelezen