Direct naar artikelinhoud
RapportVivaldi-regering

Experts over het Vivaldi-parcours: ‘Als je als zevende partij de premier levert, word je de dweil van de regering’

Experts over het Vivaldi-parcours: ‘Als je als zevende partij de premier levert, word je de dweil van de regering’
Beeld Photo News

Neen, Alexander De Croo blijkt niet de populairste jongen van de klas. Volgens de recentste peiling zien zes op de tien kiezers hem liever niet terugkeren als premier en wil driekwart van de Vlamingen geen Vivaldi II. Maar heeft zijn veelkleurige ploeg, geconfronteerd met corona-, energie- en andere crisissen, er werkelijk zo’n janboel van gemaakt? We legden ons oor te luisteren bij experts: welke ministers halen een goed rapport, en welke gebuisden moeten terugkomen voor de tweede zit?

ALEXANDER DE CROO (OPEN VLD): ‘TUSSEN WAL EN SCHIP’

Carl Devos (politicoloog UGent): “De regering-De Croo startte ambitieus. Er zouden grote hervormingen komen, ze zouden anders aan politiek doen, met meer respect voor elkaar, en tonen dat België wél deftig kan worden bestuurd. Herinner je zijn quote bij de regeerverklaring: ‘Individual talent wins games, teamwork wins championships.’ Wat blijft daar nog van over? De coronacrisis werd goed beheerd, maar de noodzakelijke hervormingen kwamen er niet, de begroting is een ramp, onze energiebevoorrading blijft onzeker, de teamgeest zit onder nul en van de geplande politieke vernieuwing is geen sprake.”

Dave Sinardet (politicoloog VUB): “Aanvankelijk waren er euforische geluiden over de regering-De Croo, terwijl ik toch wat kritiek had. Vandaag vind ik dan weer dat de regering te negatief wordt belicht – dat zal mijn tegendraadse aard zijn (lacht). Er zijn toch ook goeie dingen gebeurd? In de coronacrisis ontpopte De Croo zich tot een crisismanager die boven de partijen stond, empathisch communiceerde en een breed draagvlak creëerde bij de bevolking. En tijdens de energiecrisis beschermde de regering onze koopkracht het best van alle EU-landen. Onze economische groei ligt hoger dan in onze buurlanden, de inflatie ligt lager en onze jobmotor blijft draaien.”

Devos: “Maar dat is wel op de poef gebeurd. De energiepremies waren cadeautjes – ook voor wie ze niet nodig had – zonder een bijbehorend plan om de begroting weer op orde te krijgen.”

Sinardet: “Men heeft te veel geld uitgedeeld, maar toen de energieprijzen piekten riep iedereen, ook de oppositie, dat de regering de mensen dringend moest helpen. Dan is het achteraf makkelijk klagen. Op veel vlakken is dit geen succesvolle regering, vooral door de moeilijke coalitie. Toch gaat Vivaldi op sommige vlakken verder dan de regering-Michel, bijvoorbeeld in de activering van langdurig zieken en in de beperkte arbeidsmarkthervorming. Maar in de Vlaamse regering zie ik ook geen grote hervormingen, ondanks een veel makkelijkere samenstelling.”

Devos: “Ik schrijf al meer dan een jaar dat De Croo een conclaaf moet organiseren waarin alle moeilijke dossiers aan elkaar worden gekoppeld: pensioenen, fiscaliteit, arbeidsmarkt. Dan kun je een deal maken waar iets in zit voor elke coalitiepartner. Ook partijvoorzitters pleiten daarvoor. Maar de premier blijft alles schelletje per schelletje aanpakken. Zo krijg je mini-akkoordjes die verbleken bij wat nodig is om het land weer op de rails te krijgen. Ik zie ook geen plan om het budget recht te trekken. Waar gaan we straks al het geld vinden voor het klimaat, defensie en de pensioenen? We zijn de toekomst aan het hypothekeren. Daar maak ik me zorgen om.”

Zijn er verzachtende omstandigheden?

Devos: “Ja. De kiezer heeft de kaarten verschrikkelijk moeilijk gelegd door zeer verdeeld te stemmen. Het is lastig om te regeren met zo’n bonte coalitie van kleine partijen in permanente campagnemodus, omdat ze bang zijn om wéér klop te krijgen van de kiezer. Bovendien werd de positie van De Croo al snel gecontesteerd. De PS stelde zijn methode in vraag, Georges-Louis Bouchez zat op zijn kap en uiteindelijk begonnen ook de Vlaamse partijvoorzitters kritiek te uiten. Het zegt veel dat we naast De Croo al drie andere kandidaat-premiers hebben voor 2024: Paul Magnette, Bouchez en Conner Rousseau. Zijn eigen analyse is werkelijkheid geworden: als je als zevende partij de premier levert, word je de dweil van de regering. Het helpt ook niet dat deze ploeg is vertrokken van een zwak regeerakkoord, waarin essentiële knopen niet werden doorgehakt. Misschien had niemand het in die moeilijke omstandigheden beter kunnen doen, maar De Croo had toch meer moeten tonen wie de baas is. Als Magnette en Bouchez je werk onmogelijk maken door hun ministers te verhinderen akkoorden te sluiten, moet je op tafel kloppen: ‘Gasten, ofwel laten jullie ons werken, ofwel stap ik naar de koning.’ Maar dat kon hij niet doen, want dan kreeg de N-VA gelijk. Zij hebben vanaf dag één gewaarschuwd dat er met Bouchez geen land te bezeilen was en Vivaldi een ramp zou worden voor de Vlaming.”

Wat kunnen we nog verwachten van De Croo?

Devos: “Niet veel meer, want hij is zijn eigen positie aan het ondermijnen. Op 1 mei ging hij in campagnemodus, door te zeggen dat de werkloosheidsuitkeringen moeten worden beperkt in de tijd. Voor de PS, die al lang zat te wachten op een faux pas van hem, werkte dat als een rode lap op een stier. En recent joeg hij de groenen op de kast door te zeggen dat we de pauzeknop moeten induwen voor de Europese natuurherstelwet.”

Sinardet: “Ik heb De Croo zien evolueren: het eerste jaar stond hij boven de partijen, het tweede jaar liet hij zijn regering teveel links liggen voor het internationale toneel en nu is hij meer partijman dan premier. Open Vld verwacht dat hij de campagneleider wordt, maar daardoor verzwakt hij zichzelf als regeringsleider en krijgt hij niks meer gedaan van zijn coalitiepartners. Zo dreigt hij tussen wal en schip te vallen: hij verliest zijn imago als staatsman, maar kan ook niet de volbloedliberaal uithangen omdat zijn palmares niet blauw genoeg kleurt.”

Zijn partij hoopt toch dat De Croo in de verkiezingscampagne nog enkele extra procentjes kan binnenhalen.

Devos: “In Oost-Vlaanderen zal hij de neergang van zijn partij nog wel afwenden. Maar elders? Hij is vooral populair in Brussel en Wallonië, veel minder in Vlaanderen. Het ontslag van Eva De Bleeker heeft hem ook beschadigd: de man die het boek De eeuw van de vrouw schreef, gooide een vrouwelijke collega onder de bus. Dat is geen fraai beeld.”

VINCENT VAN PETEGHEM (CD&V): ‘OLDSKOOL CD&V’ER’

VINCENT VAN PETEGHEM (CD&V): ‘OLDSKOOL CD&V’ER’
Beeld BELGA

Devos: “Vincent Van Peteghem is een dealmaker à la Dehaene: hij kan grote hervormingen aan. Zijn grootste werf is de fiscale hervorming. Dat plan is af en hij roept nu al maanden dat er een belastingverlaging van 6 miljard euro klaarligt: 835 euro netto per jaar extra voor elke werkende Belg! ‘De anderen moeten alleen nog op het knopje duwen.’ Of anders gezegd: als het niet lukt, is het niet mijn schuld. Zo eigent hij zich een liberaal thema toe. De premier aanschouwt dat wellicht met gemengde gevoelens: Van Peteghem komt op in zijn kieskring.”

Michel Maus (professor fiscaal recht VUB): “Zijn fiscaal plan is een evenwichtige blauwdruk waarin lasten op arbeid worden verschoven naar kapitaal, consumptie en vervuiling. Het bevat plussen en minnen voor elke partij, maar het wordt wellicht een mager beestje, omdat elke coalitiepartner die minnen wil uitgommen. Van Peteghem is een van de beste ministers van de regering, maar is het slachtoffer van de moeilijke omstandigheden: de Vivaldipartijen laten zich opjagen door opiniepeilingen en extreme partijen.”

Sinardet: “Ik vond zijn blauwdruk toch wat teleurstellend. Als het de bedoeling is om de fiscale absurditeiten te schrappen, had hij komaf moeten maken met de salariswagens, maaltijdcheques en onbelaste huurinkomsten. Nadien heeft hij zijn plan nog afgezwakt, in een poging om er toch minstens een deel van te kunnen uitvoeren. Die politieke evenwichtskunst is nobel en nodig, maar daardoor krijgen we in het beste geval een lastenverlaging die geen enkele Belg voelt en waarvan het effect op de economie beperkt blijft. We hebben een grote hervorming nodig die alle taboes tegelijk doet sneuvelen en met die middelen dan ook een écht voelbare daling van de lasten op arbeid kan realiseren. Maar toegegeven, ik vrees dat dit met geen enkele coalitie mogelijk is.”

Maus: “Van Peteghem heeft de voorbije twee jaar al stukjes van zijn plan uitgevoerd, zoals de hervorming van de auteursrechten en het fiscaal gunstregime in de sport. Slim gezien: als je de olifant niet in één keer kunt opeten, moet je hem in stukjes serveren.

“Alleen is het jammer dat andere excessen niet worden aangepakt. Geen enkele politicus durft werk te maken van een hervorming van het kadastraal inkomen, waardoor veel huiseigenaars meer zullen moeten betalen.”

Sinardet: “Die schijfjes heeft hij wel moeten opofferen voor de begroting, waardoor hij ze niet meer kan gebruiken in zijn belastingshervorming om de belastingen op arbeid te doen dalen. Daardoor komen ze eigenlijk neer op belastingsverhogingen.”

Hoe doet Van Peteghem het op het vlak van fraudebestrijding?

Maus: “Hij is minder ambitieus dan John Crombez destijds in de regering-Di Rupo. De zwarte economie is in België veel groter dan in onze buurlanden. Er heerst een grote frustratie bij burgers en bedrijven over de hoge belastingdruk, hoge overheidsuitgaven en de ongelijke verdeling van de belastingen. Dat leidt tot ontduiking en fraude. De regering doet zeer weinig om die frustraties weg te nemen en het systeem eerlijker te maken. Dat komt vooral ten goede aan rijke mensen die dure fiscalisten kunnen betalen.”

Is Van Peteghem een vlotte jongen?

Sinardet: “Veeleer een voorzichtige, oldskool cd&v’er. Hij is een zeer degelijke vakminister, maar ik betwijfel of het brede publiek hem kent. Als voormalig comedian staat hij in de regering bekend om zijn grapjes, maar in zijn media-optredens hebben we dat humoristische kantje nog niet gezien. Ook als vicepremier profileert hij zich zelden.”

Maus: “Van Peteghem is pragmatisch. Hij schreef een brief aan de banken om te zeggen dat ze de rente op spaarboekjes moeten optrekken, maar zonder de sector met twee voeten vooruit te tackelen. In België is dat misschien de beste manier om iets te realiseren.”

FRANK VANDENBROUCKE (VOORUIT): ‘GESLEPEN VOS’

FRANK VANDENBROUCKE (VOORUIT): ‘GESLEPEN VOS’
Beeld BELGA

Devos: “De start van Frank Vandenbroucke was ijzersterk. De duidelijke lijn die hij en de premier aanhielden tijdens de coronacrisis, was een verademing voor het gros van de bevolking.”

Jan De Maeseneer (arts, professor huisartsengeneeskunde UGent): “Als voorzitter van het expertenpanel dat de Europese Commissie adviseert rond gezondheid heb ik al vaak gezien dat Vandenbroucke er in het Europese peloton met kop en schouders boven uitsteekt. De man heeft een visie, gebaseerd op wetenschappelijk inzicht en solidariteit, en kan die begrijpelijk uitleggen. In vergelijking met de rest van Europa heeft hij de coronacrisis schitterend gemanaged. Bij ons was er minder jojo-beleid, de scholen waren vaker open dan in onze buurlanden en onze vaccinatiegraad ligt bij de hoogste van Europa. Na de tweede golf rolde de minister ook een plan uit om de geestelijke gezondheidszorg toegankelijker te maken, zodat iedereen voor 11 euro naar een psycholoog kan.”

In Het Laatste Nieuws verschenen wel meerdere verhalen over het geld dat onder Vandenbroucke werd verspild, onder meer aan mondmaskers en duur testmateriaal.

De Maeseneer: “Er werd bij momenten te veel getest en sommige labo’s kregen te veel geld. Maar achteraf is het makkelijk praten. In volle crisis was het alle hens aan dek, ons land was niet voorbereid. In zulke omstandigheden proberen opportunisten hun graantje mee te pikken, helaas.”

Devos: “Na corona werd Vandenbroucke minder zichtbaar, maar richtte hij zich op belangrijke hervormingen in de gezondheidssector: de lonen van de artsen, de activering van langdurig zieken. Dat ligt allemaal gevoelig, maar hij krijgt wel dingen gedaan.”

Sinardet: “Zijn departement kreeg ook een pak meer geld. Na corona durfde niemand nog te besparen op de zorg. Zijn hervormingsplannen zijn ambitieus en aartsmoeilijk. Gelukkig kent hij zijn dossiers tot in de puntjes en heeft hij een uitgebreide trukendoos.”

De Maeseneer: “Vandenbroucke wil de overconsumptie in de gezondheidszorg aanpakken om ons systeem betaalbaar te houden. Het is achterhaald om artsen per prestatie te betalen, dat leidt tot onnodige ingrepen. Zijn grootste handicap is dat hij door een jungle van adviesraden moet. Ons overlegmodel werkt niet meer, het verlamt het beleid.

“Al onze gezondheidsministers moeten ons land ook dringend voorbereiden op de demografische tijdbom die op ons afkomt: er zal de komende twintig jaar een enorm aantal hoogbejaarden bij komen. Je kunt die mensen niet allemaal in grote rusthuizen steken. We hebben kleine units nodig, dicht bij zorgnetwerken, scholen, parkjes. Maar daar hoor je onze politici nauwelijks over.”

Devos: “Als vicepremier houdt Vandenbroucke zich opvallend gedeisd in de media. De PS, die hem twintig jaar geleden al wegpestte uit de federale regering, vreesde dat hij zou terugkeren als de oude meester Frank en zijn pensioenrapport opnieuw op tafel zou leggen. Maar hij zwijgt daarover, om de vrede te bewaren.”

Sinardet: “Hij profileert zich niet op elk dossier, maar in het kernkabinet weegt hij wel. Als hij echt iets wil, haalt hij dat binnen. Hij blijft een geslepen vos.”

Devos: “Maar hij doet niet mee aan het gekrakeel met venijnige zinnetjes en tweets. Daardoor creëert Vooruit het imago dat zij als enige partij bezig zijn met de problemen van de mensen, en kan Rousseau blijven zeggen dat ‘de politiek niet goed bezig is, ook al doet Frank nog zo zijn best’.”

Is het een probleem dat hij niet verkozen is?

Devos: “Het is niet ideaal, maar bij Vandenbroucke bestaat er geen twijfel over zijn competentie. En aangezien hij zijn hervormingen wil voortzetten in de volgende regering, zal hij zich volgend jaar aanbieden aan de kiezer.”

PETRA DE SUTTER (GROEN): ‘GROEN ACHTER DE OREN’

PETRA DE SUTTER (GROEN): ‘GROEN ACHTER DE OREN’
Beeld Photo News

Devos: “Petra De Sutter stelde zich aanvankelijk constructief op in de regering en werd gewaardeerd door haar collega’s. Het laatste jaar is ze scherper geworden, vanwege de tegenvallende peilingen. Ze uitte kritiek op het migratiebeleid van collega Nicole De Moor en floot zelfs de premier terug, nadat die had voorgesteld om de Europese natuurherstelwet in de koelkast te steken.”

Wouter Van Dooren (professor bestuurskunde UAntwerpen): “De Sutter heeft rust gebracht op het departement Ambtenarenzaken en dat was dringend nodig. Haar voorgangers wilden allemaal besparen, hervormen en een erfenis achterlaten. De Sutter niet.”

Past ze dan alleen op de winkel?

Van Dooren: “Dat is te streng. De laatste twintig jaar hebben ambtenaren alleen besparingen moeten slikken en verwijten naar hun hoofd gekregen. De overheidsdienst Financiën werd afgebouwd van ruim 30.000 medewerkers naar 20.000. Zulke hervormingen veroorzaken permanente stress in een organisatie, kijk maar naar de VRT. Onder De Sutter zijn de bruuske besparingen gestopt. Het is doorgedrongen dat er gaten vallen in de dienstverlening als je de overheid te veel uitkleedt. Als je die gaten vult met consultants, ben je uiteindelijk nog duurder af.”

Wat vindt u van haar omgang met Bpost?

Van Dooren: “Het is positief dat ze met haar postwet bedrijven als PostNL probeert te dwingen tot menswaardige lonen en arbeidsvoorwaarden. Al is het nog onduidelijk of die wet er komt.”

Sinardet: “De groenen krijgen vaak het verwijt dat ze te dogmatisch zijn. De Sutter bewijst het tegendeel met haar rustige stijl. Maar ik zie geen grote verwezenlijkingen. De Sutters grootste handicap is dat ze geen zwaarwegende bevoegdheden heeft. Alleen door de heisa bij Bpost stond ze plots vol in de schijnwerpers.”

Devos: “Ze gaf toe dat het fout was om twee gedetacheerde Bpost-medewerkers op haar kabinet aan te stellen, maar haalde aan dat andere ministers dat ook deden. Dat is een zwak argument voor groene politici, die voortdurend zeggen dat ze op een andere manier aan politiek willen doen. Ik vond haar verdediging wankel. Eerst beweerde ze dat er geen belangenvermenging was op haar kabinet, nadien bleek dat dat eigenlijk wel zo was. Ze probeerde zichzelf ook in de markt te zetten als crisismanager die de boel opkuist bij Bpost, maar ze holde vooral achter de feiten aan. Het was al maanden duidelijk dat er bij dat bedrijf van alles misliep. Zij slaagde er niet om daar grip op te krijgen. De Sutter is een intelligente klassedame met wie je akkoorden kunt sluiten, maar ze mist nog wat ervaring op het hoogste niveau.”

VINCENT VAN QUICKENBORNE (OPEN VLD): ‘MOEILIJK VAN DE GROND’

VINCENT VAN QUICKENBORNE (OPEN VLD): ‘MOEILIJK VAN DE GROND’
Beeld BELGA

Sinardet: “Vincent Van Quickenborne heeft enkele mooie successen geboekt met de vrijlating van Olivier Vandecasteele en de strijd tegen de georganiseerde drugsmisdaad, waarvan hij zelf het slachtoffer werd (Van Quickenborne moest onderduiken met zijn gezin, red.). Hij stelt de dingen soms wat te mooi voor, maar durft ook tegen de stroom in te gaan. Na de commotie over het Reuzegom-proces ging hij in debat met studenten, legde hij uit dat werkstraffen wél zinvol zijn en verdedigde hij de rechtsstaat, in tegenstelling tot Sammy Mahdi, die meesurfte op de volkswoede.”

Devos: “Van Quickenborne is een Kortrijkse verkoper bij wie je je soms afvraagt: heb ik nu niet te veel betaald? (lacht) Maar hij slaagt er wel in om de logge tanker van Justitie te keren. Het nieuwe strafwetboek werd al door meerdere ministers aangekondigd: het ligt er. De digitalisering van Justitie schiet eindelijk op: slachtoffers kunnen hun dossier online raadplegen en advocaten hoeven niet meer voor elke bagatel naar de rechtbank. De minister had ook beloofd om de korte gevangenisstraffen tot drie jaar effectief uit te voeren. De deadline werd een paar keer uitgesteld, maar voor straffen vanaf twee jaar zijn we zover. Als liberale vicepremier heeft hij geen makkelijke rol, maar tijdens de onderhandelingen in de kern laat hij zich gelden. Hij is zonder twijfel een sterkhouder.”

Sonja Snacken (VUB-professor criminologie): “Kort na zijn aantreden heb ik een brief geschreven om te pleiten voor een modern strafbeleid met kortere en alternatieve straffen. Finland heeft daar grote successen mee geboekt: hun gevangenispopulatie is drastisch gedaald en het vertrouwen in Justitie is er dubbel zo groot. Het Europees Hof heeft ook al bepleit dat we de overbevolking in onze gevangenissen moeten oplossen met kortere, nuttige straffen, niet door meer gevangenissen te bouwen. Van Quickenborne leek volledig akkoord te gaan met die visie. Ik vond het ook mooi dat hij zich vier dagen liet opsluiten met ex-gedetineerden voor het Play4-programma Recht naar de gevangenis. Helaas is de uitvoering van zijn nieuwe strafbeleid nogal halfslachtig. In het nieuwe strafwetboek riskeer je nog altijd drie jaar gevangenis voor een diefstal zonder geweld, in Finland is dat een geldboete of maximaal 18 maanden. De minister heeft ook de straffen voor seksuele vergrijpen verzwáárd. Hij trekt zijn visie dus niet consequent door, zeker niet als het maatschappelijk gevoelig ligt.”

Van Quickenborne kondigde ook vijftien halfopen detentiehuizen aan, waarin gedetineerden met een laag veiligheidsrisico een korte straf uitzitten, terwijl ze overdag gewoon gaan werken en deelnemen aan de samenleving. Dat bevordert hun reïntegratie.

Snacken: “Dat is een goed idee, maar behalve in Brussel en Kortrijk krijgt de minister die detentiehuizen moeilijk van de grond. Burgemeesters willen ze niet in hun gemeente. Zo blijven we steken in een vicieuze cirkel met overbevolkte gevangenissen waar gedetineerden slecht voorbereid worden op hun terugkeer naar de samenleving, met hoge recidivecijfers als gevolg. De bedoeling was dat de detentiehuizen de gevangenissen zouden vervángen, bij ons komen ze er gewoon bij. Zo blijft een echte hervorming van ons systeem uit.”

TINNE VAN DER STRAETEN (GROEN): ‘PERFECTE STORM’

TINNE VAN DER STRAETEN (GROEN): ‘PERFECTE STORM’
Beeld Photo News

Devos: “Inzake expertise qua energie loopt er niemand beter rond in de Wetstraat. Bedrijfsleiders en Europese politici zijn onder de indruk van Tinne Van der Straeten. En toch kreeg ze de kernuitstap niet verkocht bij de bevolking en vond ze te weinig steun in de regering.”

Luc Pauwels (energie-expert VRT): “Voor het eerst in twintig jaar kregen we een energieminister die de materie beheerste. Vanaf dag één vloog ze erin om de grote trofee van de groenen binnen te halen: de kernuitstap. De vorige regering had acht gascentrales gepland om de kerncentrales te vervangen, Van der Straeten mikte echter op slechts twee nieuwe centrales. Zo dreigde er een gat in onze energiebevoorrading te ontstaan. De minister wilde dat dichtfietsen met hernieuwbare energie, batterijparken, een slimmer net en een gigantische import. Maar experts vertelden me: ‘Zo komen we er nooit.’ Toch leek Van der Straeten te slagen in haar opzet.”

Tot de oorlog in Oekraïne uitbrak.

Pauwels: “Nee, die oorlog gebruikte ze alleen om haar bocht te maken. Het liep al mis in december 2021, toen de scheurtjes in de Franse kerncentrales aan het licht kwamen. Van der Straeten had de import van die Franse kerncentrales nodig om de onze te kunnen sluiten. Maar plots kwamen de Fransen zelf stroom tekort! Zo kwam de achilleshiel van haar plan bloot te liggen: de grote afhankelijkheid van het buitenland. Daar kwamen de oorlog in Oekraïne en de hoge gasprijzen nog bovenop, waardoor ook bijkomende gascentrales geen optie meer waren. Bovendien bleek uit nieuwe onderzoeken van netbeheerder Elia dat het stroomverbruik van onze industrie en gezinnen veel sneller zal groeien dan verwacht. Zo kwam de minister in een perfecte storm terecht en moest ze wel beslissen om de twee jongste kerncentrales te langer open te houden.”

Hoe had ze het beter kunnen aanpakken?

Devos: “De groenen hadden bij de start van de regering moeten zeggen: ‘Wij erven een puinhoop, de kernuitstap is niet voorbereid en wij nemen géén risico met de energiebevoorrading. Dus zullen wij als verantwoordelijke partij twee van de zeven kerncentrales verlengen, in ruil voor miljardeninvesteringen in groene energie.’ Dan had bijna iedereen geapplaudisseerd.”

Pauwels: “Juist! Engie heeft de regering meermaals gevraagd om te beslissen wat ze met de kerncentrales wilde doen. Deadline na deadline werd gemist, tot Engie er zelf de stekker uittrok. Als je dan een jaar later, met het mes op de keel, moet gaan smeken om er toch twee te verlengen, kost dat veel meer dan nodig. We hebben gepokerd met onze bevoorrading.”

Sinardet: “Het was voor een groene minister al ongelukkig om uit te leggen dat de mensen hun gasverwarming moeten afzweren, terwijl zij nieuwe gascentrales bouwt. En het wordt nog pijnlijker nu ze Engie moet overtuigen om twee kerncentrales te verlengen. Die onderhandelingen blíjven ook maar aanslepen, waardoor mensen de indruk krijgen dat Van der Straeten ze slecht aanpakt of zelfs saboteert, hoewel de premier de gesprekken leidt. De grote focus op kernenergie overschaduwt alle goede dingen die ze heeft bereikt voor hernieuwbare energie.”

Pauwels: “Inderdaad. Het energie-eiland in de Noordzee, waterstof voor de industrie, de overwinstbelasting op energie.”

Van der Straeten krijgt vaak kritiek op haar communicatie.

Pauwels: “Terecht. Je voelt dat ze soms dingen zegt die ze zelf niet gelooft.”

Devos: “Door stress en oververmoeidheid legde ze enkele desastreuze tv-interviews af. Als je zo onder vuur ligt en dan dingen zegt als: ‘Noem eens één technisch dossier dat ik nog niet heb opgelost’, maak je het jezelf moeilijk. De partij maakte zich daar ook zorgen over. De laatste maanden is het opvallend stil rond haar.”

Sinardet: “En dat terwijl Van der Straeten de enige bevoegdheid heeft waarmee Groen kon scoren.”

Devos: “De groenen krijgen het etiket van dogmapartij niet afgeschud. De peilingen zijn slecht, ervaren parlementsleden lopen weg. Net zoals in 2003 worden ze geslachtofferd.”

ANNELIES VERLINDEN (CD&V): ‘HOOR IK HIER THUIS?’

ANNELIES VERLINDEN (CD&V): ‘HOOR IK HIER THUIS?’
Beeld Photo News

Sinardet: “Verlinden kwam goed uit de verf tijdens de coronacrisis, ondanks enkele absurde regels. Maar nadien bleven hervormingen uit, hoewel die op haar departement echt wel nodig zijn. Ze mist politieke feeling en een sterk kabinet. Nochtans heeft ze dat zelf samengesteld, maar vooral met juristen, waardoor ze weinig van de ervaren medewerkers overnam van haar voorganger Pieter De Crem.”

Devos: “Tijdens de coronacrisis bewees Annelies Verlinden dat ze een uitstekende juriste is. Als onervaren minister moest ze de coronamaatregelen in koninklijke besluiten gieten. Toch werd ze nooit teruggefloten door justitie: chapeau. Maar na de pandemie moest de politica in Verlinden naar boven komen, en dat loopt moeilijker. Haar palmares is vrijwel leeg. Verlinden moest ook de staatshervorming voorbereiden in tandem met MR-minister Clarinval. De expert die ze daarvoor had aangetrokken, heeft uit pure wanhoop ontslag genomen, omdat de Franstaligen weigeren mee te werken.”

Dirk Van Daele (professor Politierecht KU Leuven): “Verlinden is van goede wil, maar meer dan op de winkel passen doet ze niet. Er is dringend nood aan een moderne politiestructuur. In vergelijking met het buitenland hebben wij niet te weinig politiemensen, ze worden gewoon niet efficiënt ingezet. Verlinden pleit terecht voor grotere politiezones van minstens 500 operationele politiemensen, maar ze wil geen fusies verplichten. Via vrijwillige fusies zijn we de laatste 25 jaar van 198 naar 184 zones gegaan. Dat gaat te traag, we moeten naar 20 à 25 politiezones.”

Hoe doet ze het in de war on drugs?

Van Daele: “Ze investeert in technologie om de Antwerpse haven te beveiligen en tracht de federale politie te versterken, maar door haar beperkte budget en de krapte op de arbeidsmarkt gebeurt dat mondjesmaat. Bovendien is haar wet op de bestuurlijke handhaving, die burgemeesters meer slagkracht moet geven tegen de georganiseerde misdaad, een sof.”

Verlinden ligt ook onder vuur bij de politievakbonden, omdat ze een loonsverhoging beloofde die achteraf door de regering werd afgezwakt wegens de barslechte begroting.

Van Daele: “Het kernkabinet heeft haar in de rug geschoten. Als je een sociaal akkoord sluit, is de heilige regel dat je dat ook uitvoert. De sfeer tussen de regering en de politievakbonden is nu totaal verziekt. In dat klimaat moet Verlinden meer politiepersoneel aantrekken. Toch hoor je amper een onvertogen woord van haar. Haar partij mag zich eens afvragen waarom ze in de regering zit. Wat hebben ze nu eigenlijk al verwezenlijkt?”

Sinardet: “Verlinden ontwijkt het conflict en probeert boven het gewoel te staan. Je zou kunnen zeggen dat andere politici een beetje meer Annelies mogen zijn, maar met haar voorzichtige aanpak realiseert ze ook niet veel. Ze zegt ook weinig beklijvends, wellicht uit angst om iets verkeerds te zeggen.”

Devos: “Maar op een brave manier kun je ook pertinente dingen zeggen. Het is bijna alsof ze zich afvraagt: hoor ik hier wel thuis?”

NICOLE DE MOOR (CD&V): ‘NIET HAAR SCHULD’

NICOLE DE MOOR (CD&V): ‘NIET HAAR SCHULD’
Beeld Photo News

Sinardet: “Als kabinetchef van Sammy Mahdi is De Moor al drie jaar mee verantwoordelijk voor het asielbeleid. Ze kent haar dossiers perfect en werkt hard, maar daar houdt het goede nieuws op. Ze communiceert minder scherp dan Mahdi, de meeste mensen onthouden enkel dat ze de asielcrisis niet opgelost krijgt. Tentenkampen in Brussel, kraakpanden waar middeleeuwse ziektes als schurft uitbreken, deurwaarders die haar kabinet leeghalen: dat is gewoon schrijnend.”

Marc Bossuyt (ex-commissaris-generaal voor de vluchtelingen, ex-rechter Grondwettelijk Hof): “Bij de start van de regering beloofden Mahdi en De Moor kortere procedures, meer respect voor de mensenrechten, hogere terugkeercijfers en correcte asielopvang. Daar is bitter weinig van terechtgekomen: de chaos in de opvang is compleet, het terugkeerbeleid faalt, de stapel met achterstallige dossiers schurkt tegen het plafond aan en België is al meer dan vijfduizend keer veroordeeld voor het schenden van de rechten van asielzoekers. Maar het is te streng om dat De Moor aan te wrijven. Zij doet wat ze kan in moeilijke omstandigheden. Voor zij Sammy Mahdi kwam vervangen, was de zaak al in het honderd gelopen.”

Wat liep er dan mis?

Bossuyt: “Onder Theo Francken werd de achterstand in de asieldossiers vrijwel volledig weggewerkt. Sinds 2019 is die weer opgelopen. Daar ligt de belangrijkste oorzaak, want die achterstand trekt meer aanvragen aan. Lange wachttijden en eindeloze beroepsprocedures zijn aantrekkelijk voor wie hier lang wil blijven. In 2018 kregen we 1.000 aanvragen per maand, dat was beheersbaar. Nu krijgen we al twee jaar lang meer dan 2.000 aanvragen per maand, met pieken tot boven de 4.000. Dat is catastrofaal. Toen de oorlog in Oekraïne uitbrak, zaten onze 30.000 opvangplaatsen al bomvol. Nadien heeft De Moor er nog duizenden extra gecreëerd. De budgetten voor opvangplaatsen lagen nooit hoger. Dat is onhoudbaar, De Moor beseft dat ze de instroom moet beperken. Daarom heeft ze keihard meegewerkt aan de nieuwe Europese migratiedeal.”

Sinardet: “Ook in de regering wist ze een compromis uit de brand te slepen. De groenen eisten noodopvang voor wie nog op straat slaapt. In ruil zouden ze instemmen met De Moors voorstellen om de instroom te beperken en meer ruimte te maken in de opvang. Het probleem is dat geen enkele burgemeester een jaar voor de verkiezingen zo’n nooddorp met asielzoekers op zijn grondgebied wil.”

Bossuyt: “De grote angel zit bij het terugkeerbeleid. Als je mensen wilt uitwijzen, moet je de politie toelaten om woonstbetredingen te doen en afgewezen asielzoekers op te pakken. Dan moet je die mensen kunnen vastzetten in afwachting van hun verwijdering. Ook gezinnen met kinderen. En je moet het aantal beroepsmogelijkheden drastisch beperken. Helaas is dat nog altijd taboe. Zo blijven we aanmodderen.”

Devos: “Diplomaten zeggen dat De Moor indruk maakt op Europees vlak. Ik vind ook dat ze haar mannetje staat. Ze steekt zich niet weg, antwoordt op alle vragen en doorprikt onwaarheden op een kordate manier. Ik heb van Mahdi geen dubbelinterviews met Theo Francken of Tom Van Grieken gezien. De Moor heeft dat al wel aangedurfd. En als ze straks met een nieuw asielwetboek komt, heeft ze iets waar haar voorgangers nooit in geslaagd zijn.”

Lees ook

Dé opiniemakers van Franstalig België: ‘Hebben wij de luxe om uit elkaar te gaan? Zonder twijfel: neen’

ALEXIA BERTRAND (Open VLD): ‘MILJARDEN ZOEKEN’

ALEXIA BERTRAND (Open VLD): ‘MILJARDEN ZOEKEN’
Beeld BELGA

Sinardet: “De premier heeft een betere klik met haar dan met Eva De Bleeker, die werd ontslagen omdat ze de begroting te negatief had voorgesteld. Alexia Bertrand is ex-kabinetschef van Didier Reynders, heeft een Harvard-diploma, is perfect tweetalig en kent het klappen van de zweep. Er wordt naar haar geluisterd, al beging ze wel een schoonheidsfout, toen ze in één van haar eerste interviews niet kon vertellen hoe groot het Belgische begrotingstekort was. Ze schreef dat cijfer nadien in het groot op een bord (lacht).”

Devos: “Bertrand voelt zich als een vis in het water op Begroting, maar ook in haar nieuwe partij. Na haar overstap van de MR profileert ze zich meteen als volbloed Open Vld’er. Haar nadeel is dat ze begon op een moment dat de begroting voor de komende twee jaar al vastlag, en dat die de slechtste van Europa is. In maart lukte het haar wel om het begrotingstekort van 27 miljard te verlagen met 1,8 miljard euro. Dat was geen prachtakkoord, maar de liberalen stonden alleen en toch lukte het.”

Sinardet: “Ze kregen de socialisten zelfs zo ver om de verhoging van de minimumpensioenen een beetje af te romen.”

Devos: “Maar het blijft klein bier in vergelijking met de zware besparingen die ons nog wachten. Oktober wordt de echte test: dan verwacht Europa dat de regering nog meer miljarden vindt.”

Herman Matthijs (hoogleraar openbare financiën UGent en VUB): “Alexia Bertrand is sterker dan Eva De Bleeker, maar de Belgische begroting blijft rotslecht. Onze politici gebruiken de pandemie en de energiecrisis als excuus, maar waarom hebben Nederland en Zweden dan wél gezonde staatsfinanciën? Die landen hebben de voorbije vijftien jaar gesaneerd en duidelijke keuzes gemaakt. Wij gingen de pandemie in met een tekort van 3 procent en een schuld van 100 procent. Toch trok onze regering alle registers open en gooide ze met geld naar mensen die het niet nodig hadden. 1.000 euro per gezin! En nu zitten we in de miserie. In Vlaanderen gaat het nog, maar in Brussel en Wallonië wordt de situatie erg problematisch, en dat wordt ook internationaal steeds meer opgemerkt.”

Bart De Wever vergelijkt onze budgettaire toestand met die van Griekenland. Is dat overdreven?

Matthijs: “Ja. In tegenstelling tot Griekenland hebben wij een stevige economie en een berg spaargeld om onze schuld te financieren. Daarom behouden de financiële markten voorlopig het vertrouwen in ons land. Maar als de rente blijft oplopen, zal Europa drastische ingrijpen eisen. De inspanning van 1,8 miljard euro van dit voorjaar is peanuts. Er moet heel snel 12 à 15 miljard af. Maar ik vrees dat er de komende twee jaar nog weinig zal gebeuren.”

CAROLINE GENNEZ (VOORUIT): ‘GEVECHT BERGOP’

CAROLINE GENNEZ (VOORUIT): ‘GEVECHT BERGOP’
Beeld BELGA

Sinardet: “Haar voorgangster Meryame Kitir kwam niet uit de verf door persoonlijke problemen en strubbelingen op haar kabinet. Door de coronacrisis kon ze ook amper buitenlandse missies ondernemen. Caroline Gennez staat minder in de schaduw.”

Devos: “Ik vind de wissel geslaagd. Met al haar ervaring slaagt Gennez erin om meer draagvlak te creëren voor ontwikkelingssamenwerking, door het thema te koppelen aan klimaat en migratie. ‘Als we geld investeren in die landen, komen er minder migranten naar ons’, is de boodschap. Dat strookt met het flinkse migratiebeleid dat Vooruit tegenwoordig uitdraagt.”

Els Hertogen (directeur 11.11.11): “Maar het ontmoedigen van migratie is een te eenzijdige kijk. Als welvarend land hebben wij de morele plicht om te strijden voor mensenrechten en tegen ongelijkheid. Je voelt wel dat Gennez een hart heeft voor ontwikkelingssamenwerking. Ze kent haar dossiers en zet in op de juiste projecten, maar het blijft een gevecht bergop. In het regeerakkoord beloofden de partijen dat ze tegen 2030 eindelijk 0,7 procent van het bbp zouden investeren in ontwikkelingssamenwerking, maar dat maken ze niet waar. Het budget blijft steken op amper 0,45 procent.”

Sinardet: “Blijkbaar geloven zelfs linkse partijen dat de kiezer niet wakker ligt van zulke thema’s. Dat is hemeltergend. Ontwikkelingssamenwerking is een links departement, maar past minder bij de flinkse koers van Conner Rousseau. Vooruit zou in de regering meer geld voor ontwikkelingssamenwerking kunnen eisen, maar de partij heeft duidelijk andere prioriteiten.”

© Humo