Direct naar artikelinhoud
NieuwsFederale regering

Iraanse getuigenissen doen Lahbib zweten, maar nota van staatsveiligheid redt haar vel

Buitenlandminister Hadja Lahbib in de Kamer.Beeld Photo News

Minister van Buitenlandse Zaken Hadja Lahbib (MR) kreeg het vertrouwen van de Kamer, maar veel scheelde het niet. De Staatsveiligheid moest de meubelen redden, na een getuigenis over Iraanse represailles.

“U excuseert zich voor wat bijkomstig is, en trekt uw paraplu open voor wat essentieel is”, zei Malik Ben Achour, Kamerlid voor de PS.

Het was met frisse tegenzin dat de linkse partijen de motie van wantrouwen tegen buitenlandminister Lahbib niet steunden. Nochtans vertrouwen ze haar niet meer, nadat de minister de afgelopen twee weken zwalpte in het dossier van de visa die ze uitreikte voor de burgemeester van Teheran en zijn gevolg.

Net op de ochtend voor de vertrouwensstemming getuigden twee broers bij Het Laatste Nieuws dat hun moeder in Iran onder druk werd gezet, omdat een van hen in ons land betoogde tegen het officiële bezoek uit Iran. Niet enkel de oppositie, ook de linkse meerderheidspartijen vonden dat een reden om de minister opnieuw te roosteren.

“U betreurde dat bepaalde mensen het gevoel hadden dat ze geïntimideerd werden, maar het is meer dan een aanvoelen”, zei Samuel Cogolati van Ecolo. “Een moeder van 67 jaar werd aangehouden en geïntimideerd. Waarom? Omdat haar zoon betoogde in Brussel en door de delegatie werd gefilmd.”

Tegen de avond dook in de regering informatie op van de veiligheidsdiensten over de twee Iraanse broers die ernstige vragen oproept over hun betrouwbaarheid. De arrestatie van hun moeder is ook amper of niet te bewijzen, maar tegelijkertijd is het niet zo ongewoon en verwonderlijk dat Iran familieleden van demonstranten aanpakt. Dat staat onder andere in de nota die de regering met spoed opvroeg bij de Staatsveiligheid. Ook de inlichtingdienst kan niet zo simpel verifiëren of die moeder werd verhoord. Daarnaast is het nog moeilijker te verifiëren of dit dan een gevolg zou zijn van de foto’s door delegatieleden. Ook de Iraanse oppositie verspreidde beelden van de betoging die de getuige in kwestie tonen.

Voor de regering is het belangrijk dat de nota van de Staatsveiligheid aantoont dat Iran geen officiële delegatie van 14 personen in Brussel nodig heeft om beelden van opposanten te verzamelen. Het is geweten dat het regime zich actief bezig houdt met het bespioneren van gevluchte Iraniërs.

“Repressie ten aanzien van familieleden die zijn achtergebleven in het thuisland is uiteraard onaanvaardbaar”, zegt de Staatsveiligheid. “Onze dienst zet zich in om de veiligheid en de democratische rechten van opposanten in België te vrijwaren tegen spionage en inmenging, en de andere dreigingen.”

Minister Lahbib had ’s ochtends, na het verschijnen van de getuigenissen, de Iraanse ambassadeur al op het matje geroepen. Die beweerde dat de delegatieleden enkel foto’s namen om te tonen dat er amper demonstranten waren opgedaagd. Lahbib vindt dat geen bevredigend antwoord en zal het incident ter sprake brengen bij de Iraanse minister van Buitenlandse Zaken.

Voor het eerst in twee weken gaf de minister in de Kamer ook toe dat de Iraniërs die foto’s namen van de demonstranten wel degelijk deel uitmaakten van de officiële delegatie. Meer nog dan het uitreiken van de visa, is het voor veel Kamerleden een probleem dat de minister voortdurend haar eerdere versies van de feiten moet corrigeren.

“Hoe kan zo’n minister nog verder functioneren?”, vroeg Raoul Hedebouw (PVDA/PTB), die zich vervolgens tot de parlementsleden van Vooruit richtte. Tien dagen geleden nam hun staatssecretaris in Brussel Pascal Smet nog ontslag omwille van het Iraanse bezoek. “Jullie minister is voor veel minder moeten opstappen”, klonk het.

’s Middags was er een spoedoverleg met de fractieleiders, maar uiteindelijk sloot de meerderheid de rangen en overleefde minister Lahbib de vertrouwensstemming in de Kamer. Doordat premier De Croo (Open Vld) en MR-voorzitter Bouchez achter haar bleven staan, zou een ontslag van Lahbib neerkomen op een val van de regering.