Wachtlijst voor sociale woning iets korter, maar kandidaat-huurders moeten wel langer wachten

De wachtlijst voor een sociale woning is in 2022 gedaald tot 176.026 kandidaat-huurders. Dat zijn er 3,5 procent minder dan in 2021. Dat blijkt uit cijfers van Vlaams minister van Wonen Matthias Diependaele. De voornaamste reden is een update van de wachtlijst. De wachttijden zijn licht gestegen.

Het is een probleem dat al jaren lang aansleept: de wachtlijst van de sociale woningen is groot. Mensen die recht hebben op een sociale woning moeten soms langer dan vier jaar wachten. In 2021 kende de lijst een piek met 182.436 kandidaat-huurders.

Vorig jaar is het aantal kandidaten wel met 3,5 procent gedaald, meldt Vlaams minister van Wonen Matthias Diependaele. Dat is de sterkste daling sinds 2011. Al blijft de lijst wel lang. In totaal wachten nog altijd 176.026 mensen op een sociale woning. 

De voornaamste reden voor de daling is de actualisatie van de wachtlijst, zegt de minister. "Om de twee jaar kijken we of alle kandidaten nog wel geïnteresseerd zijn in een sociale woning."

Langere wachttijd

De gemiddelde wachttijd voor een sociale woning nam wel toe van 3,9 naar 4,1 jaar. Minister Diependaele nuanceert dat: "Door de vele fusies werd van de dubbele inschrijvingen enkel de oudste inschrijfdatum behouden, wat een hoger gemiddelde geeft."

"Belangrijker is dat 30 procent van de kandidaat-huurders een woning toegewezen krijgt binnen de twee jaar, en binnen de drie jaar de helft van die wachtenden een sociale woning kreeg toegewezen. Zij die langer dan vier jaar moeten wachten, hebben dan recht op een huurpremie."

Hoger bouwritme

Dat de lijst nog lang is, erkent Vlaams minister van Wonen Matthias Diependaele. "We hebben een recordbedrag aan de kant gelegd voor sociale woningen, om leningen te kunnen verschaffen aan de woonmaatschappijen om nieuwe sociale woningen te bouwen." 

Al komt er veel kritiek op dat budget. Slechts een beperkt deel van dat budget werd de afgelopen jaren uitgegeven om sociale woningen te bouwen. Diependaele verwijst daarvoor naar de recente hervorming waarbij de verschillende huisvestingsmaatschappijen gefuseerd werden. 

"De hervorming is op 1 juli afgerond", zegt hij. "Over heel Vlaanderen zijn we van 139 sociale verschillende woonactoren naar 41 woonmaatschappijen gegaan. Dat zorgt voor een hoger bouwritme. De woonmaatschappijen zijn professioneler uitgerust om sneller te kunnen bouwen."

Diependaele zegt verder dat er afgelopen twee kwartalen 80 miljoen meer werd uitgegeven dan in dezelfde periode vorig jaar. "Niemand gaat daar een "hoera-communicatie" over doen, maar ik denk dat we voorzichtig positief mogen zijn over de hervorming."

Meest gelezen