Direct naar artikelinhoud
Voor u uitgelegdRegulering crispr-cas

Europa wil soepelere regels voor met crispr-cas bewerkte producten, wat betekent dat voor consument?

Een wetenschapper aan de slag in een crispr-cas-onderzoekslabo in Berlijn.Beeld picture alliance via Getty Image

Krijgen we in Europa binnenkort misschien (nog) gezondere broccoli op ons bord? Als het van de Europese Commissie afhangt, moet dat kunnen. Ze presenteert woensdag versoepelde regels voor bijvoorbeeld met crispr-cas bewerkte producten.

Waar gaat dit over?

Om meteen met een moeilijk begrip te beginnen: het gaat over de nieuwe genbewerkingstechnieken, waarvan crispr-cas de bekendste is. Die laat toe om heel doelgericht een wijziging aan te brengen in het DNA van een organisme.

“Als je weet welk gen in een organisme welke functie heeft en wat het gevolg is van een bepaalde wijziging, kan je die via de crispr-techniek simpel introduceren”, zegt René Custers van het Vlaams Instituut voor Biotechnologie (VIB). “In Japan wist men zo tomaten te creëren met meer gamma-aminoboterzuur (GABA), een stof die een gunstig effect op de bloeddruk zou hebben.”

Er zijn twee grote verschillen met oudere genbewerkingstechnieken. Eerst en vooral dat men gerichter kan werken. Oudere technieken stellen DNA bloot aan ionbestraling of radioactieve straling. Dat bracht meer veranderingen in DNA teweeg, en dus ook meer onvoorziene resultaten. Bovendien sleutelen wetenschappers met crispr enkel aan het DNA van het organisme zelf. Bij klassieke ggo’s wordt vaak DNA van een andere plant of een dier ingeplant.

Genetisch sleutelen

voor beginners

DNA-streng

CRISPR-Cas 'Moleculair schaartje' dobbert rond in cel en knipt DNA door op de plek die je vooraf hebt ‘ingesteld’.

Na doorknippen:

automatische

reparatie. Er kan

een litteken ontstaan,

waardoor een gen niet

meer werkt. Cel kan ook losse

stukjes DNA inbouwen (extra gen).

'Schaartje' komt van nature voor in bacteriën, die het gebruiken om binnendringende virussen te bestrijden.

Genetisch sleutelen voor beginners

DNA-streng

Na doorknippen:

automatische

reparatie. Er kan

een litteken ontstaan,

waardoor een gen niet

meer werkt. Cel kan ook losse

stukjes DNA inbouwen (extra gen).

2

3

'Schaartje' komt van nature voor in bacteriën, die het gebruiken om binnendringende virussen te bestrijden.

1

CRISPR-Cas 'Moleculair schaartje' dobbert rond in cel en knipt DNA door op de plek die je vooraf hebt ‘ingesteld’.

Waarom stelt de Europese Commissie deze versoepeling voor?

Verschillende wetenschappers vroegen al langer om een herziening van de wetgeving. Ze wezen erop dat het soort mutaties dat via crispr-cas kan worden aangebracht eigenlijk exact is wat ook spontaan in de natuur gebeurt. “Als één letter verandert in de DNA-code van een organisme, kan niemand achteraf achterhalen of die verandering in het laboratorium of in de natuur gebeurd is”, zegt biotechnoloog Ruben Vanholme (UGent/VIB). “De huidige wetgeving is met andere woorden onmogelijk te handhaven.”

Het Europees Hof van Justitie oordeelde in 2018 dat ook genetisch gemodificeerde organismen (ggo’s) op basis van de nieuwste gentechnieken onder de ggo-wetgeving van 2001 moest vallen. Die ggo-wetgeving is sowieso streng in Europa, los van welke genbewerkingstechniek gebruikt wordt. “We moeten in de praktijk vaststellen dat het in Europa heel moeilijk tot onmogelijk is om een ggo op de markt te brengen voor teelt”, zegt Custers. “Voor de import van ggo’s worden wel goedkeuringen gegeven, maar ook dat is best ingewikkeld.”

Elders in de wereld, zoals in de Verenigde Staten, is die wetgeving soepeler. Daardoor ontstaan soms rare situaties: heel wat veevoeder dat wij importeren bevat genetisch gemodificeerde soja. Maar volgens de huidige wetgeving zijn vleesproducenten niet verplicht om dat te vermelden.

Wat staat er in het nieuwe wetsvoorstel?

Enkele gelekte kladversies van het wetsvoorstel tonen in welke richting de Commissie denkt. Wellicht wil ze ggo’s in de toekomst onderverdelen in twee categorieën: een eerste waaronder organismen vallen met mutaties die ook in de natuur zouden kunnen zijn gebeurd en een tweede waarin meer veranderingen zitten.

Die eerste categorie zou gelijkgesteld worden aan conventioneel veredelde planten, zo berichtte nieuwssite Euractiv enkele weken geleden. Zo zouden ggo’s op basis van de nieuwe gentechnieken wellicht makkelijker geteeld kunnen worden in Europa. Wellicht verdwijnt ook de verplichting voor producenten om een ggo-label te kleven op voeding met ingrediënten uit deze eerste categorie.

Volgens Vanholme zou het wetsvoorstel dingen al een pak “werkbaarder kunnen maken dan nu”. “Maar dat betekent niet dat ze perfect is”, zegt hij, wijzend op de uitzondering die de Commissie mogelijks maakt voor planten die via nieuwe gentechnieken resistent worden gemaakt tegen onkruidverdelgers. “Ik snap niet waarom zulke gewassen onder de tweede categorie zouden moeten vallen. Daar is geen wetenschappelijk argument voor.” Al is het nog afwachten of die uitzondering er uiteindelijk komt. Nieuwssite Politico, die een nieuwe versie kon inkijken, schrijft dat ze intussen verviel.

Ook het creëren maïs die beter bestand is tegen droogte behoort straks tot de mogelijkheden.Beeld Bloomberg via Getty Images

Wat betekent dit voor de consument?

Dat Europeanen binnen enkele jaren misschien wel sla met een verhoogd vitaminegehalte, broccoli met (nog) hogere voedingswaarde of maïs die beter bestand is tegen droogte op hun bord krijgen. “Dat zijn allemaal voorbeelden van gewassen die met crispr bewerkt werden en die verder ontwikkeld kunnen worden voor de markt”, zegt Custers.

Al zal het nog een hele tijd duren eer we daar zijn. Tussen een wetsvoorstel van de Europese Commissie en het moment dat die daadwerkelijk ingaat, gaan jaren. Tot die tijd zal de kwestie sowieso nog voor veel discussie zorgen. Midden mei al schreven zo’n driehonderd milieuorganisaties een brief aan de Commissie met de vraag om het telen van gewassen die veredeld worden via nieuwe gentechnieken onmogelijk te maken. Ook nu reageert Greenpeace sceptisch op de inhoud van de eerste lekken. Volgens de milieuorganisatie is het verre van zeker dat gewassen die bewerkt werden met nieuwe gentechnieken op termijn geen ongewenste, schadelijke gevolgen met zich meebrengen.

Voor alle duidelijkheid: de Europese Federatie van Wetenschapsacademies (ALLEA) schreef in een rapport uit 2020 dat de consensus in de wetenschappelijke gemeenschap is dat “planten die werden onderworpen aan gerichte genoombewerkingen (nieuwe genbewerkingstechnieken, PG), die geen vreemd DNA toevoegen, geen ander gevaar vormen voor de gezondheid of het milieu dan planten verkregen via klassieke veredelingstechnieken, en zijn net zo veilig of gevaarlijk als de laatste”.