Forse reacties op nieuw vervoersplan van De Lijn: "Nog nooit zo weinig mensen tevreden over openbaar vervoer"

Op 1 juli is de eerste fase van het nieuwe vervoersplan ingegaan. Peeters heeft gekozen voor een gefaseerde invoering in plaats van een zogenoemde "big bang", maar dat betekent dat in een aantal vervoersregio's veranderingen worden ingevoerd terwijl nog niet alle alternatieven gerealiseerd zijn. Zo moet er nog heel wat gebeuren op het vlak van deelfietsen, deelwagens of busvervoer op maat.

"Laat ons zeggen: we zijn gestart en we gaan het evalueren en bijsturen op basis van de opmerkingen die er komen", geeft Ann Schoubs toe. "Het is niet de bedoeling dat dit in beton gebeiteld is en dat alles zo blijft." 

Want die opmerkingen van het publiek zijn er wel degelijk. In de vervoersregio Brugge bijvoorbeeld zijn de meeste buslijnen nu al hertekend en zijn veel bushaltes afgeschaft. Een aantal deelgemeenten in het noorden van Brugge wordt ook minder bediend. "Het is zelfs zo dat de stad Brugge intussen een eigen buslijn inlegt om de gaten te vullen die De Lijn laat liggen", klaagt Vlaams Parlementslid Jos D'Haese (PVDA). "Dat vind ik toch wel een bizarre manier van werken."

Een verhaal van een gebrek aan financiële middelen bij De Lijn, waar de voorbije jaren flink is bespaard? "Het blijft een feit dat heel die hervorming gebeurt met een gesloten portefeuille, wat een bijzonder moeilijke opdracht is voor iedereen die daarbij betrokken is", vindt Stijn Bex (Groen). "Ik zou zelfs durven zeggen: een bijna onmogelijke opdracht."

"Ik denk dat we al twee legislaturen met die fameuze hervormingen bezig zijn, maar jammer genoeg is daar tot nu toe niemand beter van geworden", stelt Els Robijns (Vooruit) vast. "We zitten op een punt dat nog nooit zo weinig mensen tevreden waren over het openbaar vervoer, en dat de inkomsten van De Lijn nog nooit zo laag zijn geweest."

"Hoe wil men mensen meekrijgen in het verhaal van het openbaar vervoer als men nu al wordt geconfronteerd met een aantal tekortkomingen", vraagt Wim Verheyden (Vlaams Belang) zich af. "De eerste signalen die we krijgen, zijn naar mijn mening niet echt hoopgevend."

Zelfs vanuit de meerderheid komen er kritische signalen. Het stoort Karin Brouwers (CD&V) dat het vervoer op maat nog niet genoeg is uitgewerkt, en dat heeft gevolgen voor sommige senioren en voor mensen die afgelegen wonen of minder mobiel zijn. "Als bushaltes wegvallen en vervoer op maat staat niet op punt, gaan heel wat mensen geïsoleerd raken."    

"Af en toe moet ik toch wel eens flink de wenkbrauwen fronsen als ik de opmerkingen vanuit de oppositie hoor", stelt Bert Maertens (N-VA). "Als het gaat over de organisatie van het openbaar vervoer, dan hoor ik bij de oppositie vooral een centralistisch verhaal", vindt hij. “De invoering van de basisbereikbaarheid is een ongelofelijke omwenteling, waarbij de verantwoordelijkheid en de beslissingen eindelijk terug bij lokale overheden worden gelegd. Wat ons betreft, is dat een goede evolutie.”  

Ook Marino Keulen (Open VLD) neemt de verdediging op van zijn partijgenote Lydia Peeters als bevoegd minister. Hij heeft het over "een gevoelige verbetering". "We hebben een stap voorwaarts gezet, en daarvoor hebben we het gedaan: méér openbaar vervoer, klantvriendelijk georganiseerd en op subsidiaire basis vorm gekregen in overleg met de lokale besturen."

Minister van Mobiliteit Lydia Peeters (Open VLD) erkent dat ze de voorbije dagen opmerkingen heeft gehoord en verzekert dat ze die ter harte gaat nemen. "Wij gaan continu monitoren en bijsturen."