Direct naar artikelinhoud
Blik op BelgiëGent

Na dood van fietser: Gent zoekt naar oplossingen om tramsporen veiliger te maken

De Vlaanderenstraat in Gent vlakbij het Lippensplein waar een dodelijk ongeval gebeurde met een fietser door de tramsporen viel.Beeld Wouter Van Vooren

Gent wil een fiets- en tramvriendelijke stad zijn. Het probleem is dat die twee niet altijd vallen te rijmen. Het stadsbestuur zoekt naar oplossingen om de zwakke weggebruikers te beschermen.

Wie niet Wout van Aert of Mathieu van der Poel heet, fietst telkens met enige bibber tussen het verkeer in de Gentse binnenstad. De bochtige, smalle kasseiwegen mogen dan wel deel uitmaken van het DNA van de stad, goeie fietsstraten kun je het bezwaarlijk noemen.

Voeg daar ook nog een uitgebreid kluwen aan tramsporen aan toe, en je begrijpt waarom buitenlandse studenten vreemd opkijken als ze zich de eerste keer op de fiets wagen in de Arteveldestad, en waarom lessen over ‘omgaan met tramsporen’ deel uitmaken van de fietscursussen voor beginners die de stad aanbiedt.

In 2018 trokken spoedartsen van het UZ Gent aan de alarmbel, toen bleek dat een kwart van alle geregistreerde fietsongevallen in 2018 gebeurde op Gentse tramsporen. Naar schatting 500 fietsers kwamen na hun val zelfs op een spoedgevallendienst terecht. Ze kwamen vast te zitten met hun wiel, slipten over het gladde staal of vielen bij het oversteken.

En dat zijn alleen de mensen die in het ziekenhuis belanden. Het aantal fietsers dat jaarlijks een bezeerde pols of knie overhoudt aan een struikelpartij op de tramsporen, ligt nog een eind hoger.

Circulatieplan

Het gevaar van die tramsporen in de binnenstad krijgt extra aandacht nu blijkt dat een fietser na een val aan zijn verwondingen overleden is. Begin deze maand kwam een 44-jarige man, vader van twee kinderen, ten val in de Gebroeders Vandeveldestraat. De politie kwam ter plaatse en stelde vast dat ook hier de tramsporen een rol speelden.

De man liep een zware hoofdwonde op en lag twee weken in coma in het ziekenhuis. Daar overleed hij op 14 juli, vernam De Gentenaar na contact met zijn familie. Ook in 2021 was er een dodelijk ongeval. Op 29 augustus gleed de 35-jarige Alexander Verhaeghe met zijn fiets uit over natte sporen en kwam hij met zijn borst tegen een paaltje terecht.

Het is een smet op de reputatie van de Arteveldestad, dat met zijn circulatieplan net een pionier was om de zwakke weggebruiker voorop te stellen. “Wat we niet willen, is dat er een conflict komt tussen de tram en de fiets.”, zegt schepen van Mobiliteit Filip Watteeuw (Groen).

“Door het circulatieplan kregen we meer fietsers op straat. Maar er zijn ook nog mensen voor wie de fiets nemen geen optie is, en daarom hebben we trams nodig. Eigenlijk zijn ze elkaars bondgenoot, want beiden halen ze mensen uit de auto. Maar het klopt dat het soms moeilijk is om daartussen een goed evenwicht te vinden.”

Schuim tussen de tramsporen

Minder trams in de binnenstad is voorlopig dus geen optie. Dan maar een regeling zoals in Amsterdam of Bilbao, waar trams in smalle straten in beide richtingen over hetzelfde spoor gestuurd worden?

“Dat is een interessante optie, waardoor je heel wat ruimte wint”, zegt Kris Peeters, mobiliteitsexpert van PXL Hasselt. “Al zou dat natuurlijk wel betekenen dat het tramnet serieus aangepast moet worden.” Voorlopig ligt die optie in Gent niet op tafel.

“De meeste problemen ontstaan omdat er in kleine straten te weinig ruimte is voor fietsers, voetgangers, trams en parkeerplaatsen”, zegt Wies Callens, woordvoerder van de Fietsersbond. “Op plekken waar het nu gevaarlijk is, zou het daarom verstandig zijn om ruimte te creëren door parkeerplekken weg te halen.”

Volgens Watteeuw is de stad bezig met die oefening te maken. Ook is Gent al langer aan het screenen waar gevaarlijke paaltjes, boordstenen of straatmeubilair in de omgeving van tramsporen weggehaald kunnen worden. Daarnaast worden er pijlen gezet om aan te duiden waar fietsers veilig kunnen oversteken en loopt er een onderzoek om na te gaan of meer accidenten vermeden kunnen worden door de tramsporen op te vullen met een soort schuim.

De enige echt duurzame oplossing is echter om meer afzonderlijk fiets- en tramverkeer mogelijk te maken. Daarvoor rekent Watteeuw op de nieuwe tramlijn 7, die in de volgende legislatuur de hele omcirkeling van de stad compleet zou maken. “Dan kunnen we denken aan nieuwe tramschema’s, en dus meer gescheiden verkeer”, zegt Watteeuw.