Direct naar artikelinhoud
AchtergrondObstetrisch geweld

‘Het voelde alsof ik bij de dierenarts was’: als een bevalling een traumatische ervaring wordt

‘Het voelde alsof ik bij de dierenarts was’: als een bevalling een traumatische ervaring wordt
Beeld Getty Images

Voor sommige vrouwen is de bevalling geen heuglijk moment maar een traumatiserende ervaring. Medische ingrepen uitgevoerd zonder toestemming of uitleg zijn de vaakst voorkomende klacht. Een nieuwe online tool moet dit tegengaan. ‘Het voelde alsof ik bij de dierenarts was.’

“Het laatste dat ik mij kan herinneren, is de gynaecoloog die tegen de anesthesist snauwt: ‘Zo kan ik niet werken, zet haar maar uit!’, zegt Lize*. “Net toen ik ­doorhad dat hij het over mij had, verloor ik het bewustzijn.”

Lize had zich de geboorte van haar zoontje, inmiddels ruim twee jaar geleden, op zijn zachtst gezegd anders voorgesteld. Hoewel ze oorspronkelijk thuis wilde bevallen, kreeg ze wegens lichte zwangerschapsdiabetes het advies dat toch in het ziekenhuis te doen. Daar verliep de bevalling moeizaam, en na uren persen was er nog geen baby in zicht. “Ik ben toen zonder uitleg geknipt”, zegt Lize. “Maar dat hielp niet. Nadat ook vijf pogingen met de zuignap faalden, ben ik zonder veel communicatie naar het operatiekwartier gerold voor een keizersnede. Niemand die mijn vragen beantwoordde of mij geruststelde. Op mijn vraag of het normaal was dat ik tijdens de keizersnede zoveel pijn voelde – de epidurale was uitgewerkt – volgde enkel een ‘oei’.”

Geboortemantra’s

Hier hadden de drie gevolgde bevallingscursussen haar niet op voorbereid. “Daar lig je dan je geboortemantra’s te zingen in het operatiekwartier.” Tot ergernis van de gynaecoloog, dus. Nadat Lize is ‘uitgezet’, wordt ze alleen wakker – door de coronamaatregelen mag haar partner niet aanwezig zijn – “met een lege buik en in paniek”. “Ik heb – naar mijn gevoel een half uur – moeten roepen om iemand die mij kon vertellen of alles oké was met mijn kind en wat het geslacht was. Het heeft lang geduurd voor ik kon praten over wat mij overkomen is zonder overspoeld te worden door emoties.”

Volgens Nederlands onderzoek ziet tien tot dertig procent van de vrouwen hun bevalling als een traumatische ervaring. Een online bevraging in Franstalig België door het Plateforme Citoyenne pour une Naissance Respectée, waaraan meer dan 4.000 vrouwen deelnamen, vond een op de vijf vrouwen onder een of andere vorm met ‘obstetrisch en gynaecologisch geweld’ te maken krijgt. Vooral het uitvoeren van medische ingrepen zonder uitleg of toestemming komt vaak voor.

Dit blijkt ook uit soortgelijk onderzoek door Anna Galle (UGent). Daarbij geeft een op de vijf vrouwen aan dat de communicatie moeilijk verliep en dat ze te weinig betrokken werden bij beslissingen. Bij dit soort studies horen de nodige kanttekeningen, want vrouwen die een slechte ervaring hadden zullen sneller geneigd zijn eraan deel te nemen. “Maar het is duidelijk dat er een probleem is, en dat de geboortezorg beter kan”, besluit Galle.

Officiële statistieken over ‘obstetrisch en gynaecologisch geweld’ zijn er niet. Er bestaan ook verschillende definities van wat het precies inhoudt en de vlag dekt een erg brede lading, van een gebrek aan respect voor de waardigheid van de patiënte tot fysieke agressie en flagrante medische nalatigheid.

Geboortemantra’s
Beeld Jill Heesbeen

Ook Julie* voelde zich tijdens haar ­bevalling heel onrespectvol behandeld. “Ik was al vrij lang aan het persen, zonder veel resultaat”, vertelt ze. “Toen ik plots een schaar hoorde, vroeg ik nog ‘Gaan jullie knippen?’, maar het gebeurde gewoon. Het deed ook verschrikkelijk pijn, want ik beviel zonder epidurale.”

Nadat Julies kindje was geboren, liet de placenta op zich wachten. “Komt die na een uur niet naar buiten, dan wordt die normaal onder narcose operatief verwijderd”, zegt Julie. “Maar in plaats van mij naar het operatiekwartier over te brengen, bracht de gynaecoloog – opnieuw zonder mij te verwittigen – ter plekke haar arm naar binnen om de placenta manueel te verwijderen. Dat deed zoveel pijn dat mijn kind, dat op mijn borst lag, door de schok de lucht in vloog. Als de vroedvrouw niet naast mij had gestaan om de baby op te vangen, had hij even goed op de grond kunnen vallen. Het voelde alsof ik bij de dierenarts was, en de kwaadheid om hoe ik ben behandeld – mishandeld eigenlijk – heeft voor mij de blijdschap over de geboorte compleet overstemd.”

De Senaat werkt al geruime tijd aan een rapport over ‘gynaecologisch en obstetrisch geweld’. Het rapport stipt aan dat sommige medische handelingen te snel en soms om de verkeerde redenen worden uitgevoerd. Een daarvan is de veelbesproken ‘knip’ – episiotomie voor de ingewijden – waarbij het perineum wordt opengesneden om de geboorte te vergemakkelijken.

Volgens de recentste cijfers van het Studiecentrum voor Perinatale Epidemiologie (SPE) wordt bij vrouwen die vaginaal bevallen in 34,9 procent van de gevallen een knip gezet. Gynaecologen nemen de schaar steeds minder ter hand: in 2012 werd er nog bij meer dan helft van de bevallingen geknipt.

Er zijn echter grote verschillen tussen ziekenhuizen. Het aandeel bevallingen met knip varieert van minder dan zes procent tot bijna 75 procent. In Vlaanderen ligt het aandeel knippen 2,4 keer hoger dan in Brussel, en 1,7 keer hoger dan in Wallonië. “Naar de verklaring voor die verschillen is het onderzoek nog lopend”, zegt SPE-directeur Régine Goemaes.

In Vlaanderen ligt het aandeel knippen 2,4 keer hoger dan in Brussel, en 1,7 keer hoger dan in Wallonië

Zuignap

Ook andere ingrepen vinden in sommige ziekenhuizen veel vaker plaats dan in andere. Zo wordt op sommige kraamafdelingen minder dan 15 procent van de bevallingen ingeleid, in andere 40 procent. En terwijl aan het ene uiteinde van spectrum in 18 procent van de gevallen een zuignap of verlostang wordt gebruikt, is dat aan de andere kant bij minder dan 4 procent van de geboortes het geval.

Verschillen tussen patiëntenpopulaties zijn een deel van de verklaring. Sommige materniteiten, bijvoorbeeld in universitaire ziekenhuizen, krijgen meer vrouwen met een groter risico op complicaties over de vloer, waarbij de kans op medische ingrepen groter is. Maar dit verklaart niet alles, erkent gynaecoloog en woordvoerder van de Vlaamse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie (VVOG) Isabelle Dehaene (UZ Gent). “Er is ongetwijfeld nog sensibilisering nodig.”

Gynaecoloog Isabelle DehaeneBeeld R.V.

Toch schoot het Senaatsrapport de gynaecologen in het verkeerde keelgat. Na een boze brief van de VVOG werd de stemming over het document eind vorige maand uitgesteld. Alleen al de benaming ‘obstetrisch en gynaecologisch geweld’ stoot de gynaecologen tegen de borst. “Een vreselijke en beladen term, die kwaadwilligheid insinueert”, vindt Dehaene. “Terwijl wij streven naar een medisch verantwoorde vaginale bevalling.”

De bewering dat er keizersnedes worden uitgevoerd ‘om de bevalling te bespoedigen en sneller naar een andere patiënten te kunnen overgaan’, deed de gynaecologen even met ogen knipperen. “Onze mond viel open”, zegt Dehaene. “Alsof we keizersnedes doen voor ons gemak… Integendeel: wij moeten vrouwen er soms van overtuigen om vaginaal te bevallen.”

In internationaal perspectief ligt het aandeel keizersnedes bij ons in elk geval niet opvallend hoog, eerder integendeel. Iets meer dan 22 procent van de bevallingen gebeurt volgens het SPE met een keizersnede. In ruim de helft van de Europese landen ligt dat percentage hoger.

Het beeld van de knipgrage gynaecoloog is volgens de VVOG ook achterhaald. Die praktijk was vroeger veel meer ingeburgerd, toen er nog geen technologie was om de toestand van de foetus te monitoren. “We knippen enkel wanneer we dat medisch noodzakelijk achten”, zegt Dehaene. Dit is niet alleen het geval wanneer de baby bijvoorbeeld wegens zuurstofgebrek zo snel mogelijk ter wereld moet komen, maar ook wanneer het perineum dreigt te scheuren. “Een scheur kan ernstiger zijn dan een knip”, zegt Dehaene. “Minder knippen betekent niet automatisch minder schade.”

Doorgaans hebben vrouwen niet zozeer een probleem met bepaalde medische ingrepen op zich, maar vooral met de manier waarop ze worden uitgevoerd. “Als ik meer uitleg had gekregen, was het de helft minder traumatisch geweest”, zegt Chanel*, die pas na de bevalling vernam dat ze tegen haar eerder geuite wens in was geknipt. “Ook toen ik mij daar nadien over beklaagde, heb ik nooit een goede uitleg gekregen waarom dat nodig was.”

Vrouwen die hun ongenoegen uiten, voelen zich volgens het senaatsrapport vaak niet gehoord. “Excuses heb ik nooit gekregen”, zegt Julie. “Ik kreeg wel te horen dat ik blij moest zijn omdat het vroeger veel erger was. Ik stond perplex.”

Onrealistische verwachtingen

Gynaecoloog Toenga De Vos (AZ Sint-Elisabeth Zottegem), voorzitter van de Jong Gynaecologen, ziet hoe de verwachtingen van vrouwen zijn geëvolueerd. “Vroeger ging het er heel paternalistisch aan toe, en was het vertrouwen in de arts groot”, zegt De Vos. “De slinger is nu helemaal de andere kant uitgeslagen: patiënten zijn mondiger en willen eigen keuzes maken.”

De Vos stelt vast dat op fora en allerhande websites vaak foute en tegenstrijdige informatie circuleert, die vrouwen een verkeerd beeld kan geven van wat ze moeten verwachten. “Veel teleurstelling is terug te voeren tot slechte informatie en onrealistische verwachtingen.”

Ook Lize wil graag enkele kanttekeningen plaatsen bij sommige cursussen die je op het bijzondere moment voorbereiden. “Hypno-birthing en andere bevallingscursussen houden je voor dat hoe banger jij bent, hoe moeilijker de bevalling verloopt”, zegt ze. “Het is belangrijk dat je ontspant en ‘surft op de golven van de pijn’. Maar als blijkt dat je bevalling niet verloopt zoals minutieus voorbereid en ingeoefend, voel je je daardoor nog meer gefaald.”

Geboorteplan

De VVOG merkt op dat steeds meer vrouwen worden gestimuleerd om een ‘geboorteplan’ op te stellen, waarin de aanstaande ouders aangeven hoe zij het verloop van de bevalling zien. Dat die praktijk in Nederland veel meer ingeburgerd is, verklaart volgens Dehaene waarom het aantal als traumatisch ervaren bevallingen er zo hoog ligt.

“Hoe meer mensen zich vastpinnen op een bepaald scenario, hoe negatiever de ervaring als het dan toch niet loopt zoals gepland”, zegt Dehaene. “Daarom is het beter om te spreken over ‘geboortewensen’. Een geboorte laat zich nu eenmaal niet plannen.”

Maar dat een gedroomd scenario geen werkelijkheid wordt, ontslaat gynaecologen natuurlijk niet van de taak om te communiceren over waarom dat zo is. “Het is aan ons om uit te leggen waarom bepaalde ingrepen nodig zijn en daar toestemming voor te vragen”, zegt De Vos. “Daar werken we aan.”

Dit is nog niet voor alle gynaecologen even evident, merkt een ervaren vroedvrouw die liever niet met haar naam in de krant wil. “Een nieuwe generatie gynaecologen gaat op een meer respectvolle manier met patiënten om. Tegelijk kom je nog vaak gynaecologen tegen die zich heel dominant gedragen. Er is nog veel werk aan de winkel.”

De gynaecologen wijzen wel op een mogelijke keerzijde van de medaille, namelijk hoe vasthouden aan een plan en de wil van de moeder in conflict kan komen met de gezondheid van het kind. “Wij hadden onlangs een patiënte die geen keizersnede wilde, ook al balanceerde de baby op het randje van zuurstoftekort”, zegt Dehaene. “Het valt af te wachten wat daarvan de gevolgen op lange termijn zullen zijn. Wij bevinden ons als gynaecoloog dan in een lastig parket. Want we hebben eigenlijk twee patiënten, maar moeten enkel verantwoording afleggen aan de moeder.”

Misverstanden

Om misverstanden en teleurstelling te vermijden, werkt de VVOG nu samen met de Vlaamse Beroepsorganisatie van Vroedvrouwen (VBOV) aan een nieuwe online tool die in de loop van 2024 beschikbaar moet zijn. “Deze moet ouders correct informeren over de verschillende opties bij de geboorte en hun voor- en nadelen, en hen helpen hun wensen op een gestandaardiseerde manier aan ziekenhuizen en vroedvrouwen te melden”, zegt Marlene Reyns (VBOV). “Zo kunnen ze in overleg met zorgverleners beslissen hoe ze de bevalling zien.”

Dat het om een gezamenlijk initiatief van gynaecologen en vroedvrouwen gaat, is enigszins opmerkelijk. Want beide beroepsgroepen zijn het niet altijd met elkaar eens, met de vroedvrouwen als critici van de ‘medicalisering’ van de geboorte. “Ik betreur die polarisatie”, zegt De Vos. “Want uiteindelijk willen we allemaal hetzelfde: een gezonde baby en een tevreden moeder.”

* Deze getuigen wilden liever niet met hun volledige naam in De Morgen.