KU Leuven ontdekt manier om verhoogd risico op zwangerschapsvergiftiging op te sporen
Onderzoekers van de KU Leuven hebben ontdekt hoe ze in het bloed van zwangere vrouwen kunnen zien wie een verhoogd risico loopt op zwangerschapsvergiftiging. Dat is een ernstige complicatie die bij 1 op de 40 zwangere vrouwen voorkomt en vaak als gevolg heeft dat de bevalling moet worden ingeleid. Dankzij de test kan wie meer risico loopt, preventieve medicatie krijgen.
Zwangerschapsvergiftiging komt bij 2 tot 3 procent van de zwangerschappen voor. De precieze oorzaak is nog altijd onbekend, maar algemeen wordt aangenomen dat het te maken heeft met de bloedvaten van de moeder in combinatie met een placenta, of moederkoek, die minder goed werkt.
Daarom gingen onderzoekers van de KU Leuven, in samenwerking met het UZ Leuven, het AZ Sint-Jan Brugge en Ziekenhuis Oost-Limburg, de structuur van het DNA van de moederkoek vergelijken bij 498 vrouwen zonder en met vroegtijdige zwangerschapsvergiftiging.
Dankzij de test kunnen we vrouwen met een verhoogd risico opsporen, nog voor er symptomen zijn
"We hebben ontdekt dat er vroeg in de zwangerschap een signaal in het bloed zit dat wijst op een verhoogd risico op zwangerschapsvergiftiging", zegt professor Bernard Thienpont (KU Leuven), die het onderzoek heeft geleid.
BEKIJK - "We merkten al vroeg verschillen tussen de twee testgroepen", zegt professor Thienpont in "Het journaal":
"Het laat ons toe om vrouwen met een verhoogd risico te identificeren nog voor er symptomen zijn en hen tijdig preventieve geneesmiddelen toe te dienen die het risico verlagen. Of die de zwangerschapsvergiftiging pas later tijdens de zwangerschap tot uiting laten komen, wanneer er minder risico op complicaties is."
Zwangerschapsvergiftiging kan zonder behandeling schade aan verschillende organen veroorzaken en in uitzonderlijke gevallen zelfs tot het overlijden van de moeder of het kind leiden. Om dat te voorkomen, wordt de bevalling vaak vroegtijdig ingeleid, met in sommige gevallen een vroeggeboorte tot gevolg.Â
Extra staalnames zijn niet nodig, kan met dezelfde bloedafname als voor de NIPT-test
"Zwangerschapsvergiftiging in de 37e week van de zwangerschap is meestal geen ernstig probleem, maar als je het al in week 25 krijgt, en de bevalling moet dan worden ingeleid, dan krijg je natuurlijk een vroeggeboorte en kunnen er zich ernstige complicaties ontwikkelen bij de baby", zegt professor Thienpont.
"Andere screenings minder betrouwbaar"
Volgens de KU Leuven zijn andere, bestaande screenings ofwel minder betrouwbaar ofwel meer complex. "Bijkomend voordeel is dat we onze test kunnen uitvoeren op dezelfde bloedafname die rond de 12e week van de zwangerschap ook al voor de NIPT-test wordt afgenomen (waarmee ook het Downsyndroom bij de foetus wordt opgespoord, red.). Extra staalnames of cellen van de placenta zelf zijn dus niet nodig."
De nieuwe methode moet nu eerst nog verder worden getest. Professor Thienpont hoopt dat ze over enkele jaren in de praktijk kan worden gebruikt.
De studie werd gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift Nature Medicine.