Het Europese streefdoel voor het percentage afgestudeerden hoger onderwijs tussen 30 en 34 jaar oud is 40 procent. Brussel en Vlaanderen halen die norm al enkele jaren. Vlaanderen streeft zelfs naar 47,8 procent tegen 2020.

Crevits is ook tevreden dat er nooit minder vroegtijdige schoolverlaters waren. Slechts 6,8 procent van de 18- tot 24-jarigen beschikt niet over een kwalificatie van het niveau secundair onderwijs, een pak onder de EU-drempel van 10 procent.

De minister stipt wel aan dat levenslang leren een aandachtspunt blijft voor Vlaanderen en België. Eurostat meet hoeveel van de 25- tot 64-jarigen de voorbije vier weken een formele of non-formele vorm van onderwijs en opleiding heeft genoten, en op dat vlak blijft het Vlaams gewest al enkele jaren rond de 7 procent hangen. Crevits en haar collega-minister van Werk Philippe Muyters hebben al een “boost” aan het levenslang leren gegeven met de langetermijnstrategie ‘levenslang leren en de dynamische levensloopbaan’.