Welzijn

Referentie-artsen kunnen zorg voor mensen met dementie verbeteren

Liefst 140 artsen willen referentiearts in dementie worden, bedoeld om collega-artsen te helpen in de zorg voor mensen met dementie.

Veerle Beel

Er zijn ongeveer 141.000 mensen met dementie in Vlaanderen en er wordt een verdubbeling verwacht tegen 2070. De zorg kan daar maar beter op voorbereid zijn. De ziekte treft nu al veel families.

Daarom wil Vlaams minister van Welzijn Hilde Crevits (CD&V) referentieartsen in dementie verspreiden over heel Vlaanderen, om de kwaliteit van de zorg te verbeteren.

140 artsen hebben zich ingeschreven voor de online opleiding die in oktober van start gaat. Crevits maakte daar middelen voor vrij.

Het betreft een initiatief van het Vlaams Expertisecentrum Dementie, in samenwerking met huisarts en oud-hoogleraar Jan De Lepeleire (KU Leuven), dat door de Vlaamse overheid gefinancierd wordt.

Een referentiearts ondersteunt collega’s in zijn of haar regio wanneer zij te maken krijgen met patiënten met dementie en daarbij geconfronteerd worden met moeilijke situaties. De Lepeleire: ‘Zoals de referentieartsen palliatieve zorg, die de zorg aan mensen bij hun levenseinde in het algemeen naar een hoger niveau hebben getild.’

Meer dan een pilleke

De referentie-artsen krijgen een opleidingsmodule over de medische aspecten van dementie, en de nieuwste wetenschappelijke bevindingen.

De rest van de opleiding focust op hun metafunctie: hoe andere artsen ondersteunen? De Lepeleire: ‘Het volstaat niet om mensen met dementie een diagnose te geven en te zeggen dat ze hun pillekes moeten blijven nemen.’

‘Patiënten met dementie, en hun omgeving, hebben ook ondersteuning nodig bij het organiseren van hun zorg, het zoeken naar hulp of nachtopvang, of de inschrijving in een woonzorgcentrum. De ene patiënt is goed omringd, en zal daarbij misschien minder ondersteuning nodig hebben dan de andere. Dat moeten huisartsen allemaal kunnen inschatten.’