plusartikels
Vzw Broeders van Liefde excuseert zich bij slachtoffers misbruik: ‘Deze gruwel kleeft aan onze organisatie’
© Lisa Van Damme
De vzw Broeders van Liefde, een katholieke organisatie die in ons land verschillende scholen en zorginstellingen beheert, heeft zich in een open brief verontschuldigd bij de slachtoffers van seksueel misbruik door geestelijken. ‘Wat we hebben gezien en gehoord was zo verkeerd.’
Sinds de laatste aflevering van de veelbesproken VRT-documentaire Godvergeten regent het reacties op de getuigenissen. De maatschappelijke verontwaardiging is groot. Verontwaardiging die ook door de Broeders van Liefde wordt gedeeld. Zo blijkt uit een open brief die de vzw de wereld heeft ingestuurd.
‘Alles kwam binnen. Alles kwam heel erg binnen. Temeer omdat er zich veel getuigenissen in onze eigen voorzieningen hebben afgespeeld’, valt te lezen. ‘Daarom willen we ons eerst en vooral nogmaals oprecht en uitdrukkelijk verontschuldigen voor elke vorm van seksueel misbruik in het verleden. Wat we hebben gezien en gehoord was zo verkeerd, zo alles wat onze vele medewerkers vandaag niet zijn. We verontschuldigen ons niet om schoon schip te maken. Niet om het verleden af te sluiten en te vergeten. We doen dit omdat we wat fout liep, onder ogen willen zien. En omdat we, met het oog op de toekomst, willen voorkomen dat deze geschiedenis zich ooit herhaalt.’
De vzw reikt ook de hand naar de slachtoffers. ‘We willen jullie ontmoeten. Als jullie dat willen tenminste. Jullie die in de reeks getuigden, maar ook alle anderen die gelijkaardige zaken meemaakten in onze voorzieningen en allen die zich naar aanleiding van deze reeks misschien nog melden. Wij willen luisteren wat we wel nog kunnen doen. En dat in zoveel gesprekken als nodig blijken te zijn.’
Veel schroom
De documentairereeks heeft een duidelijke impact gehad op de organisatie en haar medewerkers. ‘Het is met veel schroom dat collega’s dezer dagen vertellen aan anderen dat ze bij Broeders van Liefde werken. Hun vertrouwen is aangetast. Deze gruwel kleeft aan onze organisatie, maar dit is voor ons ook het moment om te kijken naar wie wij zijn en willen zijn, zoeken naar eventuele slachtoffers die zich nog niet meldden, kijken naar onze procedures rond grensoverschrijdend gedrag, naar de band tussen congregatie en organisatie, naar de structuur en naar de vlag waaronder we ons verbinden.’
Tot slot richt de organisatie zich nog expliciet tot klokkenluider Rik Devillé, de priester die zich al decennialang inzet voor de slachtoffers: ‘Je bent vaak verguisd, in een hoek gezet en aangevallen. Maar wij willen jou erkennen, want wat je deed en doet, getuigt van moed. Moed die bij velen ontbrak.’
