Jonathan Conricus, luitenant-kolonel en woordvoerder voor het Israëlische leger, gaf vannacht een voorlopige balans in een videoboodschap op X, het voormalige Twitter. “Meer dan 1.000 Hamas-militanten hebben zaterdag ons grondgebied betreden. Ze gingen van huis tot huis om mensen af te slachten. Voorlopig is er sprake van 700 Israëlische doden en meer dan 2.100 gewonden, van wie er zich veel in kritieke toestand bevinden. Daarnaast is ook een groot aantal Israëli’s – hoeveel precies weten we nog niet – met geweld gevangengenomen. Het gaat om onschuldige burgers: vrouwen, kinderen, ouderen en zelfs mensen met een beperking.”

Volgens Conricus was dit “veruit de ergste dag in de Israëlische geschiedenis”. “Nog nooit zijn zoveel burgers gedood door één actie. Dit is onze 9/11 en Pearl Harbour in één klap”, aldus de luitenant-kolonel. “Onze job is om ervoor te zorgen dat Hamas tegen het einde van de oorlog geen enkele militaire capaciteit meer heeft waarmee het ons kan bedreigen. Hamas mag ook niet meer over de Gazastrook leiden. Maar dat is de toekomst. Nu focussen we ons op het bergen van lichamen, het rouwen met families en het voorbereiden van onze troepen.”

“Honderdduizenden reservisten” klaargestoomd

Zijn collega, admiraal Daniel Hagari, zei dan weer dat er op zes sites in het zuiden aan de grens met de Gazastrook nog gevochten wordt. Het gaat onder meer om Be’eri, Kfar Aza, Nirim en Alumim. Hagari schat dat er tot nu toe 425 Hamas-militanten zijn gedood in de Gazastrook en nog eens enkele honderden op Israëlisch grondgebied. Hij voegde eraan toe dat het Israëlische leger intussen “honderdduizenden reservisten” aan het rekruteren is.