Direct naar artikelinhoud
InterviewArnout Hauben, Johan Van Assche en Mathijs F Scheepers

‘De hele entourage van koning Filip bestaat uit jonge, hippe mensen’

Arnout Hauben met Johan Van Assche als Boudewijn in ‘Interview met de geschiedenis’: ‘Er wordt over weinig zó hevig gediscussieerd met zó weinig kennis van zaken als over ons koloniaal verleden.’Beeld VRT

Arnout Hauben (47) wandelde al langs de frontlijn en rond de Noordzee. Nu knoopt hij zijn veters extra strak en stapt hij dwars door het tijd-ruimtecontinuüm. In Interview met de geschiedenis struint hij door de Belgische geschiedenis, om op scharnierpunten aan tafel te schuiven bij voormalige vorsten, die van dichtbij wel héél erg lijken op gevierde acteurs als Mathijs F Scheepers (Leopold III) en Johan Van Assche (Boudewijn). ‘Koningen zijn de filmsterren van de geschiedenis, maar het is een loodzware job.’

Arnout Hauben: “De levens van koningen en koninginnen hebben altijd tot de verbeelding gesproken. Koningen zijn zowat de filmsterren van de geschiedenis! Het was dus geen grote stap om hen op een menselijke manier te portretteren. Als ik over geschiedenis praat, zoek ik sowieso graag naar de mens achter de mythe. Ik hoef daarom niet alle grote geopolitieke krijtlijnen uit te tekenen. Ik wil wél tonen hoe iemand − in dit geval een koning − zich handhaaft binnen de omwentelingen van zijn tijd. In die veeleer gevoelsmatige plooi van de geschiedenis voel ik me op mijn best.”

Het format van het programma deed hier en daar een wenkbrauw fronsen. Wat dachten jullie toen Arnout jullie vroeg om voor fictieve interviews in de huid van échte koningen te kruipen?

Johan Van Assche: “In eerste instantie vond ik het een beetje beangstigend: koning Boudewijn is een icoon voor al wie ouder is dan 40. Wat moest ik daarmee? Dankzij de scenario’s van Marc Didden en het vertrouwen in Arnouts eerdere werk, heb ik toegehapt. Temeer omdat ik enkele dagen mocht filmen in Spanje, in de échte villa van Boudewijn nota bene”»

Mathijs F Scheepers: “Ik heb al vaker documentaires gezien waarin stukken fictie vervlochten zitten, dus ik vond het niet zo gek. Bij mijn toneelgezelschap SKaGeN ga ik ook altijd op zoek naar mengvormen tussen feit en fictie − ik geloof dat die formule werkt.”

Zijn jullie fans van het koningshuis?

Van Assche: “Vroeger absoluut niet (lachje). Ik leun aan bij de generatie van mei ’68. Toen was iedereen met een beetje gezond verstand vrijwel per definitie antiroyalist. Zo’n koningshuis was toch iets van de oudheid, totaal voorbijgestreefd? Maar met ouder te worden denk ik: het hééft toch iets. Het koningshuis is voor veel mensen een verbindende kracht, het heeft iets sprookjesachtigs.”

Dat bleek toen Queen Elizabeth stierf en het Verenigd Koninkrijk in rouw werd gedompeld.

Van Assche: “Bij de dood van koning Boudewijn zag je net hetzelfde. Eigenlijk had ik nooit gedacht dat hij zo'n grote aanhang had. Als het vorstenhuis buitenkwam, zag je geen mensen op straat, hooguit wat schoolkinderen met vlaggetjes. Tot hij stierf. Opeens trok heel België naar Brussel. Het Rode Kruis moest de flauwgevallen mensen bij bosjes uit de menigte vissen.”

Scheepers: “Ik zal het nooit vergeten: Boudewijn is gestorven op mijn verjaardag. Ik kwam net uit een discotheek en de portier jammerde: ‘Boudewijn is dood!’

“Zo’n koning is misschien geen figuur die invloed heeft op je leven, maar hij loopt wel voortdurend mee op de achtergrond.”

Hauben: “Ons politieke bestel is zo complex. Maar te midden van al die chaos is er dankzij de koning toch nog een rustige vastheid. De koning is er om troost te bieden. Kijk naar de aardbeving in Marokko. Ik hoor aldoor: ‘Waar is de koning?’ Op zulke momenten hebben de mensen hem nodig − Bart De Wever die even komt zwaaien, zou op zo’n moment toch niet hetzelfde zijn.”

Johan Van Assche: ‘Ik ben 100 procent tegen zijn standpunt over abortus, maar ik bewonder wel Boudewijns koppigheid, zijn lef om uit pure overtuiging onbuigzaam te zijn.’Beeld Marco Mertens

BABBEL MET HITLER

Hoe hebben jullie het scharnierpunt gekozen waarop het interview met elke vorst plaatsvindt?

Hauben: “Boudewijn komt twee keer voor: wanneer hij als 19-jarige de troon bestijgt, wordt hij vertolkt door Willem De Schryver (bekend van ‘Knokke Off’, red.). In een andere aflevering toont Johan hem in zijn laatste dagen. Bij de andere vorsten hebben we er bewust voor gekozen om hen níét op het einde van hun leven op te zoeken. Nee, we tonen de vorsten liever midden in de actie: Albert I in de loopgraven, Leopold II op het moment dat hij aan zet komt in Congo, Leopold III in krijgsgevangenschap...

“In de eerste aflevering portretteerden we Leopold I een week voordat hij naar België vertrok, terwijl hij nog verteerd werd door het verdriet om het verlies van zijn echtgenote. Een van de mooiste complimenten die we hebben gekregen, kwam van UGent-professor Gita Deneckere, die een biografie over Leopold I geschreven heeft. Ze vond dat Bruno Vanden Broecke, die Leopold I gestalte gaf, goed heeft laten zien hoe zijn verdriet, zijn kwetsbaarheid en zijn beslissing om de troon te bestijgen met elkaar vervlochten waren. Daar is het ons om te doen.”

In welk tijdvak hebben jullie Leopold III bezocht?

Hauben: “Op zijn donkerste moment, wanneer hij tijdens de Tweede Wereldoorlog krijgsgevangene was in het kasteel van Hirschstein. Zijn wereld wankelde, de fiere man werd onzeker. Het harnas van het koningschap sneed in zijn vel telkens wanneer zijn Duitse bewaker, vertolkt door niemand minder dan Filip Peeters, hem begon af te blaffen. Er kwam een barst in zijn pantser. En dát is natuurlijk het moment waarop ik hem wilde spreken.”

Scheepers: “Ik vind Leopold III een mateloos fascinerende figuur, de interessantste vorst van allemaal!”

Centraal bij hem staat natuurlijk de koningskwestie. Toen de nazi’s België binnenvielen en de regering naar Engeland vluchtte, bleef Leopold III in het land. Omdat hij zo dapper was om bij zijn volk te blijven? Of omdat hij met de Duitsers wilde onderhandelen?

Scheepers: “Naar mijn gevoel is hij iemand die in moeilijke omstandigheden het beste heeft proberen te doen. Zijn vader was een held in de Eerste Wereldoorlog, zat samen met zijn soldaten in de loopgraven, en dat wilde hij nu ook. Hij heeft lang getwijfeld of hij een afspraak moest maken met Hitler. Door de slechte omstandigheden in zijn land vond hij dat hij het toch moest proberen.”

Die ontmoeting vond plaats in Hitlers Adelaarsnest in Berchtesgaden. Het heeft hem zijn hele leven achtervolgd.

Scheepers: “Het gesprek is neergeschreven door een SS-notularis, die er een erg gekleurde pro-Hitler-versie van maakte. Jaren later, toen Leopold koning af was, heeft die man dat ook toegegeven. Als hij dat eerder had gedaan, was het Leopold III misschien beter vergaan. Want de voornaamste reden waarom zijn populariteit bij het Belgische volk zo’n knauw kreeg, was zijn zogeheten opvrijen van de Führer.

“De waarheid is dat Leopold III absoluut niet over politiek wilde praten met Hitler. Het enige wat hij wilde bespreken, waren humanitaire kwesties. Op het moment dat Hitler toch politieke vragen begon aan te snijden, weigerde Leopold te antwoorden.”

Hauben: “Ik denk dat Leopold III bij zijn volk bleef om goed te doen, maar dat hij er toch zéér veel rekening mee hield dat de Duitsers de oorlog zouden winnen. Ik weet niet of hij sympathie had voor de nazi’s, maar een samenwerking zag hij zeker zitten.”

Als een slager of een boekhouder zo redeneerde, werd hij een collaborateur genoemd, niet?

Scheepers: “Dat vind ik te scherp gesteld. Leopold III is geen collaborateur. Achteraf is het altijd makkelijk praten. Maar in Interview met de geschiedenis doen we niet aan hineininterpretieren. We gaan alleen uit van de wetenschap die speelde op dat moment. Wat ging er tóén om in het hoofd van die belangrijke mensen? Dat leidt tot een soort begrip. Al is dat nog niet hetzelfde als met iemand akkoord gaan: ik gá niet akkoord met Leopold. Maar ik begrijp wel waarom die man op dat moment handelde zoals hij gehandeld heeft.”

Hauben: “Achteraf met het vingertje wijzen is makkelijk, maar als je midden in de golven zit, moet je trappelen om boven water te blijven − dan zie je niet waar de storm begint en ophoudt. Het is zwemmen of verzuipen!”

Scheepers: “Wist je dat ik half Duits ben? Mijn grootmoeder was Duitse, maar rabiaat anti Hitler! Ze woonde naast een afdeling van de Hitlerjugend. Ze is verschillende keren op de vingers getikt omdat de nazi’s tot in hun lokalen konden horen dat ze naar de BBC luisterde (lacht). Dan zei ze: ‘Es ist mein Haus! Ik doe hier wat ik wil!’ Al haar kinderen zijn tegen het einde van de oorlog in het leger gedwongen: het was dat of afgemaakt worden. Ze hebben het overleefd, omdat ze voor de dienst communicatie kozen en in morse leerden seinen. Het alternatief was handenarbeid in de munitiedepots, die toen volop gebombardeerd werden.”

Hauben: “Fascinerende tijd, hè? Als ik tegen mijn vader over Leopold III vertel, komen er meteen familieverhalen naar boven. Er was blijkbaar een kamp vóór en een kamp tégen Leopold. Dat was een halszaak!”

Scheepers: “Die hele koningskwestie was een snee in de ziel van Leopold. Hij is daar nooit echt van hersteld. Tot zijn laatste dag voelde hij zich onrechtvaardig behandeld.”

Van Assche: “Mijn grootvader langs moederskant was een oorlogsburgemeester. En in de familie van mijn vader heeft iemand in de gevangenis gezeten na de oorlog. Als kind wist ik daar niks van: mijn familie verzweeg wat mijn grootouders hadden gedaan tijdens de oorlog. Tot die mensen 80 jaar waren en plots de aandrang voelden om erover te vertellen. En zelfs toen kreeg ik alleen een eenzijdig verhaal: mijn grootvader zou alleen maar oorlogsburgemeester zijn geworden ‘omdat iemand het moest doen’ en ‘om er het beste van te maken voor de gemeente’.

“Opportunisme zal wel een rol gespeeld hebben. Hij zal, zoals iedereen, in de eerste plaats het beste hebben willen doen voor zichzelf en zijn familie. En dan pas voor iemand anders. Kun je dat veroordelen? Ik niet. Van zwart-witdenken schiet ik in een kramp.”

Scheepers: “We moeten er niet onnozel over doen: de grote meerderheid gaat níét in het verzet. Vrouw en kinderen beschermen en verder je kop niet boven het maaiveld uitsteken, dát is de prioriteit voor de meesten.”

Hauben: “‘Wat moet ik doen?’ Voor een koning is het een nog complexer vraagstuk. Want hij torst naast zijn persoonlijke besognes de hele geschiedenis van zijn land. Hij kan niet weglopen. Het moet loodzwaar zijn om de rol van koning te vervullen.”

Mathijs F Scheepers: ‘De voornaamste reden waarom de populariteit van Leopold III zo’n knauw kreeg, was zijn zogeheten opvrijen van de Führer. De waarheid is dat Leopold III absoluut niet over politiek wilde praten met Hitler.’Beeld Marco Mertens

KWESTIES EN AFFAIRES

Na de Tweede Wereldoorlog en alle rumoer rond zijn persoon, droeg Leopold III de macht over aan zijn 19-jarige zoon Boudewijn.

Hauben: “Leopold zag dat aanvankelijk nog als een tijdelijke oplossing. De eerste tien jaar was Boudewijn weinig meer dan de handpop van zijn vader. Dan pas vond hij zijn eigen stem, die het luidst klonk toen hij vanwege zijn persoonlijke principes weigerde om de abortuswet te ondertekenen.”

Die kwestie staat centraal in de laatste aflevering.

Hauben: “Raar: zijn beslissing druiste in tegen het fatsoen, tegen de democratie, en toch kreeg hij enorm veel bijval van het volk. Hij werd op handen gedragen.”

Van Assche: “De politiek heeft het opgelost voor hem. Ze hadden hem kunnen dwingen om af te treden, maar dat hebben ze niet gedaan. Dat zou te veel ellende met zich hebben meegebracht.”

Scheepers: “Zou die beslissing van koning Boudewijn nu nog op evenveel bijval kunnen rekenen?”

Van Assche: “Ik ben allesbehalve katholiek en 100 procent tegen zijn standpunt over abortus. Maar ik bewonder wel Boudewijns koppige eigengereidheid, zijn lef om uit pure overtuiging onbuigzaam te zijn. Op een bepaald moment zette hij zijn hakken in het zand en zei hij: ‘Neen!’ Ik heb hem altijd gezien als een saaie pastoor, maar een vijg kun je hem bezwaarlijk noemen (lacht).”

Hauben: “De herder van het volk, Johan!”

Boudewijn vraagt jou, Arnout, in Interview met de geschiedenis of je gelovig bent. Je zegt lichtjes ontwijkend dat het je met de paplepel is ingegoten. Wat is het echte antwoord?

Hauben: “Ik ga af en toe naar de kerk en heb mijn kinderen laten dopen. Ik voel me verbonden met het katholieke geloof.

“Ik vind in mijn geloof een soort van troost. Zingeving. Verbondenheid ook. Bij alle grote hindernissen van het leven, bij dood, verdriet en wanhoop, is mijn geloof een baken.”

Heb je naar de VRT Canvas-reeks Godvergeten gekeken?

Hauben (lachje): “Is dat niet zo’n beetje als vragen aan een moslim wat hij vindt van de aanslagen van 9/11? De feiten in Godvergeten zijn verschrikkelijk, maar daarom moet ik mijn geloof nog niet afvallig zijn.”

Van Assche: “We mogen niet vergeten dat het om een absolute minderheid van de priesters gaat.”

Hauben: “Net als ons koloniaal verleden is het misbruik in de kerk géén afgesloten hoofdstuk. Dat zie je aan alle reacties die het programma uitlokt. We móéten dat verleden in de ogen kijken.”

Is de abortuskwestie een smet op het verder zo gerespecteerde koningschap van Boudewijn?

Hauben: “Nee, het barstje kwam er door zijn dubieuze houding rond de onafhankelijkheid van Congo.”

Na de Congolese onafhankelijkheid zou Boudewijn zijn goedkeuring hebben gegeven voor de moord op eerste minister Patrice Lumumba.

Hauben: “Hij had er zeker een vinger in, ja.”

In de reeks zegt Boudewijn dat België in Congo ‘beschaving heeft gebracht’. Hij stond er bekend als ‘bwana kitoko’, ‘mooie man’. Dáár kon le roi triste wel lachen.

Hauben: “Op de dag dat Congo onafhankelijk werd, 30 juni 1960, is het misgelopen. Boudewijn gaf er een paternalistische redevoering, als een schoolmeester die zijn kinderen toesprak. Waarop Lumumba in een vlammende speech ontstak. Telkens als ik die archiefbeelden zie, krijg ik kippenvel. Je voelt hoe zijn woorden op Boudewijn inbeuken, je kunt aan zijn gezicht aflezen hoe kwaad hij is.

“Gevolg: Lumumba werd vermoord en de Belgen zaaiden onrust in Congo. Die twisten leven voort tot op vandaag.”

Scheepers (fijntjes): “Wat me óók niet al te koosjer lijkt aan Boudewijn: zijn zogezegde affaire met zijn stiefmoeder!”

Juist, in Interview met de geschiedenis wordt de vraag gesteld of hij een affaire had met zijn stiefmoeder Lilian Baels.

Hauben: “Goede roddel, hè? Het is lang the talk of the town geweest, al denk ik dat het gerucht niet klopt.”

Scheepers: “Hij heeft nochtans een paar brieven naar haar geschreven die er, euh, niet om liegen. Zijn bewoordingen, de manier waarop hij haar aanspreekt: jááá...”

Hauben: “Lilian Baels was een beeldschone vrouw die qua leeftijd tussen vader en zoon in zat. Ze was 14 jaar ouder dan Boudewijn en 15 jaar jonger dan Leopold. Maar ik denk niet dat het verder is gegaan dan platonische bewondering.”

Arnout Hauben (rechts): ‘De koning is er om troost te bieden. Kijk naar de aardbeving in Marokko: Bart De Wever die even komt zwaaien, zou dan toch niet hetzelfde zijn.’Beeld Humo

LITTEKENS

De controversieelste koning is, met grote voorsprong, Leopold II. Jullie hebben een mooie aflevering gemaakt over hem, vind ik.

Hauben: “Het is niet de bedoeling van ons programma door de geschiedenis te reizen om als rechter van nu een oordeel te vellen over vroeger. Maar wat die man allemaal heeft veroorzaakt, kun je niet negeren. Het blijft een beladen thema. We hebben allemaal wel een tante of nonkel die nog in Congo heeft geleefd. Voor veel mensen met Congolese roots is het gesprek essentieel, terwijl veel Vlamingen die oude koeien liever niet uit de gracht halen.”

Scheepers: “Een van mijn beste vrienden is van Congo afkomstig. Met deze aflevering in het vooruitzicht werd hij heel enthousiast: ‘Ik vind Leopold II de fascinerendste koning van België!’ Hij kon niet wachten.

“Raar genoeg merk ik dat oudere mensen met Congolese roots, die het Belgische bewind zelf nog hebben meegemaakt, het gewicht van de gruwel veel minder voelen. Terwijl de jongere generatie vindt dat er een soort schuldbekentenis moet komen, dat ze er pas mee zullen kunnen omgaan als er klaarheid is.”

Oudere mensen zeggen weleens: ‘Leopold heeft toch de Basiliek van Koekelberg gebouwd, het spoorwegennet aangelegd en ervoor gezorgd dat België de vijfde grootste wereldmacht werd? En daarbij: hij heeft in Congo toch ook veel góéde dingen gedaan?’

Hauben: “Die houding is nog heel aanwezig, ja. Veel mensen weten weinig of niks over die geschiedenis, maar hebben toch een sterke mening. Over weinig onderwerpen wordt zó hevig gediscussieerd met zó weinig kennis van zaken (lachje).”

Van Assche: “Ik vind dat hele schuldvraagstuk een onoplosbaar probleem. Uiteindelijk is het ook niet onze fout dat wij hier geboren zijn, hè? Ja, er zijn grote fouten gemaakt in het verleden. Dat moeten we niet met de mantel der liefde bedekken. Maar om er nu een halszaak van te maken? Dat gaat me te ver. Ik zou me nu moeten excuseren voor iets wat mijn grootouders zoveel jaar geleden hebben gedaan? (Stellig) Neen.”

Scheepers: “Ik vind het bewustwordingsproces − wéten met welke rijkdom het Antwerpse Centraal Station gebouwd is − essentieel. Ik heb rare geschiedenislessen gehad over Leopold II. De horror, de verkrachtingen, de afgehakte handen: al die dingen werden verzwegen.”

Van Assche: “Als er iets kwalijks is, dan wel dat: het zwijgen.”

Hauben: “We zijn nog lang niet klaar met ons Congo-verleden. Ik vind dat we ons er nog te makkelijk van af maken door te zeggen: ‘Het is te complex, en bovendien al zo lang geleden.’ Néén, we moeten dit recht in de ogen durven te kijken.

“Tijdens de regeerperiode van Leopold II is de Congolese bevolking gedecimeerd. Dat land is helemaal ontwricht en kampt tot op vandaag nog altijd met die zware littekens.”

In de aflevering zegt Leopold II dat hij plezier gaat maken ‘met de dames van de Langestraat’. Aha?

Hauben: “Leopold II was een vrouwenloper. Hij had veel maîtresses. Ook seksueel gezien was hij zeer ongelukkig getrouwd. Op een gegeven moment raakte hij zelfs verwikkeld in een pedofilieschandaal in Londen, en op zijn 65ste ging hij een relatie aan met een 16-, 17-jarig meisje dat hem nog twee zonen heeft geschonken.

“Dat tekent hem ook wel: hij was in de eerste plaats een veroveraar met een ongekende expansiedrift. Hij zag het groots. Wanneer hij in België tegenkanting kreeg, mopperde hij: ‘Petit pays, petits esprits.’”

Jullie filmen een standbeeld van Leopold II in Oostende, een plek die hij uitbouwde van een groot uitgevallen vissersdorp tot een mondaine badstad. Mag dat beeld daar voor jullie blijven staan?

Scheepers: “Voor mij mag het weg, maar ik ben wel benieuwd: welk principe ligt daaraan ten grondslag? Je kunt toch niet willekeurig met je vinger wijzen: ‘Dat moet weg! Dat niet! Dat wel!’ Je moet ergens een lijn trekken. En dat lijkt me nog niet zo simpel.”

Hauben: “Zolang het gesprek over Congo niet is afgerond, moet er op z’n minst context bij zo’n standbeeld komen. En wie weet besluiten we het gesprek wel door te zeggen: ‘Weg ermee!’”

Scheepers: “Zou het niet interessant zijn om een kunstenaar, liefst iemand met Congolese roots, iets met dat standbeeld te laten doen, om het up-to-date te brengen naar 2023? Zo krijgt het beeld een nieuw verhaal. En laat ons wel wezen: dat is absoluut nodig.”

Jommeke

Zijn jullie tevreden met de reacties op ‘Interview met de geschiedenis’?

Hauben: “We zijn met een nieuw format op de proppen gekomen en dat is zoals wandelen op een bevroren meer: bij elke stap check je voorzichtig of het ijs niet begint te kraken. De reacties zijn goed, ik heb de indruk dat veel mensen, na enkele afleveringen, méé zijn. We halen goede kijkcijfers.”

Marc Reynebeau noemde het programma ‘een gemiste kans om iets over de Belgische geschiedenis te vertellen’.

Hauben: “Die kritiek vind ik niet erg, dat is ook Marcs rol. Als tv-maker vind ik de recensie van Het Laatste Nieuws vervelender, omdat ze inhakte op onze formule, de mix van fictie en reportage.”

Scheepers: “Ik vond de kritiek van Marc Reynebeau flauw. Wij hebben zeer bewust een humaninterestreeks gemaakt, dan moet je niet mopperen dat het geen historische documentaire is.”

Hebben jullie gekeken naar Het verhaal van Vlaanderen?

Hauben: “Ik was al aan dit programma bezig vóór Het verhaal van Vlaanderen, maar de populariteit heeft ons wel geholpen. Tom Waes heeft het pad geëffend voor ons, al ligt de lat daardoor wel héél hoog. Het verhaal van Vlaanderen was een megasucces, hè. Ik heb alleen maar bewondering voor hoe Tom Waes kijkers weet te trekken.”

Er komen verkiezingen aan, en het is niet ondenkbaar dat de N-VA en Vlaams Belang samen meer dan de helft van de stemmen halen. Hebben we over een paar jaar überhaupt nog een koning?

Van Assche: “Ik ben benieuwd of die meerderheid er wel zal komen. En of die twee partijen dan een akkoord zullen sluiten. En zelfs dán: zouden ze echt werk maken van het afschaffen van de monarchie? Ik geloof er niks van.”

Hauben: “De Wever is een pragmaticus die verder wil confederaliseren. De koning is het laatste van zijn zorgen.”

Hoe past Filip in het rijtje van zijn voorgangers?

Hauben: “Filip is té perfect (lacht). Ongelofelijk hoe hij zich handhaaft. Hij doet het goed.”

Scheepers: “Ik heb hem tien jaar geleden, toen hij nog kroonprins was, vertolkt in de fictieserie Albert II. Ik herinner me nog een verhaal van toen. Toen hij in 1993 te horen kreeg dat niet hij, maar wel zijn vader Albert II koning zou worden, ontplofte hij. Die avond kwam de doodskist van Boudewijn aan op Melsbroek, waar de koninklijke familie verzamelen had geblazen. Op het tarmac hebben ze toen kletterende ruzie gemaakt. Dat is maar een van de redenen waarom ik zoveel sympathie heb voor die mens: hij heeft altijd moeten knokken, altijd tegenkanting gehad, en toch is hij een goede koning geworden.”

Hauben: “Wat ook opvalt, is de kracht van koningin Mathilde. Zij vervolledigt Filip. Bij Albert I was dat ook zo: hij heeft zijn carrure te danken aan de sterke vrouw die Elisabeth was.”

Scheepers: “De rol van de sterke vrouwen in het leven van de koning wordt telkens zeer mooi beschreven in Interview met de geschiedenis, vind ik.”

Staat de deur nu op een kier voor een écht interview met de koning?

Hauben: “Uiteraard heb ik dat geprobeerd, ik zou dom zijn om het niet te doen. Maar het is niet gelukt. Een frank en vrij interview geven zoals in ons programma, dat zal Filip nooit doen. Dat is de charme van het programma: omdat de koningen gespeeld worden door acteurs, zullen ze me niet snel afwijzen (lacht).”

Scheepers: “Alle vragen die je in werkelijkheid nooit zou mogen stellen, worden nu zonder verbloemen beantwoord: de droom van elke journalist!”

Hebben jullie reacties opgevangen vanuit het koningshuis?

Hauben: “Niet rechtstreeks. Maar uiteindelijk hebben we toch maar mooi mogen filmen in de villa van koning Boudewijn, hè? Veel intimi hebben éérst naar het paleis gebeld om te vragen of ze wel met ons mochten samenwerken. ‘Zijn die kwieten wel te vertrouwen?’ Tegenkanting hebben we niet gekregen.

“Trouwens, als je op het paleis wordt ontvangen, word je eerst binnengelaten door een uit een Jommeke-album weggelopen jonkheer met een pitteleer. Maar eenmaal binnen, zie je dat de hele entourage van de koning uit jonge, hippe mensen bestaat, stuk voor stuk cooler dan ikzelf! (lacht) Jammer genoeg wilden zelfs zij niet zeggen of de koning al heeft gekeken. (Fijntjes) Mijn inschatting is dat hij het wél gezien heeft.”

Van Assche: “Dat zou ik ook met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid durven te stellen.”

Scheepers: “Ik maak me sterk dat hij ervan heeft genoten. Je ziet niet elke dag je voorouders weer tot leven komen, hè?”

Interview met de geschiedenis, maandag om 20.45 uur op VRT 1.

© Humo