Direct naar artikelinhoud
AchtergrondOorlog Israël - Hamas

Hun zoon en broer is gegijzeld door Hamas: ‘Alle 1.100 Palestijnse gevangenen vrijlaten? Gewoon doen’

Nir Shani en dochter Mika laten een foto zien van de verdwenen Amit.Beeld Matan Golan voor de Volkskrant

Het gezin van Nir Shani wordt sinds de aanval van Hamas op de kibboets Be’eri verteerd door onzekerheid. Hun zoon van 15 jaar werd door de terroristen afgevoerd. ‘Laat Israël maar in alles toegeven, als dat nodig is om de gijzelaars vrij te krijgen.’

Toen Nir Shani zijn ex-vrouw en drie dochters zaterdagavond terugzag, na vijftien uur kwellende onzekerheid, was hij dolblij: ze leven nog! Maar de vreugde maakte snel plaats voor andere emoties. De meiden en hun moeder barstten uit in onbedaarlijk gehuil: ‘Ze hebben Amit meegenomen!’

Shani, een 46-jarige fysiotherapeut, wist ogenblikkelijk wat dat betekende. Zijn 15-jarige zoon Amit was ontvoerd door de Hamas-strijders die zaterdagochtend vanuit de Gazastrook kibboets Be’eri waren binnengevallen. Shani had standgehouden, in zijn eentje in de belegerde schuilkamer van zijn woning, maar zijn ex-vrouw en drie van hun vier kinderen niet. Ze wisten niet dat je, om de deur van de schuilkamer gesloten te houden, de klink omhoog moet houden. De terroristen konden gewoon binnenkomen.

De vrouw, zoon Amit en zijn zusjes Emma (12) en Rani (9) werden mee naar buiten genomen en neergezet in het gras. “Daar werden ze goed behandeld door de terroristen”, zegt vader Shani. “Ze kregen water en moesten zich rustig houden.’ De twee meisjes, die een topje droegen, kregen opdracht naar binnen te gaan om iets fatsoenlijks aan te trekken.

In zwarte wagen gezet

Maar toen. Ook het buurgezin werd uit huis gehaald en in het gras gezet. De buurman, het 17-jarige vriendje van het buurmeisje en Amit werden geboeid en in een zwarte wagen gezet. De zeven Hamas-mannen stapten in en weg waren ze. De vrouwen en meisjes bleven achter, verder ongemoeid, maar zonder telefoons.

Sindsdien behoort Amit Shani tot de naar grove schatting 150 gijzelaars in handen van Hamas. Zijn vader doet het relaas op beheerste wijze in de tuin van het hotel aan de Dode Zee waar zo’n vijfhonderd overlevenden van kibboets Be’eri worden opgevangen. Naast hem zit dochter Mika, een jonge vrouw van 18 jaar met uitgesproken opvattingen. Zij logeerde de fatale ochtend bij haar vriend, buiten de kibboets.

Op haar telefoon laat ze foto’s van haar broertje zien. Een lachende knaap met een mouwloos wit shirt. Hij staat in de woestijn – van Dubai, niet die van Zuid-Israël. “Amit is een goede jongen. Rustig, hij maakt geen problemen”, zegt zijn vader. “Hij houdt van surfen en skateboarden, hij speelt gitaar. Géén goede student, haha.”

Mika heeft een foto van haar broertje op Instagram gezet, met in kapitalen ‘ONTVOERD’, en dan zijn personalia, fysieke kenmerken en kleding. “Weet je iets? Neem contact met mij op”, staat er.

Deze slag verloren

Hamas heeft al gedreigd de gijzelaars een voor een dood te schieten. Wat moet de Israëlische regering doen om hen vrij te krijgen? Vader Shani is daar stellig over. “Alles wat Hamas eist. Alle 1.100 Palestijnse gevangenen vrijlaten? Gewoon doen”, zegt hij. “Zij hebben gewonnen, ons leger heeft verloren, in ieder geval deze slag. Het is geen sterk leger, ze hebben ons in de steek gelaten. Dus laat ze dan maar in alles toegeven, als dat nodig is om de gijzelaars vrij te krijgen.”

Lang niet iedereen in Israël denkt er zo over. Het terugkrijgen van de gijzelaars, aldus de krant Haaretz woensdag, ‘behoort niet tot de prioriteiten van de Israëlische regering’. Die heeft zelfs het zogenoemde Hannibal Protocol van kracht verklaard, wat inhoudt dat het leven van gijzelaars op het spel gezet mag worden. Minister van Financiën Bezalel Smotrich heeft gezegd dat Israël Hamas keihard moet aanpakken, ‘en niet te veel rekening moet houden met de kwestie van de gijzelaars’. Andere leden van de regering hebben zich in dezelfde zin uitgelaten.

Het progressieve Haaretz neemt hier in zijn commentaar stelling tegen, en zegt dat de regering ‘niet onschuldige burgers mag offeren op het altaar van de nationale trots’.

Dat is ook de lijn van Shani, die wel meer kritiek heeft op de regering-Netanyahu – toch al niet zijn club. Shani is links, zoals veel inwoners van het seculiere Be’eri. Van de overheid heeft hij de afgelopen dagen niets gemerkt, afgezien van het forensisch team dat gisteren zijn DNA kwam afnemen. “Geen telefoontje, niks.”

Welzijn zoon

Geregeld wordt Shani gecorrigeerd door zijn dochter, en andersom. Mika staat duidelijk geharnaster in het debat. Over de toekomst van de Gazastrook zegt ze nogal vergaande dingen die ze, op aanraden van haar vader, toch maar liever niet geciteerd ziet. “We zijn tot nu niet naar buiten getreden met ons verhaal’, zegt haar vader. ‘Dit is de eerste keer dat we met een journalist praten, met het oog op het welzijn van mijn zoon. Dat wil ik niet in gevaar brengen.”

Toen Shani opgroeide, kende Israël nog een bloeiende vredesbeweging. “We zongen vredesliederen, we hadden goede hoop. We stonden op goede voet met de Arabieren die in onze kibboets werkten.” Mika echter, zegt hij, heeft sinds haar geboorte alleen maar Gaza-oorlogen gezien en groeiende vijandigheid van beide kanten. “De jongeren zijn veel rechtser dan wij. Het begrip ‘vredesproces’ zegt hun niets.”

De gebeurtenissen van afgelopen weekend gooien daar een flinke schep bovenop. Mika: “Mijn broertje is ontvoerd. Van de helft van mijn vrienden heb ik sinds zaterdag niets gehoord. Die zijn misschien dood of ontvoerd. Dat is toch niet normaal voor een meisje van 18?”

Ondertussen is het Israëlische leger druk bezig de Gazastrook te bombarderen. Amit is in Gaza. Wat als? Vader Shani kijkt niet meer naar het nieuws over de bombardementen. “Ik ga ervan uit dat Amit terugkomt. Hij is daar met geweldige volwassenen, die voor hem zullen zorgen. We hopen op het beste. Ik weiger aan andere opties te denken.”