“Aanslag kon voorkomen worden”: Vlaams Belang vraagt ontslag van staatssecretaris De Moor

De partijvoorzitter en de Kamerfractieleider wijzen erop dat “niemand weet hoeveel illegalen met terroristische motieven er nog in ons land rondlopen door het beleid van de Moor”. “Als de staatssecretaris nog een greintje verantwoordelijkheidszin heeft, dient ze vandaag nog haar ontslag in”, luidt het in een mededeling.

De 45-jarige Tunesiër die gisteren twee Zweedse voetbalsupporters doodschoot, kreeg in 2021 het bevel om het land te verlaten. Voor Vlaams Belang klopt de bewering van staatssecretaris De Moor niet dat de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ) al het mogelijke gedaan heeft om hem het land uit te krijgen. “De Moor weigert al sinds haar aantreden om illegalen actief op te sporen en uit te zetten. Dat de man nooit opgepakt werd door de politie is volledig te wijten aan haar onwil om een grondig uitwijzingsbeleid te voeren. De Moor draait de rollen om”, stelt Pas.

Ook burgemeester Clerfayt (DéFI) spreekt de verklaring van De Moor tegen. Volgens hem was het verblijf van Abdesalem Lassoued bekend bij de DVZ, maar hebben zij dat nooit gemeld aan de stad of de lokale politie. De terrorist zou zelfs zelf een adres in Schaarbeek opgegeven hebben aan de DVZ.

Clerfayt verwijt de federale regering dan ook “een gebrek aan intelligentie en beheer” over de buitenlanders die in België aanwezig zijn. “We vernemen dat die mijnheer een schoolgaande dochter heeft. Waarom heeft DVZ haar niet ingeschreven samen met haar vader?”, klinkt het.

Daarnaast bleek Lassoued ook betrokken bij een incident in een moskee. “Als een gevaarlijk persoon zoiets doet, moeten de bevoegde staatsveiligheidsdiensten hiervan op de hoogte zijn. Of hebben ze er misschien de middelen niet voor?”, klinkt het geërgerd. Ook voor Clerfayt moet De Moor dus ontslag nemen.

Oppositiepartij N-VA blijft eveneens met heel wat vragen achter. Kamerlid Yngvild Ingels vraagt zich af waarom de waakzaamheid de voorbije dagen niet is verhoogd “terwijl er duidelijke aanwijzingen waren dat er extra dreiging was”.

“Na de aanslagen in Brussel en Zaventem in 2016 wordt onze hoofdstad opnieuw opgeschrikt door een wrede terreuraanslag”, aldus Ingels. “Ik wil weten hoe dit is kunnen gebeuren. De man was blijkbaar gekend bij de politie en toch heeft hij kunnen toeslaan. Onbegrijpelijk. Waarom moet er altijd eerst iets ergs gebeuren voor men de waakzaamheid verhoogt?”

Het Kamerlid herinnert ook aan de aanbevelingen van de onderzoekscommissie die zich boog over de aanslagen van 2016. “Er werd verschillende keren gevraagd een commissie op te richten om de implementatie van deze maatregelen op te volgen, maar dat vond deze regering niet nodig”, luidt het.

Ook voor Vlaams minister-president Jan Jambon (N-VA) is verder onderzoek vereist, ook naar soortgelijke profielen. “Die man was blijkbaar bekend bij de veiligheidsdiensten”, stelt Jambon. “Ik denk dat we dat toch eens goed moeten nakijken, misschien lopen er nog zulke types vrij rond.”

Ook meerderheidspartij MR stelt zich vragen en vraagt een aantal maatregelen. De Franstalige liberalen vragen dat het leger wordt ingezet op strategische plaatsen in het land om op die manier “tijd en middelen vrij te maken voor de politie”.

De MR dringt ook aan op een versterkte aanwezigheid van de politie rond scholen, kindercrèches en andere gevoelige plaatsen. De partij wil ook dat er een onmiddellijke inventarisatie komt van geradicaliseerde personen die al het bevel hebben gekregen om het land te verlaten. Nadien dienen ze ook effectief uitgezet te worden, “zonder uitstel”.

Verder dringt de partij erop aan om de vergoelijking van terrorisme op te nemen in de strafwet. Op die manier moet de aanzet tot haat en propaganda bestreden worden. Daarnaast pleit de partij voor een verbod op “bijeenkomsten en manifestaties die ook maar het minste risico inhouden op een terroristische groepering”.

“Ik stel me evengoed vragen.” Dat is het antwoord van premier De Croo (Open Vld) op de vraag hoe het kon dat de man toch in België kon rondlopen, ondanks dat hij het bevel had gekregen het grondgebied te verlaten. Volgens De Croo moet de nationale veiligheidsraad daar een antwoord op geven. De premier wil eerst over alle gegevens beschikken vooraleer conclusies te trekken.