Direct naar artikelinhoud
InterviewKids With Buns

Kids With Buns: ‘We zijn allebei op school tegen onze zin geout’

Kids With Buns: ‘Mensen gaven ons het gevoel dat we ziek en abnormaal waren: op den duur ga je dat geloven.’Beeld Stefaan Temmerman

Drie jaar na hun doortocht in Humo’s Rock Rally hebben Kids With Buns een debuutplaat klaar, en net als hun vroegste singles blinkt ook Out of Place uit in tienermelancholie. Marie Van Uytvanck en Amber Piddington hebben de voorbije jaren wel een rijker gearrangeerde en volwassenere indiesound ontgonnen, mede dankzij de band die ze intussen om zich heen hebben geschaard. ‘Je kunt dansen op sommige nummers: dat is nieuw. Maar we slagen er nog altijd niet in om een vrolijk liedje te schrijven.’

In de kantoren van muzieklabel V2 aan de Brusselse Hooikaai zijn de vinylplaten van Out of Place net geleverd. Ze worden uit de dozen gegraaid als ware hebbedingen. Op de binnenhoes staan de songteksten gekrabbeld in onvervalste nineties-grungestijl, op de hoes prijkt een tweekoppige teddybeer.

Marie Van Uytvanck: “Die beer is weird. Een buitenbeentje zijn, dat is de rode draad van de plaat: een gevoel dat Amber en ik als opgroeiende tieners allebei hebben gekend. Een teddybeer is ook een aandenken uit je kindertijd, iets wat je moest loslaten. Want dat is opgroeien óók.”

Amber Piddington: “Bovendien zijn we wel een beetje een Siamese tweeling, Marie en ik, een tweekoppig wezen. We functioneren niet meer apart: we horen elkaar iedere dag.”

Hoe kijken jullie respectieve liefdespartners naar dat muzikale huwelijk?

Piddington: “Mijn lief staat helemaal achter de band. Als Marie en ik beef hebben, is zij de eerste om te bemiddelen.”

Beef waarover?

Piddington: “Over de strijkers in de song ‘Clutter’ bijvoorbeeld: ik vond die afgrijselijk, te folky. Daar heb ik veel drama om gemaakt, tot op het laatste moment, toen het nummer werd gemixt. Uiteindelijk zijn ze erin gebleven. De reacties op ‘Clutter’ zijn ook altijd: ‘O, zulke mooie strijkers!’”

“We kunnen onze bijdragen aan een nummer nu wel beter tot één geheel brengen. Neem nu ‘Daughter’: jij had die ‘It’s been a hell of a year’ en een refrein.”

Van Uytvanck: “Nee, dat refrein vond ik toen jij even naar de winkel was.”

Piddington: “Wat ik bedoel: we hebben veel teksten samen geschreven, of minstens samen afgewerkt. We hebben elkaar daardoor ook op een dieper niveau leren kennen.”

De producer van Out of Place was Mathias Stal, die jullie allereerste singles ‘Bad Grades’ en ‘1712’ producete. Waarom die terugkeer?

Van Uytvanck: “We hadden intussen verschillende andere producers geprobeerd, Daan Schepers, Bram Vanparys: allemaal fantastische samenwerkingen. Maar na verloop van tijd beseften we toch dat we Mathias misten. Hij had intussen zijn master muziekproductie behaald en veel ervaring opgedaan, wij hadden onze eigen sound gevonden. Die hoor je ook écht in Out of Place.”

Piddington: “Ik had mezelf leren werken met Ableton Live (muziekproductiesoftware, red.) en had ook wat bas leren spelen. De preproductie hebben we grotendeels zelf geklaard, maar de songs zijn uiteindelijk nog hard gegroeid, mede dankzij de muzikanten die we om ons heen hebben geschaard: bassist en keyboardspeler Stijn Konings (LANI en Gestapo Knallmuzik, red.) en drummer Dajo Vlaeminckx (RHEA, red.). Zij begrepen ons. Dat was vroeger een strijd: we wisten zelf niet hoe we ons moesten uitdrukken.”

“Dat zorgde nog voor licht gênante taferelen op de try-outs: er kwamen alleen maar geschoolde muzikanten op af, en wijzelf zijn níét geschoold. Als wij iets zeiden als: ‘Onze song ‘Colder’ moet daar iets stiller, om dan een opbouw te krijgen en uiteindelijk te ontploffen’, stonden die guys aan de grond genageld. ‘Euh, wat bedoelen jullie?’”

Hoe selecteer je muzikanten bij zulke audities? Weegt het muzikale vakmanschap het meest door of de vriendschappelijke match?

Piddington: “Het niveau lag bij alle kandidaten heel hoog, we konden echt niet kiezen. Dus gingen we nog een koffie met hen drinken. Kut: het klikte met iederéén (lacht).

“Ken je Internetgekkies.nl? Daar vind je grappige compilatiefilmpjes van de Nederlandse regionale TV. Wel, Stijn kon onze oneliners uit Internetgekkies perfect aanvullen. Bleek die ingetogen Stijn toch wel de grappigste kerel te zijn.”

Jullie houden van onnozele humor, maar jullie muziek is altijd melancholisch. Ook op Out of Place.

Van Uytvanck: “Je kunt wel dansen op sommige nummers: dat is nieuw. Maar de inhoud van onze songs is nog steeds melancholisch, ja. We zijn er nog altijd niet in geslaagd om een vrolijk liedje te schrijven.

“We zijn geen depressieve mensen, maar we zijn ook niet geweldig in het communiceren van onze gevoelens. Muziek is écht onze manier om uit te drukken wat in ons opgesloten zit.”

Luisteren jullie weleens naar blije muziek?

Van Uytvanck: “Mijn vriendin zegt altijd dat ik naar ‘begrafenismuziek’ luister: Nick Drake, Spinvis…”

Piddington: “Ik ben sinds kort uit mijn metalfase – ik ben een zware metalcoregriet geweest. Tegenwoordig luister ik naar fucking popmuziek! De laatste plaat van Paramore vond ik supergraaf, net als die van Wolf Alice. En natuurlijk: boygenius!”

Van Uytvanck: “Op Pukkelpop 2018 had ik Phoebe Bridgers gemist omdat ik me had overslapen: onvergeeflijk. We zijn dit jaar dríé uur op voorhand op de eerste rij gaan staan voor boygenius. We waren allebei ook al grote fan van Lucy Dacus.”

Piddington: “En ik was al sinds 2014 fan van Julien Baker. I was there first, sorry (lacht). Ik heb gebleit tijdens Boygenius, en ik ween niet vaak.”

Jullie hebben op Pukkelpop 2023 ook gesocialized met Marie Ulven, aka Girl In Red.

Van Uytvanck: “We kwamen haar tegen in de backstage en konden het niet laten om haar te vertellen wat ze voor ons betekent.”

Piddington: “Girl In Red is zo belangrijk geweest voor ons. In 2019 kwam ze ook naar Pukkelpop, en ik had toen een bordje gemaakt waarop stond dat ik gitaar speelde. Ze trok me het podium op en liet me gitaar spelen tijdens ‘I Wanna Be Your Girlfriend’! Een profetisch moment: op dat moment beseften Marie en ik dat we ook in een band wilden spelen. Zonder Girl In Red zaten we hier dus niet!”

‘Je kunt dansen op sommige nummers: dat is nieuw. Maar we slagen er nog altijd niet in om een vrolijk liedje te schrijven.’Beeld Stefaan Temmerman

ABNORMAAL

Ook jullie song ‘1712’ bleek profetisch: ‘There’s more to my drink / Just in time to get to the sink’. Na de pandemie vloog het deksel van de beerput: drink spiking is al jaren een verzwegen probleem in studentenmilieus, zo bleek.

Van Uytvanck: “Ik moet nu denken aan een bevriende Nederlandse band: zij hebben een spiking-incident meegemaakt op een concert van hen. Dat moet verschrikkelijk zijn.”

Piddington: “Omstanders zullen nu sneller ingrijpen, dat is positief. Het is ook goed dat er nu een gsm-nummer uithangt in zalen als Trix en Het Depot: je kunt een incident melden via Whatsapp. Ik geloof niet dat wij dat hebben teweeggebracht, maar ik vind het wél mooi dat mensen steun vinden in onze songs. Gisteren kregen we nog een berichtje van iemand die ‘1712’ had laten tatoeëren.”

Marie, de opvallendste verzen op Out of Place zing je in ‘Nothing New’: ‘You made me think I was sick / Oh lord I even believed it’.

Van Uytvanck: “Dat hebben Amber en ik allebei meegemaakt: we zijn op school tegen onze zin geout. Mensen gaven ons het gevoel dat we ziek en abnormaal waren, en op den duur ga je dat geloven.”

Jullie hebben elkaar leren kennen op de Antwerp Pride in 2018. Was de Pride een ontsnapping uit al die provinciale bekrompenheid?

Piddington: “Ja. Mijn eerste Pride was op mijn 16de. Ineens kreeg ik een vriendengroep waarin iedereen queer was, en die mensen hebben me echt door het middelbaar getrokken. Ik had tegen mijn ouders gezegd dat ik gewoon even naar Antwerpen ging, maar ze hadden het wel door. Een vriendin van me is uit de kast moeten komen omdat ze op de Pride iets had betaald met haar bankkaart en haar ouders de uittreksels hadden bekeken.”

Van Uytvanck: “Ik heb op mijn 19de mijn eerste Pride bijgewoond, ook met een uitvlucht. Het was een even euforisch als stresserend moment: mijn grootste angst was dat ik op het nieuws in beeld zou komen. Maar het was vooral een verademing om bij mensen te zijn die het allemaal snapten.”

Twee jaar geleden vertelden jullie me: ‘Girl In Red heeft de overstap gemaakt van een lgbt-fanbase naar een mainstreampubliek, want al mijn niet-lgbt-vrienden zijn intussen ook fan. Dus het kán.’ Hoe zit het intussen met jullie publiek?

Van Uytvanck: “De eerste rijen zijn een bonte mix, van kinderen tot zestigers. Dat maakt ons echt blij.”

Piddington: “Een van van onze diehard fans is een 40-jarige man uit Duitsland, een zalige vent met een cowboyhoed die met de auto naar elke show komt. Hij gaat keihard op de gitaarsolo’s. Net zoals we als mens niet alleen maar queer zijn, zijn we dat ook niet als muzikant. Ons queer-zijn komt vaak aan bod in interviews, omdat we open willen zijn en de media dat graag oppikken, maar daartoe willen we ons niet beperken. Het is alleen maar tof om te zien dat we met onze muziek alle mogelijke mensen raken, zelfs Duitse cowboys.”

Out of Place is uit bij V2. Kids With Buns speelt op 7 december in Ancienne Belgique, Brussel.

‘Out of Place’.Beeld rv

© Humo