De Nederlandse equipe sloot een boerenjaar af met de eindzeges in de drie grote ronden. Het won de Giro met Primoz Roglic, de Tour met Jonas Vingegaard en de Vuelta met Sepp Kuss. In totaal mocht Jumbo-Visma 69 keer de champagne ontkurken in 2023. Daar zat echter geen klassieke overwinning bij en dat moet volgend seizoen anders.

“De klassiekers zijn ons doel, maar dat was dit jaar ook”, aldus Zeeman, vooral doelend op de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix. “Ik moet zeggen: met name Tadej Pogacar en ook Mathieu van der Poel, die maken het ons niet makkelijk. Om een statement te gebruiken. Die waren in de Ronde een stuk beter dan dat wij waren. Daar moeten we wel een list op verzinnen, om die mannen te verslaan. Dat is een uitdaging en dat is waar sport over gaat. Aan ons om de komende weken daar een goed plan rond te maken.”

Het numerieke overwicht gebruiken van de ploeg, met meerdere kopmannen? “Wel, dat hebben we dit jaar geprobeerd en toen waren ze ons ook te slim af”, klinkt het. “Het begint al fysiek om renners op het beste niveau ooit te krijgen en dan tactisch na te denken van: Hoe kunnen we ze verslaan? Stiekem hoop ik dat Pogacar naar de Giro gaat, dan zit hij niet in de Ronde van Vlaanderen (lacht). Dat zou ons zeker helpen.”

Roubaix

Bij Jumbo-Visma rekenen ze natuurlijk op kopman Wout van Aert (29). Onze landgenoot kwam dit jaar opnieuw tekort in de Ronde en kampte met pech in Parijs-Roubaix.

“In de Ronde klopt het dat Wout net een tandje tekort komt op die andere twee”, stelt Zeeman. “Maar in Roubaix is hij echt wel de evenknie van Mathieu. Daar is het maar net een beetje hoe het valt en speelt de factor pech ook nog een rol. Dat is absoluut de wedstrijd die hem het beste ligt, want de Ronde is voor hem iets heel speciaals. We gaan er opnieuw alles aan doen, maar dat is voor ons de moeilijkste wedstrijd om te winnen.”