Een foute timing kan tot grote problemen leiden: hoe plan je je (ver)bouwproject wél correct?

Dat luidt als volgt: werk van groot naar klein. Leg dus eerst de grote buizen. Als je niet werkt met spiraalkokers die niet in de chape komen, staat ventilatie bovenaan de lijst. Dan volgen gas, verwarming en sanitair. Als je werkt met radiatoren, tenminste. Want buizen van vloerverwarming zijn pas later aan de beurt.

Vervolgens op het programma: de elektrische leidingen. Dit zijn kleine buizen waarmee je al wat makkelijker ergens over of onderdoor kan.

Of een andere volgorde tot problemen kan leiden? Als je omgekeerd werkt, maak je het jezelf moeilijker. Misschien leidt het ook tot problemen met de vloeropbouwhoogte.

Elektriciteit leggen: het ultieme stappenplan voor een succesresultaat.

Maar het is niet omdat het leggen van de elektrische bekabeling achteraan bengelt, dat je moet wachten met de sleuven uit te (laten) slijpen. Dat geldt ook voor je sanitaire leidingen.

Maar vergeet niet dat je dan vrij snel moet weten waar je schakelaars, verlichting, verwarming en sanitaire punten komen. Dat impliceert dan weer dat je ruim voor de afwerkingsfase moet weten waar in je keuken de vaatwasser komt. Of op welke hoogte je badkamerkraan moet. Of waar en welke badkamer je wilt.

Sanitair installeren: de vijf grootste potentiële fouten op een rij.

Als je tijd wil ‘kopen’, kan je het slijpen en kappen dan eventueel uitstellen tot na de ramen? Als je werkt met een slijpschijf met stofafzuiging, bijvoorbeeld? Dat kan. Maar meestal gebeurt dat toch op voorhand. Zorg ook dat je een goed plan hebt van alle werken.

Als je een techniek plaatst of laat plaatsen zonder dat je weet wat de volgende stap is, loop je achteraf tegen de lamp. Indien je alles uitbesteedt zonder dat jij of je architect coördineren, loop je het risico dat de verschillende installateurs geen rekening met elkaar houden. Een verkeerde volgorde kan er dan bijvoorbeeld toe leiden dat ‘de kleine’ leidingen de ‘grote’ barricaderen.

Vaak loopt het mis met de technische schacht. Sommige architecten voorzien die op een onlogische plaats, zoals naast de trap. Gevolg: langs één kant kan je met je technieken niet langs de chape gaan. Of ze tekenen een vierkante schacht in. Maar wat dan met de leiding die in het midden zit? Hoe geraak je daar mee weg? Een langwerpige schacht is veel logischer.

Wanneer je de ramen best plaatst, heeft voor een stuk te maken met veiligheid. Als je leidingen liggen voor de ramen erin zitten, kan iedereen er zomaar aan. Als er nog diamantboringen op het programma staan, voor ventilatie of spots bijvoorbeeld, doe dat dan vóór het pleisterwerk en de ramen. Aan het boren van die gaten komt koelwater te pas. Dat maakt soms vlekken op het pleister die je er nog moeilijk uit krijgt.

Slijpen en kappen gebeurt ook voor de ramen erin zitten. Want deze werken brengen heel wat fijn stof met zich mee dat tussen profielen, scharnieren en sluitstukken kan komen. Het is bijzonder moeilijk te verwijderen en bijgevolg slecht voor je schrijnwerk. Het leggen van de leidingen zelf veroorzaakt normaal geen stof en kan dus perfect achteraf.

Pas trouwens op als je metaal slijpt in de buurt van je schrijnwerk. De hete metaaldeeltjes kunnen in het glas en de profielen inbranden. Dit krijg je niet meer opgelost. Het is sowieso belangrijk dat je je ramen beschermt tegen de werken die volgen. Natte plamuur kan bijvoorbeeld doffe plekken veroorzaken.

Hoe je je ramen beschermt? Bevestig er plastiek tegen en plak alles rondom af. Daar bestaan speciale tapes voor. Vaak zijn die oranje, maar check altijd of ze geschikt zijn voor jouw toepassing. Na de ramen zijn de stukadoor en de chapper voor de uitvullaag aan zet.

Gipsplaten, pleisteren en chape: wat doe je (niet) eerst?

Heel wat zaken om rekening mee te houden dus. We vatten voor jou samen hoe je je technieken best aanpakt...

1. Tijdens de ontwerpfase denk je in de eerste plaats aan hoeveel slaapkamers er moeten zijn. Waar je keuken komt. Hoe groot je berging moet zijn. Maar verlies de praktische kant van de technieken niet uit het oog. Praat hierover met je architect. Waar ziet hij of zij de verwarmingsketel of warmtepomp? Voor welk ventilatiesysteem gaan jullie? Hoe zit het met de zekeringskast? Waar vertrekken de leidingen? Hoe geraken die van het gelijkvloers naar de verdiepingen? Is een technische schacht de goede oplossing?

2. Je kan er nooit te vroeg aan beginnen. Vind je het een beetje raar om al te gaan keuken-, badkamer- en verlichtingshoppen nog voor er een steen ligt? Wel, zodra je bedrijven en installateurs zoekt om je technieken in goede banen te leiden, zullen zij je bovenstaande vragen stellen. En ook al in detail gaan. Waar komt de dampkap? De vaatwasser? Dat is belangrijk voor je elektriciteitsplan. Waar komt de ventilatie-unit? En hoe kan het kanalennet zo efficiënt mogelijk ingepland worden? Hoeveel tappunten komen er in de badkamer? Allemaal knopen die je best op voorhand al doorhakt. Zo kan je de voorbereide slijp- en kapwerken en boringen ook snel opstarten.

3. Of je nu zelf aan de slag gaat, alles uitbesteedt of voor een tussenoplossing kiest: verlies het totale plaatje niet uit het oog. Vorm een goed beeld over wat eerst moet en hoe de verschillende werken elkaar opvolgen. Vergeet niet dat slijpen en kappen heel wat stof veroorzaken. Als je met meerdere installateurs werkt, zorg er dan voor dat de volgorde juist zit. Overleg met je architect over hoe je de coördinatie het best aanpakt. Zorg ervoor dat de installateurs van elkaar weten waar ze mee bezig zijn. Bijvoorbeeld: als je ventilatie eerst aan zet is, zorg er dan voor dat je installateur verwarming en sanitair kan verder borduren op het ventilatieplan. Zo sluit je misverstanden op de werf uit.

Lees meer op Livios.be:

Een handige infographic voor je badkamer: van je leidingen leggen tot de installatie van de douche

Stopcontacten zelf plaatsen: deze tips helpen je op weg

Hoe vaak moet je je ventilatiesysteem onderhouden? En kan je dat zelf doen?