De boeken van de week: verse verzen van Peter Verhelst, een winters kinderboek van Gerda Dendooven en Thijs Delrue als twijfelende voetbalvader  

Bregje Hofstede schrijft over pijn en genot in de autobiografische roman "Oersoep". Dichter Peter Verhelst giet beelden in woorden in zijn nieuwe bundel "Zabriskie". Gevierd kinderboekenillustrator Gerda Dendooven verzint deze keer ook het verhaal in "Waar is Winter?" In plaats van profvoetballer werd Thijs Delrue sportjournalist. "De Koperen Kogel. Memoires van een mislukte Messi" is het verslag van zijn onvervulde kinderdroom. In "Pijn. Een expeditie naar onbestemd gebied" onderzoekt journaliste Sanne Bloemink de geschiedenis van pijn en hoe we er nu mee omgaan. Dit zijn de vijf boeken die VRT NWS deze week tipt. 

1. Bregje Hofstede verkent lichamelijke sensaties in de roman "Oersoep"

De Nederlandse auteur en columniste Bregje Hofstede schreef het ultieme autofictieboek. In “Oersoep” (uitgeverij Das Mag) verkent Hofstede de grenzen van haar lichaam aan de hand van enkele extreme fysische sensaties: haar bevalling, expliciete seks en hallucinaties na een psychedelisch middel.

Extreem eerlijke autofictie

"Oersoep" is zo extreem en extreem eerlijk dat de lezer "Oersoep" nog weken zal voelen nazinderen, vertelt Bent Van Looy op Radio 1. Hofstede zelf noemt het "fictie die heel dicht aanschuurt tegen het geleefde leven van de auteur". Het vertrekt diep vanuit haarzelf: "De botten zijn van mij, het vlees is de literatuur". Hofstede schrijft over afzien en de grenzen van het lichaam.  

Ze was doodsbang voor de publicatie, vertelt ze: het is het boek dat ze wilde schrijven maar wat als lezers het nu allemaal anders gaan zien?

Totale ontsluiting

Het boek begint met een bevallingscène zoals zij die zelf heeft beleefd. "Een totale wreedheid overviel haar", vertelt ze op Radio 1. De bevalling zorgde voor een immense ontsluiting, niet alleen fysiek maar ook geestelijk. "Oersoep" is een zoektocht, vanuit een verlangen terug te willen naar die mate van zelfverlies, naar waar het échte leven is, om niet meer met onzin bezig te zijn".

Op papier laat ze alle schaamte en remmingen varen. In "Oersoep" gaat Hofstede ook op zoek naar een nieuwe taal om fundamentele en sublieme ervaringen met seks en drugs te beschrijven. "Het gaat om steeds dezelfde ervaringen, maar elke generatie heeft een nieuwe taal nodig om ze te beschrijven, want anders wordt het cliché."

BELUISTER- Bregje Hofstede in het "Radio 1 Boekenfeest" (Radio 1):

2.Peter Verhelst giet beelden in woorden in zijn dichtbundel "Zabriskie"

Met de poëziebundel "Zabriskie" (uitgeverij De Bezige Bij) sluit Peter Verhelst een drieluik af, voorafgegaan door "Zon" en "2050". 

We zijn altijd op zoek naar een soort beloofd land

De titel van zijn nieuwe bundel verwijst naar de plek Zabriskie, gelegen in Death Valley, in de Amerikaanse staat Californië. Voor Verhelst is het niet alleen het punt waar je uitkijkt op de heetste plek op de wereld, maar ook een soort mythologisch dier, onze illusie of luchtspiegeling, iets waarvan we hopen een glimp op te vangen. Hij verwijst naar de sneeuwluipaard: "Als je even geluk hebt, zie je het of denk je het te zien en kijkt het je even aan. Daar gaan we onze hele leven naar op zoek, naar die illusie: dat is eigenlijk de betekenis van die Zabriskie", vertelt hij tijdens het Radio 1 Boekenfeest. Het paradijs is altijd de plek waar we niet zijn. "Dat is ons lot", volgens Verhelst. 

Beelden onder woorden brengen

We hebben allemaal een arsenaal aan beelden in ons, vindt Peter Verhelst. Beelden die hij probeert te vatten in woorden. Hiervoor laat hij zich inspireren door kunst waarin hij zich herkent: schilderijen van Bram De Munter en Caspar David Friedrich, een beweging uit de voorstelling van Anne Teresa De Keersmaeker die danst op de Goldbergvariaties van Bach, of de film "Zabriskie Point", de cultfilm van Michelangelo Antonioni.

Verhelst geeft in zijn bundel ook mooie woorden over hoop mee. “Hoop zit in het feit dat we hopen. Je moet blijven hopen dat er iets nieuws mogelijk is. Hoop is een moral duty, ook al weten we dat de catastrofe komt en we weten dat het moeilijk zal zijn".

3.In "Waar is Winter?" laat Gerda Dendooven iets moois groeien uit verlies

Voor het kinderboek "Waar is Winter?" (uitgeverij Querido Kinderboeken) tekent Gerda Dendooven zowel voor de tekst als voor de illustraties. "Het is een verhaal over verlies waar iets moois uitgroeit", vertelt ze in de podcast "Leesbaar". 

Wat gebeurt er met Winter wanneer het lente wordt?

Pipa en Mika, een kinderloos koppel, trekken bij de eerste sneeuw naar buiten, maken een sneeuwpop en noemen die "Winter".  Eigenlijk is het een sneeuwkind dat tot leven komt en echt ademt, lacht, rent en sneeuwballen maakt. Maar waar moet Winter slapen? Mag hij wel warme chocolademelk drinken? En wat als het lente wordt en de temperaturen gaan stijgen?

"Waar is Winter?" gaat niet alleen over verlies maar ook over de hoop dat er weer iets groeit uit dat verlies. "Want gesmolten sneeuw is water, geeft water aan planten, enzovoort. Elke winter is er weer hoop op een nieuw winterkind”, licht Gerda Dendooven toe. 

Non-binaire personages

Dendooven koos er bewust voor de twee hoofdpersonages geen geslacht toe te kennen, net als voor de sneeuwpop die ze samen maken. Winter is ook een non-binaire naam. "Het was natuurlijk een karwei van die tekst te schrijven zonder een hij/zij", vertelt ze. 

De prenten in het boek zijn heel helder en fris van kleur. Hiermee wil ze het verhaal, ondanks het heftige thema, tussen de sneeuwvlokken door iets lichts meegeven. 

4.Thijs Delrue reflecteert op zijn misgelopen voetbalcarrière in "De Koperen Kogel. Memoires van een mislukte Messi"

Sportjournalist Thijs Delrue heeft al boeken geschreven over bekende wielrenners zoals Sven Nys en Stig Broeckx, maar komt nu met een boek dat over zijn eigen leven gaat: "De Koperen Kogel. Memoires van een mislukte Messi" (De Deeluitgeverij). 

Het cliché van de projecterende voetbalvader

Delrue was twaalf toen hij de kans kreeg om in een eliteclub te voetballen. Die gelegenheid heeft hij aan zich voorbij laten gaan, omdat hij bij zijn vrienden wou blijven spelen. Nu zijn eigen zonen de kans krijgen om hogerop te geraken, worstelt hij meer dan ooit met de "wat als"-vraag bij zijn eigen voetbalcarrière. “En ik denk dat in mijn generatie veel voetbalouders zitten die zich ook een mislukte Messi voelen: het cliché van de projecterende voetbalvader”, vertelt Delrue op Radio 1. 

Als ouder in de plaats van je kind beslissen

Een van de moeilijkste vragen waarmee hij geconfronteerd werd als ouder van getalenteerde voetballers, is in hoeverre je meegaat in de dromen van je kind. “Enerzijds zijn er de praktische overwegingen. Het kost tijd, moeite en benzine. Anderzijds spelen vooral de emotionele overpeinzingen een rol. Wil je dat je kind profvoetballer wordt en hoe groot is die kans überhaupt? Maar je wil toch geloven in het potentieel van je kind, en je wil niet dat je kind je op achttienjarige leeftijd verwijt dat je hem de kans ontnomen hebt.”

Uiteindelijk heeft de journalist gekozen om de sprong te wagen toen zijn eerste zoon een aanbieding kreeg van een topclub. Na een paar jaar ging die club failliet en moest hij noodgedwongen een trapje lager gaan voetballen en kwam hij terecht in de ploeg waar hij samen met zijn vrienden voetbal speelde toen hij zeventien jaar was. "Dan kan je als ouder al eens vloeken: verdorie, hebben we daar vier jaar voor rondgereden? Maar zo mag je het niet bekijken, want hij heeft zich in die vier jaar heel erg geamuseerd.” 

BELUISTER - Thijs Delrue in "De wereld van Sofie" (Radio 1):

5.Sandra Bloemink zoekt naar de betekenis van chronische pijn in haar boek “Pijn”

Wat als pijn geen lichamelijk nut meer heeft, maar toch een dagelijkse metgezel in je leven blijft? Eén op vijf mensen ervaart chronische pijn. Ook journaliste Sanne Bloemink worstelt er al dertien jaar mee. In haar boek "Pijn. Een expeditie naar onbestemd gebied" (uitgeverij Pluim) onderzoekt ze alle facetten ervan: de geschiedenis, cultuur, geneeskunde en literatuur. 

Een pijnvrij bestaan is relatief nieuw

De reacties die ze krijgt op haar boek ontroeren haar. "Mensen voelen zich geholpen. Niet omdat de pijn verdwijnt, maar omdat ze weten dat ze niet alleen zijn”, vertelt Bloemink op Radio 1. In de hedendaagse samenleving streven we ernaar pijn zo snel mogelijk te laten verdwijnen. Toch is een pijnvrij bestaan als standaardtoestand een relatief nieuw gegeven. “In de middeleeuwen was pijn een groot deel van het leven. Het was bijna een uitzondering als je géén pijn had. Pijn was ook een manier om dichter bij God te komen, een spirituele ervaring", licht de journaliste toe. 

Volgens Bloemink rust er een taboe op pijn en praten over pijn: "Het is ook van direct belang voor je carrière en je baan. Als je zegt dat je vaak pijn hebt, ben je kwetsbaar".

Pijn is een complexe materie

Tegenwoordig focussen we voornamelijk op medicijnen of therapieën om ervan af te komen. "Zowel de arts als de patiënt creëren een verwachtingspatroon: pijn is tijdelijk en moet opgelost worden. We kunnen niet omgaan met het feit dat we de oplossing soms niet kennen”, vindt Bloemink. Het gevolg daarvan is dat mensen waarbij geen diagnose gesteld kan worden, vaak bij antidepressiva of in de psychiatrie terechtkomen. 

Pijn is een complexe materie, besluit Bloemink: "Je kan kijken op het niveau van DNA, cellen, het hele lichaam, je relaties met de buitenwereld, de lucht die je inademt". Lichaam en geest zijn erg met elkaar verweven en alle wetenschappelijke disciplines moeten met elkaar samenwerken om te achterhalen hoe chronische pijn ontstaat”, is het pleidooi van Bloemink. 

Meest gelezen