België wil tegen 2040 kleine kernreactoren bouwen: "Zijn veiliger en produceren minder afval"
België stapt samen met de VS, Italië en Roemenië in een internationaal consortium om kleine kerncentrales te ontwikkelen. Ons land investeerde al 100 miljoen euro in onderzoek en wil de technologie tegen 2040 op de markt brengen. "Ze hebben voordelen op ecologisch en economisch vlak", zegt Peter Baeten, directeur-generaal van het nucleaire onderzoekscentrum SCK CEN in Mol.
"We hebben in ons land voornamelijk grote reactoren gebouwd en we zijn door de jaren heen steeds groter gegaan om een economie op schaal te kunnen onderhouden. In de plaats daarvan willen we nu verschillende kleine reactoren bouwen, waarvan we de onderdelen op termijn ook hier zelf kunnen gaan maken. Dat kan een economisch voordeel bieden", zegt Peter Baeten in "De wereld vandaag" op Radio 1.
"De bedoeling is om met de drie andere landen loodgekoelde SMR’s (small modular reactor, red.) te ontwikkelen. De SMR's werken met een nieuwe koeltechnologie waarbij vloeibaar lood gebruikt wordt om de warmte af te voeren. Dat is innovatief."
Minder afval en veiliger
De nieuwe technologie is bovendien duurzamer dan de grote kerncentrales, legt Baeten uit. "We hebben de specifieke opdracht gekregen van onze regering om te kijken naar technologie die het hoogradioactief afval zoveel mogelijk reduceert en beter gebruikmaakt van de natuurlijke grondstoffen, zoals uranium."
"Daarom hebben we bewust niet voor de waterkoeltechnologie gekozen waar de huidige kerncentrales mee werken en zijn we voor de loodkoeltechnologie gegaan. Daardoor hebben de kleine modulaire kernreactoren voordelen op economisch én ecologisch vlak", zegt Baeten.
Beluister hier het volledige gesprek met Peter Baeten in "De wereld vandaag" op Radio 1:
"Kleine modulaire kernreactoren hebben voordelen op ecologisch en economisch vlak"
Daarnaast zou die technologie er ook voor moeten zorgen dat de kleine reactoren veiliger zijn. "Als je een reactor stopt, is er altijd warmte die afgevoerd moet worden. Vandaag gebeurt dat met pompen. Die hebben op hun beurt elektriciteit nodig, die van dieselgeneratoren of het net moet komen." Dat kan dan tot veiligheidsrisico's leiden.
"Doordat we met de nieuwe technologie de warmte afvoeren op een andere manier, namelijk op basis van natuurlijke circulatie, spreken we van een veiligere manier. Warm water stijgt, terwijl koud water daalt, allemaal zonder een pomp. In dat geval berust de veiligheid op natuurlijke principes en die kunnen niet falen. Vandaar dat we over passieve veiligheid spreken."
Bij kleine modulaire kernreactoren berust de veiligheid op natuurlijke principes. Die kunnen niet falen.
Het nucleaire onderzoekscentrum SCK CEN hoopt tussen 2040 en 2045 de eerste energie te kunnen leveren, afhankelijk van hoe snel het consortium van de vier landen met afgewerkte demonstratiereactoren komt.