De man die het Brexitreferendum organiseerde, is terug: Britse oud-premier David Cameron wordt minister van Buitenlandse Zaken

Van een opmerkelijke comeback gesproken: de Britse ex-premier David Cameron (57) maakt opnieuw deel uit van een regering en bovendien op een zeer zichtbare post. Cameron is de nieuwe minister van Buitenlandse Zaken in de regering van premier Rishi Sunak.

Cameron volgt James Cleverly op. Cleverly wordt minister van Binnenlandse Zaken na het ontslag van Suella Braverman. Zij kwam de voorbije week in opspraak, onder meer omdat ze de Londense politie ervan beschuldigde bevooroordeeld te zijn tegenover pro-Palestijnse betogers die volgens haar duidelijk de wet overtreden.

Met de komst van Cameron lijkt premier Sunak de voorkeur te geven aan centrumfiguren met ervaring, schrijven Britse media, in plaats van de rechtervleugel van zijn partij te plezieren. Die rechtervleugel steunt Braverman. 

In die zin zou Sunak gedaan hebben wat hij al veel langer van plan zou geweest zijn: een herschikking van zijn regering waarbij hij bondgenoten tot de regering laat toetreden en ministers die volgens hem niet naar behoren functioneren, verwijdert.

Het ontslag van Braverman was op zich geen verrassing, na de opschudding die vorige week ontstaan was. De terugkeer van Cameron door de grote poort was dat zeker wel, ook binnen de eigen Conservatieve Partij. Centrumfiguren verwelkomen de zet en zien er het bewijs in dat hun partij niet naar rechts opschuift. Sommige leden van de rechtervleugel beschouwen Camerons terugkeer dan weer als de ultieme "Brexit-overgave".

Cameron zelf zegt blij te zijn met zijn nieuwe rol. In tijden van grote wereldwijde veranderingen is het volgens hem "voor dit land zelden belangrijker geweest om onze bondgenoten bij te staan, onze partnerschappen te versterken en ervoor te zorgen dat onze stem gehoord wordt".

"Hoewel ik het niet eens was met sommige individuele beslissingen, is het voor mij duidelijk dat Rishi Sunak een sterke en bekwame eerste minister is, die in moeilijke tijden voorbeeldig leiderschap toont", schrijft hij in een lang bericht op het sociale netwerk X. 

David Cameron was van 2010 tot 2016 premier. In 2010 zorgde hij ervoor dat de Conservatieven na 13 jaar Labour-bestuur, onder premiers Tony Blair en Gordon Brown, weer aan de macht kwamen. Cameron moest wel een coalitie sluiten met de Liberale Democraten, nadat bij de verkiezingen voor het eerst sinds 1974 geen enkele partij een absolute meerderheid had behaald.

Bij de volgende verkiezingen, in 2015, slaagden Cameron en de Conservatieven daar wel in. Onder druk van de zogenoemde Brexiteers in zijn Conservatieve Partij (voorstanders van de uitstap van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie) beloofde hij toen binnen de twee jaar een referendum over het EU-lidmaatschap van zijn land te houden.

Een belofte die in zijn gezicht ontplofte. Cameron was ervan overtuigd dat de Britse bevolking voor het behoud van het lidmaatschap zou stemmen, maar dat bleek niet het geval te zijn. In juni 2016, na het referendum, kondigde Cameron zijn ontslag aan. De uitvoering van de Brexit liet hij aan zijn opvolgers over. Theresa May en daarna Boris Johnson beten er hun tanden op stuk. Uiteindelijk stapte het VK pas op 1 januari 2021 definitief uit de Europese Unie.

Na zijn ontslag spendeerde Cameron zijn tijd aan het schrijven van zijn memoires en stapte hij de zakenwereld in. De manier waarop Cameron toen zijn politieke contacten aansprak om het overheidsbeleid te beïnvloeden ten voordele van het bedrijf waarvoor hij werkte, leidde tot discussies over de vraag of voormalige premiers hun status wel op die manier zouden mogen gebruiken.

Cameron mag zich nu trouwens ook baron noemen. Het kantoor van de eerste minister Rishi Sunak kondigde vandaag aan dat koning Charles ermee had ingestemd om Cameron die titel te geven en hem zo een zetel in het House of Lords te geven, de Britse eerste kamer. Daardoor kan Cameron opnieuw minister worden, hoewel hij geen verkozen parlementslid meer is.