Direct naar artikelinhoud
AnalyseIntrafamiliaal geweld

Na dubbele moord: hoe partnergeweld beter aanpakken? ‘Helft van de contactverboden wordt overtreden’

De man bracht vrijdag zijn partner en stiefzoon om het leven met meerdere messteken.Beeld BELGA

Een man uit Denderhoutem kreeg een contactverbod wegens belaging van zijn partner, maar beroofde haar en zijn pluszoon enkele uren later van het leven. Hoe beoordeelt justitie of er gevaar dreigt? ‘De helft van de contactverboden wordt overtreden.’

In het politiekantoor van de zone Denderleeuw-Haaltert verklaart een 54-jarige vrouw vrijdagochtend hoe bang ze is voor haar echtgenoot. Na een relatie van 18 jaar heeft een breuk tot stalking en psychologische terreur geleid. De man zou haar op dat moment nog niet fysiek mishandeld hebben en tijdens het politieverhoor op vrijdagmiddag komt hij rustig over.

Hij vertelt dat de relatie voor hem ook afgelopen is en krijgt een contactverbod opgelegd, maar hij houdt zich niet aan de voorwaarden. Enkele uren later betreedt hij de gezinswoning en brengt hij de vrouw en haar 22-jarige zoon om het leven met verschillende messteken. Sindsdien is hij spoorloos: zijn wagen werd teruggevonden aan de Dender en het parket gaat uit van een wanhoopsdaad.

In de omgeving van de moeder en haar zoon stellen velen zich de vraag waarom de man op vrije voeten bleef en waarom hij zijn contactverbod zomaar kon schenden zonder dat de politie verwittigd werd. Het parket van Oost-Vlaanderen verdedigt zich alvast tegen die kritiek en zegt dat tijdens het uitgebreide onderzoek niets erop wees dat hij zo’n gruwelijk geweld zou gebruiken. Alleen past de tragedie in Denderhoutem in een breder kader: regelmatig duiken verhalen op van plegers van intrafamiliaal geweld die gekend zijn bij het parket en toch nieuwe feiten kunnen plegen.

Risico’s inschatten

De politie heeft sowieso de handen vol met de thematiek. Zo waren er vorig jaar 60.000 politie-interventies die verband hielden met partnergeweld. Na een melding moet het parket nagaan welke juridische maatregelen nodig zijn: zo behoren een tijdelijk huisverbod, een contactverbod of zelfs een voorlopige hechtenis tot de mogelijkheden. Alleen wijst professor forensische en criminologische psychologie Kasia Uzieblo (VUB) erop dat risico’s in de praktijk op verschillende manieren ingeschat worden. “Er is een wildgroei aan risicotaxatie-instrumenten. Het is onduidelijk wie op gestructureerde wijze risico’s inschat, welke instrumenten gebruikt worden en of ze wel evidencebased zijn.”

Een formule die precies voorspelt welke mensen geweld zullen gebruiken, bestaat niet. Maar er wordt wel aan een uniforme handleiding gewerkt die onderzoeksrechters moet helpen inschatten of ze daders vrij kunnen laten. “Dat document moet de basis vormen voor juridische maatregelen en begeleiding, zowel politie als justitie zullen het gebruiken”, zegt criminoloog Anne Groenen (UCLL). Daar is ook nood aan, omdat onderzoek aantoont dat slachtoffers van langdurig partnergeweld in hun verhoren vaak erg vaag zijn, waardoor de politie soms cruciale informatie mist om een oordeel te vellen. Betere trainingen en een grotere bewustzijn kunnen daarbij helpen, net als een betere samenwerking tussen parket, justitie en zorgverlening.

Maar zelfs met die inspanningen zal de beslissing altijd mensenwerk blijven en komt er meer bij kijken dan lijstjes met kenmerken afvinken. Alle risico’s uitsluiten, is onmogelijk, al wil dat niet zeggen dat er binnen de bestaande wetgeving geen ruimte is voor verbetering. “Een Nederlandse studie van enkele jaren geleden toont dat de helft van de contactverboden overtreden wordt. Ik heb geen reden om aan te nemen dat die cijfers hier heel anders zouden zijn”, aldus Groenen. De justitieassistenten die de contactverboden opvolgen, worden bij een overtreding ook niet op de hoogte gebracht. “Dat is een hiaat in de wet.”

Forensisch psychologe Kasia Uzieblo: ‘Voor personen die worstelen met hun gedrag zijn er weinig organisaties waar ze op een laagdrempelige manier kunnen aankloppen.’Beeld ID/ Kris Van Exel

Gps-tracker

Vlaams minister van Justitie Zuhal Demir (N-VA) pleit al langer voor een systeem waarin mensen met een contact- of huisverbod een gps-tracker kunnen meekrijgen. Slachtoffers krijgen dan een mobiel alarmsignaal als hun belager toch in de buurt komt. Onder meer in Frankrijk, Nederland en Spanje wordt die techniek al gebruikt. Daarnaast bestaan er speciale alarmknoppen die slachtoffers kunnen indrukken wanneer ze in nood zijn en waarmee ze subtiel de hulpdiensten kunnen verwittigen.

Uzieblo gelooft dat die systemen in bepaalde gevallen wel degelijk een verschil kunnen maken, al lossen ze volgens haar niet alles op. “Het gaat daarbij om controle, maar we zouden ook veel sterker moeten inzetten op preventie. Voor personen die worstelen met hun gedrag zijn er weinig organisaties waar ze op een laagdrempelige manier kunnen aankloppen.” Bij hulplijn 1712 kwam vorig jaar slechts 3 procent van de oproepen van de plegers of van iemand uit hun omgeving. Groenen is het er daarom mee eens dat er een integrale aanpak moet komen waarbij zowel slachtoffers als daders van intrafamiliaal geweld beter begeleid worden.

Het is ten slotte extra belangrijk dat de politie nauwkeurig omspringt met meldingen van partnergeweld, omdat slachtoffers vaak al veel meegemaakt hebben wanneer ze hulp inroepen. “Meestal zijn er al meer dan zeven feiten voor mensen naar de politie stappen”, zegt Groenen. Uzieblo weet dan weer dat geweldplegers radeloos kunnen worden als ze te horen krijgen dat slachtoffers een einde willen maken aan de relatie of naar het parket stappen. Daardoor kunnen ze sneller geneigd zijn om nog meer geweld te gebruiken. “Wie naar de politie stapt, moet daarom beter opgevolgd worden. Al zijn er ook plegers die door die interventie inzien dat hun gedrag niet oké is.”