reeks Red de Toekomst

Burn-out kun je voorkomen: ‘Je moet kunnen zeggen wat er scheelt zonder angst voor negatieve gevolgen’

© Patricia Ghijsens Ezcurdia

Hoe stoppen we de burn-outpandemie? We vroegen drie getuigen uit onze Zeitgeist-reeks van vorig jaar om terug te blikken: wat had de druk van de ketel kunnen halen? ‘Je moet durven uit te spreken wat er scheelt. En je hebt een baas nodig die bereid is te luisteren.’

Nathalie Carpentier

‘Als ik mijn grenzen beter had gekend, ze had durven te uiten én als mijn werkgever daar ook rekening mee had gehouden, was het misschien niet zo ver gekomen’, zegt apotheker Evi. ‘Alleen wist ik niet meer wat ik wel of niet oké vond. En als ik toch durfde aan te geven wat ik te stresserend vond, veegde mijn baas het van tafel of kaatste die de bal terug.’

Burn-out is een geleidelijk proces. Te vaak beseft iemand pas achteraf dat hij al lang in het rood zat. Hoe leer je in te zien wanneer je de gevarenzone nadert? ‘Begin met de signalen van je lichaam ernstig te nemen’, zegt professor Charlotte De Backer die zelf aan den lijve ondervond wat stress met je lichaam doet. ‘Grijp niet pas in als iets levensbedreigends is. Als kleine klachten blijven aanslepen – nekklachten, slapeloosheid – luister dan naar wat je lichaam je probeert te vertellen. Dat het misschien niet goed met je gaat.’

‘Vlucht dan niet weg in nóg meer werk, of verlies je niet in brood bakken voor de hele wijk zoals ik deed. Durf stil te vallen. Je kunt beter snél en kort op pauze drukken dan lange tijd onderuitgaan.’

Om te weten wanneer dat nodig is, moet je je hoofd en lichaam weer synchroniseren, vult financieel expert P. aan. Twee jaar thuis dwong hem er zelf toe. ‘Leef niet op automatische piloot waarbij je amper weet wat je gisteren at, wat je zag of wat je deed omdat je maar voortraast. Leer te voelen.’

Oefeningen in mindful stress reduction helpen daarbij. ‘Gebruik bewust al je zintuigen bij een handeling. Schrok een tros druiven niet gehaast naar binnen, maar kijk naar elke druif, ruik eraan, voel ze op je tong, proef ze. Focus op die ene handeling, zonder te denken aan die volgende, lastige meeting of wat gisteren fout liep. Het klinkt zweverig, maar zo aard je weer in het hier en nu. Je voelt wat je nodig hebt.’

Een dagboek kan verhelderen wat er speelt, vervolgt hij. ‘Noteer wat je bezighoudt, wat energie vraagt. Schrijven maakt je bewuster. Bij mentale problemen verschuift je dagindeling vaak. Als je plots telkens om half vier malend wakker wordt of je raakt maar niet uit bed, neem je dat het best ernstig. Als je plots geneigd bent meer te drinken, je geen zin hebt om mensen te zien terwijl je erg sociaal bent, kan dat ook een teken aan de wand zijn. Heb daar aandacht voor.’

Minder moeten

Als je beseft dat je de gevarenzone nadert, volgt het lastigste stuk: je eigen aandeel uitzoeken. ‘Ik wist dat ik perfectionistisch was, maar kon dat niet toegeven’, zegt De Backer. ‘Ik ben een pleaser én een overenthousiasteling. Een dodelijke combinatie. Ik begeleidde tien doctoraatsstudenten ­tegelijk, te veel als je zo betrokken wilt zijn als ik.’ Je moet jezelf leren kennen, zegt ze. ‘Ik voel me snel verantwoordelijk en schuldig. Ik moest leren mijn emotionele noden uit te spreken. Durven te zeggen dat de druk te hoog was voor mij, dat ik dreigde te crashen.’

‘Waarom word je boos of verdrietig? Meestal minimaliseren we negatieve emoties of duwen we ze weg, maar net die moeilijk aanvaarde emoties moet je ­leren kennen’, benadrukt Evi. ‘Ze tonen je waar je grenzen liggen of wat je waarden zijn.’

Ze raadt aan het woord ‘moeten’ te schrappen uit je woordenboek. ‘Herformuleer het. Zeg niet: moet het, maar wil je het? Is het belangrijk? Op je werk moet er altijd veel, maar is het ook realistisch om alles uit te voeren in de tijd die je hebt? Wat heeft prioriteit? Vroeger werkte ik desnoods tot ’s nachts tot alle werk klaar was, nu vraag ik wat de hoofdzaken zijn en wat even kan wachten. Een inspectie krijgt prioriteit. Wat erbij komt, lukt dan niet. Jammer. Bekijk ook je vrije tijd. Moet je naar dat feestje of wil je?’

Zoek uit of je niet aan allerlei onuitgesproken verwachtingen van anderen voldoet. ‘Vroeger bood ik al hulp aan nog voor iemand iets vroeg, zowel op het werk als privé’, zegt Evi. ‘Soms zat ik tot ’s avonds laat te zoeken naar een oplossing voor het probleem van een collega. Als mijn ouders sukkelden met hun administratie, nam ik die meteen over. Ik adopteerde problemen van anderen, maakte er mijn probleem van. Daar stak ik ongelooflijk veel energie in.’

Leren nee zeggen

Erg herkenbaar, vindt P. ‘Durf negatieve energie bij een collega te laten. Als je baas onhaalbare eisen stelt, durf dan te zeggen dat het onmogelijk is. Als iemands toon agressief is, geef dat aan.’ Altijd instemmen levert je op korte termijn positieve appreciatie en gemoedsrust op, maar op lange termijn ondermijn je jezelf, benadrukt hij. ‘Je leert beter af en toe ‘nee’ te zeggen en te motiveren waarom. Baken niet star af, maar bied alternatieven.’

Jezelf moeilijke vragen stellen, kan de richting aangeven, benadrukt P. ‘Wil je die werkdruk nog? Kan je er iets aan veranderen? Wil je dit werk of dit bedrijf nog? Wil je nog contact met een collega die energie zuipt? Wil je je relatie nog? Heb je een ander probleem? En bovenal: wat wil je in het leven? Wat vind je belangrijk?’

Als je je waarden kent, weet je beter wat je accepteert en wat niet, ontdekte hij. ‘Ik werk graag en ben bereid overuren te maken, maar niet ten koste van mijn gezin. Als klantverantwoordelijke weet ik dat mijn gezinsleven ’s avonds in het gedrang kan komen. Daarom wilde ik die rol bij mijn terugkeer niet meer opnemen om een tweede burn-out te vermijden. Je moet je waarden verinnerlijken zodat je ‘nee’ kan zeggen als je grenzen worden overschreden. Helaas houden bedrijven van medewerkers die nooit ‘nee’ zeggen. Die almaar meer willen doen in minder tijd.’

Over één zaak zijn ze het roerend eens. Burn-outpreventie staat of valt met luisterbereidheid en openheid langs werkgeverskant voor emotionele en mentale noden van hun medewerkers. Je kunt wel leren aangeven dat het te veel is, als je werkgever dat negeert en je telkens weer over de rand duwt, kom je toch in de problemen.

Beseffen dat het anders kan, sterkt je om het gesprek aan te durven. ‘Mijn ogen gingen open toen ik na mijn burn-out in een jonge werkomgeving terechtkwam’, zegt Evi. ‘Bij een conflict reageerden ze niet passief-agressief of lieten ze het niet blauwblauw. Nee, ze gingen met iedereen rond de tafel zitten met de vraag: hoe lossen we dit op? Als ik iets te stresserend vond, duwden ze het niet weg alsof ik moeilijk deed. Nee, ze keken hoe ze de werkdruk konden verminderen. Die open houding maakt een enorm verschil.’

Goede bedoelingen van de baas volstaan niet. ‘Bedrijven installeren soms vertrouwenspersonen, maar als dat onbekenden zijn, werkt dat niet’, weet P. ‘Dat voelt niet veilig. Er is basisvertrouwen nodig. Anders durven medewerkers niet te zeggen wat er echt scheelt, uit angst. Het is evident dat je moet rusten nadat je je been hebt gebroken, waarom niet als je het even mentaal zwaar hebt?’ ‘Als iemand aangeeft dat het niet goed met hem gaat en vier maanden later volgt ontslag, dan is je werkklimaat onveilig’, benadrukt De Backer. ‘Zorg dat iemand iets kan aankaarten zonder dat het negatieve gevolgen heeft.’

Eindige breincapaciteit

Ook als dat privéproblemen zijn. ‘Als werkgever weet je niet altijd wat iemand al allemaal op zijn bord heeft. Op het werk en thuis’, zegt De Backer. ‘We beseffen dat je bij handenarbeid geen derde hand kunt toveren. Bij mentale arbeid hebben we de illusie dat er altijd nog iets bij kan. Maar je breincapaciteit is ook eindig. Als je je werk alleen kan volhouden als thuis alles op wieltjes loopt, zit er iets fout. In wiens leven loopt alles altijd perfect? Voorzie landingszones voor mensen wier leven even uit de bocht vliegt.’

‘Tijdens mijn burn-out kreeg mijn vader chemo, ik had geen tijd om er voor hem te zijn’, zegt Evi. ‘Werk kwam op de eerste plaats. Waarom is werk onze identiteit geworden? Het is maar een deel van je leven. In onze neoliberale samenleving is er zo veel druk en stress dat niemand nog écht tijd neemt voor elkaar of voor wat echt telt. Het ondergraaft het sociale weefsel.’

‘Dat alomtegenwoordige efficiëntie- en excellentiedenken moet anders’, zegt De Backer. ‘Het zet te veel druk op mensen. Alleen kan het nog even duren voor dat systeem verandert. In de tussentijd: rebelleer! Durf foert te zeggen.’ Leg je prioriteiten waar ze horen, besluit Evi. ‘Bij mij lag mijn prioriteit overal, behalve bij mezelf. Ooit wreekt zich dat.’

Moeten wij veranderen of het systeem? Hoe stoppen we de burn-outpandemie?

Discussieer mee

Lezersreacties

'Beboet bedrijven', 'stel grenzen'

‘We moeten de werkweek terugschroeven zodat we bewuster kunnen leven met tijd voor gezonde voeding, beweging, zorg en ontspanning. Zolang mensen worden gezien als economische pionnen en ze afgerekend worden op hun economische waarde in de maatschappij, zullen we blijven ploeteren in deze psychische crisis. Een crisis waarvoor steeds minder middelen beschikbaar zijn. Als mens word je opgebruikt om dan in de marge van de samenleving afgeschreven te worden.’ - Fatma G.  

‘Wanneer worden de werkgevers hierop aangesproken en geactiveerd? Werknemers worden constant zelf aangewezen als schuldigen voor hun eigen burn-out (‘een te druk sociaal leven’, ‘te veel hooi op je vork’ enz.), maar niemand spreekt werkgevers aan die meerdere jobfuncties aan één persoon geven, die mensen weken van 45 uur laten presteren, en dan niet thuis geven als er om een oplossing wordt gevraagd. Beboet bedrijven met een bepaald aantal burn-outs!’ - A. G. 

‘De verantwoordelijkheid is gedeeld. Ons systeem is niet aangepast om de druk en de hoeveelheid prikkels die we nu krijgen te verwerken. Veel mensen zijn always on, wat niet gezond is. Bedrijven moeten de verantwoordelijkheid nemen hun cultuur aan te passen om een gezonde work-life-balance te cultiveren en werknemers moeten hun grenzen durven te stellen. Vanuit de overheid verwacht ik toekomstgerichte oplossingen, zoals een basisinkomen of een verkorte werkweek. Daar lopen we 50 jaar achter.’ - Karel D.M.  

‘Burn-out krijgt iedereen, als je maar lang genoeg geen appreciatie krijgt voor wat je doet. Zo eenvoudig is het, en daar ligt ook de oplossing. Voor een deel vanuit je omgeving, maar vooral van jezelf. Zoek naar iets wat wél voldoening geeft, dagelijks.’  - Francis C.  

‘Jobs zijn vandaag meer veeleisend, dat valt niet om te keren. Wel zou het recht op tijdskrediet weer ingevoerd kunnen worden, zij het zonder uitkering. De veeleisende jobs betalen doorgaans genoeg om zelf een sabbatical te financieren. Er moeten ook campagnes komen om het herin­gevoerde tijdskrediet sociaal aanvaard te maken.’ - Tim S.