Schepen vrijgesproken van belangenvermenging: “Mentaal ben ik door een hel gegaan”

“Mijn geloof in het gerecht is opnieuw hersteld”, zegt een zichtbaar opgeluchte Bart De Nijn na afloop van de zitting in het Antwerpse hof van beroep. “Na mijn veroordeling in eerste aanleg ben ik mentaal door een hel gegaan. Het doet deugd dat het hof van beroep de zaak grondig heeft bestudeerd, getuigen heeft gehoord en uiteindelijk heeft beslist dat ik totaal onschuldig ben. Ik heb altijd geweten dat mij niets te verwijten viel. Recht is geschied, zoals men zegt.”

De zaak draaide rond een beslissing van de bestendige deputatie van de provincie Antwerpen, waarin De Nijn gedeputeerde was voor Personeel, Wonen en Veiligheid. Op 25 oktober 2012 had de deputatie een beroep ingewilligd tegen een bouwvergunning voor twintig appartementen op een terrein aan de Tervuursesteenweg in Mechelen. Later bleek dat de echtgenote van De Nijn een van de 22 buren was die beroep had aangetekend.

Getuigen gehoord

De N-VA-politicus werd verweten dat hij zich niet had onthouden van elke bespreking of stemming in het dossier. Het bouwproject waarvan sprake is er uiteindelijk nooit gekomen. De eigenaar verkocht de lap grond door aan een bouwpromotor.

De Nijn heeft altijd volgehouden dat hij niet wist dat zijn vrouw een belanghebbende partij was en zij zou ook niet geweten hebben wat ze precies had ondertekend. Hij trok naar het Antwerpse hof van beroep, waar het Openbaar Ministerie de bevestiging van zijn straf in eerste aanleg vorderde.

Het hof wilde in dit dossier niet over een nacht ijs gaan en riep twee getuigen op. Zo werd de initiatiefnemer van de beroepsprocedure gehoord om te vernemen hoe het verzamelen van de handtekeningen verlopen was. Voormalig gedeputeerde Koen Helsen (Open Vld) werd dan weer gevraagd naar de manier waarop de deputatie besliste over agendapunten.

Opnieuw schepen?

Gisteren viel het verdict: De Nijn werd over de hele lijn vrijgesproken. Volgens het hof deed het er niet toe of hij wist dat zijn vrouw een belanghebbende partij was, maar wel of hij wist dat het dossier ging voorkomen bij de deputatie. En dat laatste bleek nergens uit.

“De agenda bestond die dag uit 117 punten”, zegt het hof in het arrest. “Het is fictie te denken dat de gedeputeerden alle dossiers bestuderen alvorens ze te behandelen. Bovendien behoorde de behandeling van de beroepsdossiers over verleende bouwvergunningen niet tot de bevoegdheid van De Nijn, maar tot die van een andere gedeputeerde.”

Door de affaire zette De Nijn zijn politieke carrière op een lager pitje. Hij legde zijn schepenmandaat neer en bleef enkel gemeenteraadslid in Mechelen. Nu hij vrijgesproken is, hoopt De Nijn dat hij van zijn partij een belangrijke rol mag spelen bij de gemeenteraadsverkiezingen in 2018. In afwachting daarvan wil hij graag zijn mandaat als schepen van Openbare Werken opnieuw opnemen.

“Zowel burgemeester Bart Somers als mijn partijgenoot en eerste schepen Marc Hendrickx hebben me al een goed gesprek beloofd. Ik ga zeker niets opeisen, maar ik zou het wel logisch vinden als de klok anderhalf jaar wordt teruggedraaid”, zegt De Nijn. De tegenpartij kan wel nog in cassatie gaan.