Melissa Depraetere: “Je zal me niet op sneakers van honderden euro’s bij de koning zien. Of er moet een ferme korting zijn”

“Ik had niet gedacht dat ik ooit voorzitter zou worden.” En toch zit ze daar, Melissa Depraetere (31), de nieuwe voorzitter van Vooruit. Haar eerste kranteninterview geeft ze in een zaaltje vlak naast het bureau van haar voorganger Conner Rousseau, dat nog niet is leeggemaakt. De nieuwe rol moet duidelijk nog wennen. Vrijdag stapte Rousseau alsnog op, na de aanhoudende storm rond zijn racistische en seksistische uitspraken tijdens een zatte avond in Sint-Niklaas. “Toen ik vrijdagmiddag op het partijhoofdkwartier aankwam en hij me eerst apart wilde spreken, wist ik hoe laat het was.”

Rousseau heeft u daar zelf gevraagd om hem op te volgen?

“Ja. Hij zei dat hij dat zou voorstellen aan het partijbureau. Omdat hij wil dat ik ons werk voortzet. Niet onlogisch, want we hebben de voorbije jaren samen dat hele traject doorlopen. We hebben de partij hervormd en inhoudelijk scherp gesteld. Het zou voor hem moeilijk zijn mocht er nu iemand binnenrazen en de boel helemaal omgooien. Er is een duidelijke lijn waar Conner en ik jarenlang aan gewerkt hebben: focus op de problemen van de gewone man.”

Vindt u zijn ontslag terecht?

“Ik heb het er persoonlijk moeilijk mee, omdat ik Conner moet loslaten. Maar ik vind het wel de juiste keuze. Een moedige keuze. Hij heeft zijn strijd en de partij boven het individu gesteld. Dat is toch uniek in de allerhoogste rangen van de politiek.”

Wist u dat zijn uitspraken zo erg waren?

“Ze zijn duidelijk extreem fout. Ik kende de uitspraken niet woord voor woord, omdat Conner ze zelf niet meer zo goed wist. Maar hij is er wel altijd zeer transparant over geweest.”

Hij is blijven zeggen dat het gesprek “amicaal en grappend” was.

“Ik was er niet bij die avond, dus ik weet niet wat hij exact gezegd heeft. Als je zijn uitspraken zwart op wit leest, komen ze hard binnen. Hij is er zelf ook van geschrokken en heeft het nooit zo bedoeld. Conner is geen racist. Dat weet ik heel zeker. Maar hij heeft veel mensen gekwetst. Over racisme is er geen discussie: het is niet waar wij als partij voor staan.”

Vindt u zijn uitspraken racistisch?

“Het is aan justitie om daarover te oordelen. Maar eigenlijk doet het er niet toe. De uitspraken zijn fout. En zeker niet oké voor een voorzitter van een progressieve partij.”

Hij zegt dat er op de Roma geslagen moet worden en heeft het over “bruin gespuis”.

“Het zijn geen fraaie uitspraken.”

Maar niet racistisch?

“Ze zijn heel fout. Problematisch genoeg om zijn ontslag te geven. Dat is toch geen klein gebaar, hé.”

Wat is voor u het onderscheid tussen iemand die zulke uitspraken doet en een racist?

“Een racist is iemand die dat ook echt gelooft. Iemand die meermaals dat soort uitspraken doet en ernaar handelt. Hier gaat het om een zeer foute zatte avond. Dat Conner niet te herleiden valt tot dat ene moment, zie ik in wat hij doet. In de Barkentijn (een vakantiecentrum in Nieuwpoort, red.) komt hij net op voor gelijke kansen voor elk kind, ongeacht hun afkomst of huidskleur.”

Bent u boos geweest op hem?

“Ja. Niet de voorbije dagen, maar enkele weken geleden wel. We zijn allemaal boos geweest op hem. Omdat we al zo lang aan dit project bouwen. En dit was meer dan een domme fout die passeert nadat je even op de blaren hebt gezeten. Dit gaat over iets heel belangrijks. Het is dé uitdaging voor volgend jaar, onze strijd tegen extreemrechts.”

Als dat uw strijd is, vindt u het dan slim dat Louis Tobback zegt dat iedereen toch een beetje racist is?

“Ik vond dat geen goeie uitspraak. Ik ben het er ook niet mee eens.”

Hebben uw partijgenoten niet de fout gemaakt door het onverdedigbare te willen verdedigen?

“Ik kan niet in naam van Louis Tobback spreken. Als uw vraag is of Vooruit en Conner te lang gewacht hebben om te doen wat vrijdag gebeurd is… Achteraf is dat altijd makkelijk praten. Wat telt is de keuze die finaal gemaakt is.”

Wat verandert er bij Vooruit nu Rousseau geen voorzitter meer is?

“Hij heeft de partij altijd strak geleid. Ik heb een beetje dezelfde stijl van leidinggeven en ben ook een beetje een controlefreak. Maar de grootste impact is dat Conner out of the picture is. Minstens tijdelijk, misschien voorgoed. Hij was heel aanwezig, ook in de media. Vrijdag had ik het moeilijk om afscheid te nemen van het hele traject dat we samen gelopen hebben. Het sterke team dat we samen opgebouwd hebben is er wel nog. Vandaar de strijdvaardigheid.”

Was Rousseau als een broer voor u?

“Nee, we zijn niet samen opgegroeid. We hebben heel erg verschillende karakters. Maar we hebben wel hetzelfde doel en werken allebei zeven op zeven voor de partij. We zijn overtuigd dat het anders moet en we weten hoe.”

Waarin verschillen jullie dan?

“Ik ben iets… volkser? Conner komt ook op voor de gewone man, maar we zijn in een heel ander milieu opgegroeid. Zijn vrienden waren een stuk… rijker dan die van mij. Conner heeft zijn strijd ontdekt in de Barkentijn. Wat hij daar zag, was een groot contrast met wat hij kende uit zijn omgeving. We hebben een heel andere jeugd gehad. Ik ging gewoon met de Chiro naar fuifjes. Los van de politiek waren wij elkaar wellicht nooit tegengekomen en zouden we geen vrienden geworden zijn.”

Met peperdure sneakers zullen we u niet zien?

“Absoluut niet. Je zal me niet op sneakers van honderden euro’s bij de koning zien. Of er moet een ferme korting op geweest zijn. Van 80 procent of zo.” (lacht)

U gaat nu wel meer verdienen. Meer dan 8.000 euro volgens uw voorganger.

“Daar hebben we nog niet over gesproken. Ik weet niet wat ik ga verdienen. Mijn afkomst is heel bepalend voor mij. Ik kom uit een gewoon arbeidersgezin. Wat ik nu ga doen, deze job, gaat in tegen waar ik vandaan kom. Ik heb heel lang het gevoel gehad dat ik de arbeidersklasse verloochen door aan politiek te doen. Wat absurd is, want de enige reden dat ik aan politiek doe is om de wereld beter te maken voor al die mensen.”

Blijkbaar weigert u zelfs om met CEO’s te gaan eten?

(lacht) “Ik doe geen lunches of etentjes. Ze mogen bij mij op kantoor langskomen. Maar dat lange tafelen is mijn tijd verdoen. Je hebt geen drie uur nodig, het kan efficiënter en korter.”

Bent u ooit al eens in Molenbeek geweest?

“Neen, eigenlijk niet. Dus ik kan niet zeggen hoe Molenbeek aanvoelt.”

Wat vond u van Rousseaus uitspraak dat Molenbeek niet als België voelt?

“Er is wel een verschil tussen Brussel en Stasegem, waar ik woon. In een grote stad zie je veel meer armoede en daklozen. Wat ik vooral heb onthouden, is dat Conner probeerde aan te kaarten dat niet iedereen gelijke kansen heeft.”

U gaat dat verhaal niet vertellen met zo’n oneliner?

“Ik heb ook mijn hart op de tong. Maar Conner is een pak scherper op dat vlak. Ik zal genuanceerder zijn.”

Toch zei u eerder dat u geen voorstander bent van het cordon sanitaire.

“Ik heb het cordon sanitaire niet nodig om te beseffen dat regeren met extreemrechts geen optie is. Overal waar extreemrechts aan de macht is, gaan de welvaart en de vrijheid achteruit.”

Geldt hetzelfde ook voor PVDA?

“Ja. Ook PVDA heeft dubbele standaarden, bijvoorbeeld over mensenrechten. PVDA zoekt niet naar een oplossing, wij wel. De komende weken ga ik in gesprek met de burgemeesters die lokaal besturen met die partij. Vanuit mijn nationale ervaring kan ik alleen maar stellen dat er met PVDA geen land te bezeilen is.”

Wat is uw droomjob? Wil u minister worden?

“Dat is een moeilijke vraag. Omdat het er op zich weinig toe doet. Ooit zou ik wel nog een keer gewoon parlementslid willen zijn. Gefocust op één thema. En daar het verschil in maken. Als fractieleidster moest ik meer bezig zijn met management en communicatie. Er was minder tijd om op concrete dossiers iets te doen. Als voorzitter zal dat nog erger zijn.”