Direct naar artikelinhoud
AchtergrondTelevisie

Zes dingen die je moet weten over het bizarre tv-experiment ‘Squid Game: The Challenge’

In ‘Squid Game: The Challenge’ wordt geen rode maar zwarte vloeistof gebruikt bij het ‘uitschakelen’ van spelers.Beeld Netflix

Een gewelddadige fictiereeks waarin onschuldige kinderspelletjes je - letterlijk - de kop kunnen kosten omvormen tot een spelprogramma: het is misschien wel het slechtste idee uit de televisiegeschiedenis. En toch is dat exact wat Netflix met Squid Game: The Challenge probeert. Zes dingen die je over dit bizarre televisie-experiment moet weten.

Het idee

Met Squid Game had Netflix in het najaar van 2021 een gigantische hit te pakken. In die Koreaanse reeks wagen 456 volwassen deelnemers zich aan een reeks dodelijke kinderspelletjes in de hoop een immense geldprijs in de wacht te slepen. Het bloederige spektakel dat daaruit volgde, werd in de eerste vier weken na release maar liefst 1,65 miljard keer bekeken. Logisch dus dat Netflix maar wat graag een vervolg wou.

Enige probleem: aan het eerste seizoen van Squid Game werd maar liefst twaalf jaar gewerkt. Een tweede seizoen zou dus tijd kosten. Tijd die ze bij Netflix, dat een streamingoorlog uitvecht met bedrijven als Disney en Amazon, niet hebben. En dus werd met Squid Game: The Challenge een plan B uitgerold: een reallife-adaptatie van de fictiereeks.

De prijzenpot

Om van die adaptatie een succes te maken, wilden de makers zo dicht mogelijk bij de reeks blijven. Ook bij het bepalen van de prijzenpot werd er naar het origineel gekeken. Daar stond 45,6 miljard Zuid-Koreaanse won op het spel, goed voor 100 miljoen won per deelnemer. In The Challenge wordt dat 10.000 dollar per deelnemer, wat vermenigvuldigd met 456 een prijzenpot oplevert van 4,56 miljoen dollar - zo’n 4,37 miljoen euro. Meteen goed voor de grootste prijzenpot ooit in een spelletjesprogramma.

De deelnemers

Squid Game: The Challenge wordt - net zoals in de fictiereeks - gespeeld met 456 kandidaten. Een uitgelezen kans om deelnemers vanuit alle hoeken van de wereld te rekruteren. Altijd handig wanneer je een wereldwijde televisiehit voor ogen hebt. Al bezorgde het uitgebreide deelnemersveld de makers ook kopzorgen.

Een van de ongeschreven wetten in televisieland is immers dat je in realityprogramma’s nooit meer dan twintig kandidaten op mag voeren. Boven die grens wordt het voor de kijkers immers te moeilijk om met die kandidaten te connecteren. De oplossing voor dat probleem lag uiteindelijk in het format zelf verborgen. Na de eerste ronde - een internationale versie van 1, 2, 3 piano - moet al de helft van de deelnemers het spel verlaten.

De spelletjes

Een aantal van de spelletjes uit de originele Squid Game komen in The Challenge terug, maar ze allemaal recycleren was geen optie, vertelt producent John Hay aan de Amerikaanse nieuwssite The Daily Beast: “We hebben gezocht naar de juiste mix tussen herkenbaarheid en verrassing. Vergelijk het met een concert van je favoriete band. Natuurlijk wil je de hits horen, maar je kijkt als fan ook uit naar nieuw materiaal.”

Die bekende spelletjes vertalen naar het nieuwe format bleek trouwens een stuk moeilijker dan aanvankelijk gedacht. Neem nu Younghee, de gigantische pop die in het spelletje ‘Green light, red light’ - de internationale versie van 1, 2, 3 piano - de hoofdrol speelt. Wanneer die haar hoofd draait, moeten de spelers stil blijven staan. Alleen was het wat zoeken naar de juiste snelheid voor die hoofdbeweging. Draaide Younghee te traag, dan haalden de spelers aan de uithoek van haar gezichtsveld daar voordeel uit. Draaide ze te snel, dan dreigde haar gigantische hoofd eraf te vallen.

Ook het bakken van de Dalgona-koekjes was een werk van lange adem. De deelnemers moeten uit die koekjes een vormpje zien te krijgen zonder het koekje zelf te breken. Negentien verschillende recepten werden geprobeerd voor er eindelijk een koekje op tafel lag dat niet te stevig en tegelijk niet te broos was.

De eliminaties

In de fictiereeks was het simpel: hoe bloederiger de exit, hoe meer de kijkers ervan smulden. Die aanpak voor The Challenge kopiëren was, om voor de hand liggende redenen, geen optie. Maar hoe maak je dan wel op voldoende spectaculaire wijze duidelijk dat een deelnemer uit het spel ligt? Met voetzoekers, zo blijkt. Kleine verfbommetjes die in de kledij van de kandidaten zitten verwerkt en ontploffen wanneer ze het spel moeten verlaten. De vloeistof in de blommetjes is trouwens niet rood, zoals je afgaand op het origineel zou verwachten. Met de oorlogen in Oekraïne en het Midden-Oosten en de high school shootings in de VS in het achterhoofd kozen de makers voor zwarte verf.

De controverse

De inkt op de plannen voor Squid Game: The Challenge was nog niet droog of er klonk al protest. Was de hele reeks niet net een kritiek op realitytelevisie en het doorgedreven kapitalisme dat mensen ertoe brengt alles op het spel te zetten in de hoop op een prijzenpot? En was het dan niet heel vreemd om net die reeks tot realityformat te kneden?

Toen bij de start van de opnames begin dit jaar de hulpdiensten uit moesten rukken naar de Londense studio waar werd opgenomen, kwam het programma opnieuw onder vuur te liggen. Maar van een bloedbad of levensgevaarlijke spelletjes was geen sprake. De opnames vielen samen met een winterprik en de (bijna-)vriestemperaturen in de gigantische vliegtuighangar waar de kandidaten spelletjes speelden, zorgden bij een aantal van hen voor onderkoelingsverschijnselen. Vooral het eerder al vermelde ‘Green light, red light’ bleek slachtoffers te maken. De meest fanatieke spelers bleven tot een half uur lang stilstaan, met alle gevolgen van dien voor hun lichaamstemperatuur.

Squid Game: The Challenge is vanaf woensdag 22/11 te zien op Netflix.