Direct naar artikelinhoud
RecapAlleen Elvis Blijft Bestaan

Dit waren de opvallendste momenten uit ‘Alleen Elvis Blijft Bestaan’ met Sofie Van de Velde

Sofie Van de Velde in een ander tv-programma: ‘Stukken van Mensen’.Beeld Play Media

In Alleen Elvis Blijft Bestaan leggen gasten hun ziel bloot aan de hand van zelfgekozen beeldfragmenten. Bij galeriste Sofie Van de Velde schipperde het gesprek gisteren – niet onverwacht, natuurlijk - tussen de kunst en de mens.

Het allerbreedste publiek kent galeriste Sofie Van de Velde vooral van het Play 4-programma Stukken van Mensen. Ze komt erin naar voren als de enige koper die zowel haar professie als de verkopers serieus neemt: de ene van haar collega’s behandelt de deelnemers als kleuters (*kuch*Paul de Grande *kuch*), een andere (gij bijvoorbeeld, Carlo Bonte!) is in zijn persoonlijk optreden en humor zelf nooit de papschool ontgroeid. Maar dus niet Van de Velde. Die weliswaar een grande dame is in die nog al te vaak als hermetisch ervaren kunstwereld, maar dankzij haar achtergrond in de bijzondere jeugdzorg tegelijkertijd bijzonder goed weet wat het is om mens onder de mensen te zijn. Niet toevallig hield het allereerste fragment dat ze koos verband met dat ‘eerste’ professionele leven dat ze leidde. “Meteen de beuk erin”, zei ze. Zeg dat wel.

Welk fragment bleef het meest bij?

Want die eerste beeldflard was meteen ook degene die het moeilijkst te vergeten is: mogelijk is er geen enkele kijker van deze Alleen Elvis-aflevering bij wie het fragment uit de Nederlandse documentaire Alicia nièt als langste is blijven hangen. De camera zet zich erin vast op de negenjarige Alicia, die toen ze één jaar oud was in een tehuis werd geplaatst, en daar op haar negende nog zat, wachtend op de plaatsing bij een pleeggezin. De kijker maakt meteen kennis met een kind dat eigenlijk nog met poppen hoort te spelen, maar in plaats daarvan een springvat van woede is.

Maasja Ooms docu uit 2017 wilde, door in te zoomen op dit éne zeer schrijnend geval, de onmacht van de bijzondere jeugdzorg in beeld brengen. Een onmacht die Van de Velde goed kent, vertelde ze: in haar eerste carrière als hulpverlener heeft ze twintig jaar lang vooral in achterstandswijken gewerkt, waar de successen schaars zijn door de meervoudige problematieken waarmee de jongeren vaak te maken krijgen, en de teleurstellingen voor de hulpverlener zich dus snel opstapelen. Misschien is maatschappelijk werk ook geen evidente professie voor iemand die – zo gaf Van de Velde ook over zichzelf toe – ongeduldig van aard is, maar het was iets wat haar riep, zei ze. Misschien was dat wel de meest onderschatte opsteker van de hele avond: een mens kan meerdere roepingen aanhoren tijdens zijn tijd op aarde.

Wat is het verrassendste dat we over de gast te weten kwamen?

Bij een fragment uit een liveduet uit 1985, waarin countryzangers Dolly Parton en Kenny Rogers samen de song We’ve got tonight brachten (dat Rogers eerder op plaat had gezet met Sheena Easton), bleef het gesprek eventjes hangen op het verband tussen haarzelf en Parton, die het eveneens moest maken in een patriarchale wereld. Maar daar maakte Van de Velde zich van af met “Ja, die (parallel) is oké.” Maar de muziek van Parton werd ten huize Van de Velde vooral in gezinsverband veel gedraaid, en al snel zwenkte de conversatie dus uit naar het thema familie.

Zoals Van de Velde haar jeugd beschreef komt het voor dat ze in een gezin uit een John Irving-roman is opgegroeid: warm maar atypisch, met moeder en vader (kunstpaus Ronny Van de Velde) die de kinderen mee op de boot naar Londen namen om naar veilighuizen te gaan terwijl ze zelf de bedenking maakte dat ze misschien op school hoorde te zitten. Ze praatte over hoe ze van thuis uit een gevoel voor elegantie en relativeringsvermogen meekreeg, hoe er over emoties werd gepraat via kunst. Over hoe ze door de bekende waterval in het beroepsonderwijs is beland, en ze ook het priemende stigma daarvan heeft ondervonden – tot in de vroegte van haar carrière, toen ze nog altijd schrik had dat ze zou worden ‘betrapt’ als iemand die uit het beroeps kwam.

Lees ook

Galerist Sofie Van de Velde uit ‘Stukken van mensen’ en haar zoon Matisse: ‘Met zes samenwonen is véél hè, ook financieel’

Over het feit dat ze relatief jong op zichzelf is gaan wonen, maar in haar eigen stulp wel een kamer had voor haar veel jongere broer, die in de meeste weekends bij haar kwam logeren. Verderop in het gesprek vertelde ze dat ze dankzij dat warme gezinsleven waarin ze is opgegroeid goed is geworden “in hulp vragen aan mensen wanneer dat nodig is.” En ook een tragedie die ze pas meemaakte – het plotse overlijden van die jongere broer – kwam even ter sprake. “Fuck hè?”, zei presentator Thomas Vanderveken zeer terecht. “Het leven.”

Welk fragment was het meest onverwacht?

Met een clip uit de Netflix-documentaire Lewis Capaldi: How I’m Feeling Now (2023) landde het gesprek weer op het thema van de mentale gezondheid. Maar deze keer werd er in de psyche van de kunstenaar gedoken, die constant moet schipperen tussen rust vinden en geprikkeld worden. Het is een staat van zijn die ze, als galeriste, ook kent: ze vertelde hoe verterend artistieke druk kan zijn, en hoe ze ook op dat vlak helpt zorgen voor haar kunstenaars.

In het specifieke fragment wees ze vooral de interventie van Lewis Capaldi zijn manager aan als een best practice: op een moment waarop de singer-songwriter echt diep leek te zitten, maande die hem aan om even op de rem te gaan staan, hoewel dat zakelijk wellicht niet de beste beslissing was. Maar ja, wat is er belangrijker natuurlijk?

Welke fragmenten misten we?

De conversatie in deze Alleen Elvis Blijft Bestaan cirkelde geregeld van de mens naar de kunst en terug. Ook het tweede thema kwam meer dan voldoende aan bod: de kunst werd bijvoorbeeld naar voren gebracht als een manier om te spreken over “datgene waarover het moeilijk spreken is”, en “een middel om mensen te verbinden”. Misschien had het uiteindelijk afgevallen fragment over Panamarenko daar nog wel een mooie staart aan gezet. Eventjes kwam ook ene Jan Fabre ter sprake, en toen overviel deze kijker de bedenking dat Van de Velde ook nog wel iets zinvols had kunnen vertellen hoe de artistiek succesvolle kunstenaar los van de menselijke falende mens kan worden gezien. Maar anderhalf uur is kort, en de klok is – net als het leven, soms – onverbiddelijk.