Direct naar artikelinhoud
NieuwsArbeidsmarkt

De risico's van deeltijds werk voor vrouwen: ‘Nog altijd vrouwen die op latere leeftijd scheiden en dan in armoede terechtkomen’

Jessica Martusciello, die halftijds ging werken om voor haar kindje en haar mama te zorgen: ‘Ik zou voltijds moeten werken om de kinderopvang te kunnen betalen.’Beeld Thomas Nolf

Vrouwen werken vier keer zo vaak deeltijds als mannen, meestal om voor kinderen te zorgen of het huishouden draaiende te houden. Onderzoekers waarschuwen dat dit potentieel rampzalig is voor hun loopbaan en sociale rechten.

Lang hebben Jessica Martusciello (26) en haar partner er niet over moeten nadenken. Toen haar zwangerschapsverlof vorig jaar in december afliep, koos ze ervoor om halftijds te werken. De vrijgekomen tijd gebruikt de Limburgse om voor hun kindje en haar moeder te zorgen. “Vijf jaar geleden kwam mijn mama zwaar ten val”, zegt ze. “Ze brak toen een deel van haar rug. Sinds kort heeft ze daardoor hulp nodig in het huishouden of met de boodschappen.”

Dus schroefde Martusciello, die sinds 2016 voltijds werkte in een industriële wasserij, haar werk terug. Alleen al bij haar op het werk schat ze dat de helft van de vrouwelijke collega’s deeltijds werkt. In heel Vlaanderen doet 39,4 procent van de vrouwen dat, zo blijkt uit een nieuwe studie van het Steunpunt Werk van de KU Leuven die later deze maand gepubliceerd wordt in het Tijdschrift Over.Werk. Dat is vier keer meer dan mannen, waar 10 procent deeltijds werkt.

“De algemene werkzaamheidsgraad is de voorbije veertig jaar enorm toegenomen”, zegt coördinator van het Steunpunt en medeauteur Sarah Vansteenkiste (KU Leuven). “Dat is voornamelijk te danken aan vrouwen. Het aandeel vrouwen dat werkt steeg van 40,6 procent in 1985 naar 73,2 procent in 2022.” Voor de volledigheid: in diezelfde periode bleef de werkzaamheidsgraad van mannen steeds hangen rond de 80 procent.

Dat die stijging samenging met een verdubbeling van het aantal vrouwen dat kiest voor deeltijds werk, blijft vaak onderbelicht. In 1985 deed 21,2 procent van de vrouwen en 1,4 procent van de mannen dat. Nu, een kleine veertig jaar later, is het aandeel deeltijdsen bij de vrouwen dus verdubbeld.

Zorgtaken

Net zoals bij Martusciello blijft de zorg voor kinderen of andere familieleden de belangrijkste reden waarom vrouwen kiezen voor deeltijds werk. Ongeveer een op de drie van de vrouwen die deeltijds werken, zegt dat ze dat doet om voor kinderen of ouders te zorgen. Hoe meer kinderen er in het gezin zijn, hoe sterker dat patroon. Opvallend genoeg werken er minder mannen deeltijds in een gezin waar een, twee, drie of meer kinderen zijn, dan wanneer er geen kinderen zijn.

Vrouwen doen dat overigens in grote mate omdat ze dat willen doen. Negen op de tien vrouwen die minder werken om zorgtaken op zich te nemen, zeggen dat vrijwillig te doen. 7,4 procent van deze groep werkt deeltijds omdat kinderopvang niet beschikbaar of te duur is.

“In mijn geval is het beide”, zegt Martusciello. “Kinderopvang is duur. Ik zou voltijds moeten werken om dat te kunnen betalen. Doordat ik deeltijds werk, hoeft ons kindje niet naar de opvang te gaan. Mijn man werkt ook in het weekend en deels van thuis. Met een beetje puzzelen, kunnen we ervoor zorgen dat ons kindje niet naar de opvang moet – wat financieel goed uitkomt. Nu verlies ik inderdaad inkomen, terwijl mijn partner altijd al meer verdiende dan ik. En ik compenseer een deel van dat verlies via zorgkrediet omdat ik voor mijn moeder zorg.”

Het zijn in de praktijk vooral hoogopgeleide vrouwen die er bewust voor kiezen om minder te gaan werken omdat ze voor iemand moeten of willen zorgen. Bij lageropgeleide vrouwen (en mannen) is deeltijds werk minder een bewuste keuze. Dat is ook het geval voor wie een migratieachtergrond heeft. “Ze zeggen dat er geen voltijdse job voor hen beschikbaar is”, zegt Vansteenkiste. “Ironisch genoeg gaat het hier vaak om jobs in de zorg, waar mensen vaak op onregelmatige uren moeten werken. Al worstelt de zorgsector, waar men continu personeel zoekt, daarmee.” Tijdens corona was het bijvoorbeeld wel mogelijk voor pakweg rusthuizen en ziekenhuizen om deeltijds werkend personeel met elkaar ‘te delen’. “Daar zit volgens mij veel potentieel als het gaat over het opkrikken van de algemene werkzaamheidsgraad”, zegt Vansteenkiste.

Pensioenrechten

Dat vrouwen er grotendeels uit eigen wil voor kiezen om meer deeltijds te werken om te zorgen voor kinderen, is op zich niet problematisch. Al zien de onderzoekers wel twee belangrijke negatieve gevolgen. Eerder onderzoek toont dat vrouwen die deeltijds werken de vrijgekomen tijd doorgaans opvullen met een veel groter aandeel in het huishouden. Mannen tot dertig jaar namen al meer van die taken over, maar niet voldoende om dat helemaal in evenwicht te brengen. Als we betaalde en onbetaalde arbeid bij elkaar tellen, komen vrouwen dus nog altijd aan een vollere werkagenda dan mannen.

Daarnaast maakt deeltijds werk vrouwen kwetsbaarder, zowel op de arbeidsmarkt (waar ze bijvoorbeeld minder kans maken op promoties) als op het vlak van sociale rechten (ze bouwen zo minder pensioenrechten op). “De cijfers tonen dat er nog altijd vrouwen zijn die op vijftig- of zestigjarige leeftijd scheiden, minder gewerkt hebben en dan in armoede of precaire situaties terechtkomen”, zegt Vansteenkiste, die ervoor pleit pensioenrechten te verdelen over het gezin.

“Eerlijk, ik had er totaal nog niet over nagedacht”, zegt Martusciello. “Dat doe je ook niet wanneer er een kindje komt. Maar ja, ik snap wel dat er aandacht voor moet zijn. Ik zie in mijn eigen omgeving dat vrouwen na een scheiding plots voltijds moeten gaan werken omdat ze anders niet rond komen.”