Een Oekraïense soldaat bij een Sovjetgeweer dat Russische drones moet onderscheppen.© Serhii Korovayny

Plus ArtikelReportage Oorlog in Oekraïne

Alle goede luchtafweer gaat naar Kiev, dus behelpt de rest van Oekraïne zich met materiaal uit de jaren dertig

De Russen zetten steeds meer drones in, maar alleen belangrijke steden zoals Kiev hebben een goed luchtafweersysteem. In Tsjerkasy wordt met oud geschut op de drones gejaagd. “Mijn grootvader kon met dit geweer geschoten hebben.”

Corry HanckéVanuit Tsjerkasy Oekraïne

“Met een geweer van voor de Tweede Wereldoorlog. Stel je voor. Mijn grootvader kon er nog mee geschoten hebben.” Vladislav Bondarenko, een beer van een vent, schiet in een bulderlach. Het oude machinegeweer behoort tot de uitrusting waarmee zijn team de Russische drones boven Tsjerkasy moet neerhalen.

De 55-jarige ondernemer staat aan het hoofd van Zagin 5, een groep van een dertigtal vrijwilligers die de stad van 250.000 inwoners tegen de dodelijke Russische droneaanvallen probeert te beschermen. Tsjerkasy ligt in het centrum van Oekraïne, vanuit Kiev 200 kilometer stroomafwaarts langs de Dnjepr. De stad ligt binnen het bereik van Iraanse Shahed-drones, die vertrekken van de Krim of vanuit de Russische stad Rostov-on-Don. Ze kunnen 40 kilogram explosieven bij zich hebben, voldoende om enkele gebouwen plat te leggen.

In een donker achterafgebouwtje wachten enkele mannen tot de nachtploeg hen komt aflossen. Buiten is het ijzig koud, binnen brengt een hete kachel de sfeer op saunatemperatuur. Bondarenko zit in zijn warme uniform achter een aftands bureautje, zijn ogen dwalen geregeld naar het scherm van zijn pc, de walkietalkie ligt binnen handbereik. Hij pakt er het logboek bij, een papieren schriftje waarin de droneaanvallen met pen worden genoteerd. Vrijdag een aanval tussen elf en twee overdag, zaterdag een aanval rond de middag en een na middernacht, zondag kort na de middag. De aanvallen duren twee tot drie uur en lang niet alle drones raken doel. Vaak komen de bewoners van de regio er met de schrik van af, omdat de onbemande vliegende bommen uiteindelijk een eind verder in het veld terechtkomen.

Net als op concerten

Zodra de radar drones in het Oekraïense luchtruim heeft gespot, worden de teams gewaarschuwd. Vanaf dan hebben ze vijftien tot twintig minuten. Ze lopen naar buiten en speuren de hemel af op zoek naar de drie meter grote drones. Op basis van hun verschillende waarnemingen schatten ze in waar de drone naartoe vliegt, waarna het luchtalarm in die stad afgaat. Schutters, zoals de mannen van Bondarenko, proberen de drones ondertussen neer te halen.

(Lees verder onder de foto)

Vladislav Bondarenko.© Serhii Korovayny

De commandant neemt ons mee naar buiten om het lichtkanon te tonen. Het is een grote spot, het type dat op concerten wordt gebruikt. Hoog in de lucht projecteert Bondarenko een lichtkegel in de nachtelijke hemel. Je ziet zoiets in stripverhalen, in oude films en blijkbaar ook in de Oekraïense regio’s die geen gesofisticeerd luchtafweersysteem hebben.

“Nee, in Kiev hebben ze dat lichtkanon niet nodig, daar hebben ze betere systemen”, zegt Bondarenko. Hij pakt zijn gsm en toont met een spottende lach een oude pick-up met een geweer op de laadbak gemonteerd. “Zo trekken wij ten oorlog.” De uniformen, de kogels en de auto’s hebben de vrijwilligers zelf gekocht of via donaties gekregen. Het geschut komt uit het oude legerarsenaal.

Misleidende drones

Het team is er niet gerust op. Vorig jaar lieten de drones Tsjerkasy links liggen, maar dit jaar komen er meer en meer. Vaak wordt een groep van drie tot zes drones in de buurt gesignaleerd. De Russen hebben bijgeleerd: de eerste drones waren wit, waardoor ze ’s nachts tegen de donkere hemel oplichtten, nu zijn ze zwart en stil. Je ziet en hoort ze niet. Ze hebben een powerbank aan boord en kunnen hun route onderweg veranderen.

“In Kiev hebben ze dat lichtkanon niet nodig, daar hebben ze betere systemen”

Vladislav Bondarenko

Leider Oekraïens droneteam

De Russen proberen de Oekraïners te misleiden. De eerste twee drones die worden gedetecteerd, hebben geen explosieven aan boord, de volgende twee gaan plots een andere richting uit. Of de radar detecteert zes drones, terwijl er maar twee op komst zijn.

(Lees verder onder de foto)

Het oude wapentuig behoort tot de uitrusting waarmee het team de Russische drones boven Tsjerkasy moet neerhalen.© Serhii Korovayny

Tsjerkasy zet zich schrap. De derde oorlogswinter is begonnen en iedereen vreest dat de Russen, net als vorig jaar, de energievoorzieningen van het land zullen platleggen. De stad heeft, naar goeie Sovjetgewoonte, een centraal warmwatersysteem. Eén drone kan maken dat de hele stad geen warm water of verwarming heeft. Veel drones kunnen haar van de kaart vegen.

Steun van het leger

Boven op een oude kraan in de haven, houdt Serhii Stojakov overdag de wacht, twaalf uur in de bijtende kou op een ijzeren platform. Hij neemt er achter twee automatische geweren plaats, een uit 1932 en een uit 1936, allebei keurig onderhouden. In de ruimte van de kraanman, zijn schuilplaats, liggen een slaapzak, een walkietalkie, een waterkoker, pakken koffie, een verrekijker en een nachtkijker. In het dagelijkse leven werkt Serhii bij de bank. Hij is vrijgesteld van het leger, omdat zijn vrouw zwaar ziek is. “Hier kan ik als vrijwilliger toch mee mijn land verdedigen”, zegt hij. Sinds kort krijgen de vrijwilligers, die het luchtafweersysteem boven Tsjerkasy zelf hebben uitgedokterd, steun van het leger. “Wij geven onze kennis en ervaring door”, zegt Bondarenko.

De regio Tsjerkasy heeft een tiental teams van dertig tot tachtig man die met lichtkanonnen en oude geweren weerstand proberen te bieden tegen de nieuwste aanvalstechnieken van de Russen, die het gebruik van drones van de Oekraïners hebben afgekeken. Eind november heeft het Russische leger de grootste droneaanval op Kiev sinds de invasie uitgevoerd. Volgens de Oekraïense overheid waren toen 75 drones op weg naar de hoofdstad. 74 zijn neergehaald. Velen vrezen dat dat nog maar een begin is. Bondarenko zou graag meer en moderner materiaal hebben om z’n stad te verdedigen.

Deze reportage kwam tot stand met de hulp van Karina Piliugunia.
Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Lees meer