Stiptheid treinen keldert: bijna één op de vier komt niet of met vertraging aan op eindstation

De stiptheid van het binnenlandse treinverkeer wordt gemeten in het eindstation en - als de trein door de Brusselse Noord-Zuidverbinding rijdt - in het eerste station van die Noord-Zuidverbinding op zijn traject. Als de trein 6 minuten of meer vertraging heeft, wordt hij als niet-stipt beschouwd. De voorbije maand reed 80,8 procent van de treinen in België stipt. Dat betekent dat 19,2 procent, of bijna één op de vijf treinen, met minimum zes minuten vertraging reed.

“Dat is geen goed resultaat”, zegt Thomas Baeken, de woordvoerder van Infrabel. “We beseffen dat en doen er alles aan om de stiptheid te verbeteren.”

Volgens Infrabel is het najaar traditioneel “een grote uitdaging en een moeilijke periode”. “Het herfstweer zet de stiptheid onder druk. De bladeren van de bomen belanden op het spoor en worden platgereden door de treinen. Daardoor kunnen de wielen van de treinen doorslippen en zeker in bosrijke en heuvelachtige gebieden is dat een probleem voor de stiptheid”, legt Baeken uit. Om dat probleem aan te pakken, zet Infrabel ook speciale werktreinen in die de gladheid op delen van het spoor moeten aanpakken.

Verder zijn er tal van incidenten die een effect hebben op de stiptheid en waarop Infrabel geen controle heeft, zoals ongevallen, spoorlopers en schade aan het materieel of de bovenleiding. “Op 2 november heeft storm Ciara een grote impact gehad op de stiptheid. Alleen al door die storm is de stiptheid met 2 procent gezakt”, benadrukt Baeken. De storm was die dag verantwoordelijk voor in totaal 45.000 minuten vertraging van de treinen.

Hij verduidelijkt nog dat Infrabel zelf verantwoordelijk is voor 14 procent van de stiptheid. “Storingen aan de infrastructuur liggen daarbij vaak aan de basis van de verminderde stiptheid en we doen er alles aan om die problemen met de infrastructuur sneller op te lossen”, aldus Baeken.

Daarnaast was er volgens de NMBS ook de impact van noodzakelijke werken aan het spoor, zoals ter hoogte van Herentals. “Daardoor liepen treinen vertraging op bij het binnenlopen van een station”, zegt NMBS-woordvoerder Bart Crols.

Het spoornet staat volgens Crols overal in Europa onder druk. “België is daarbij geen uitzondering. En we worden geconfronteerd met een fors gestegen aantal spoorlopers en een aantal persoonsaanrijdingen dat verdubbeld is sinds 2019. Dat zorgt voor impact op het hele net en dat zie je ook in de maand november”, aldus Crols.

N-VA-Kamerlid Tomas Roggeman wijst met een beschuldigende vinger richting minister van Mobiliteit Georges Gilkinet (Ecolo). “De stiptheid onder minister Gilkinet zakt zienderogen. Zijn groene recepten voor het spoor zorgen voor een onbetrouwbare dienstverlening en dit zien we maand na maand zwart-op-wit”, klinkt het. Volgens Roggeman reden de treinen in november 5 procent minder stipt in vergelijking met dezelfde maand een jaar eerder, en zakte het stiptheidscijfer met maar liefst 10 procent ten opzichte van november 2021, tijdens de coronapandemie. “De reiziger verdient beter", vindt de N-VA-politicus.

Zondag gaat een eerste fase van het nieuwe vervoersplan van de NMBS in. Dat plan voor de komende drie jaar is volgens de NMBS “het meest ambitieuze plan ooit”, en moet het aantal treinkilometers met 7,4 procent doen toenemen. Er zullen meer treinen rijden en er wordt ingezet op een betere dienstverlening ’s avonds en in het weekend. Toch gelooft Roggeman niet dat de reiziger daar voordeel zal van ondervinden. “Het wordt voor de NMBS zo nog moeilijker om de stiptheidscijfers op te krikken en de reiziger een betere dienstverlening te verschaffen”, denkt hij.

LEES OOK.

EXCLUSIEF. Het regent klachten over NMBS: “Opeengepropt zitten als in een beestenwagon, plezant is dat allerminst”(+)

Waarom loopt de levering van M7-treinen twee jaar achter? “Zelfs wanneer ze overal rijden, zal het spoorprobleem niet zijn opgelost”(+)