Delphine - de buitenechtelijke dochter van koning Albert II die zich sinds oktober 2020 prinses van België mag noemen en de familienaam Van Saksen-Coburg mag dragen - stuurde via haar advocaat een brief naar De Croo. Ze betreurt dat ze maar voor een beperkt aantal plechtigheden wordt uitgenodigd en dat ze anders wordt behandeld dan haar broer en zus, prins Laurent en prinses Astrid.

De Croo bevestigde zaterdag, in de marge van een bezoek in het Amerikaanse Houston, dat hij de brief kreeg. Hij benadrukte dat Delphine geen officiële functie heeft en daarom niet uitgenodigd wordt voor bijvoorbeeld Koningsdag of de nieuwjaarsreceptie voor de gestelde lichamen van het koninklijk paleis.

Lees ook

  Na het tumult is het tijd voor ‘vergeving en verzoening’ 

‘Het is heel duidelijk’, zei De Croo. ‘Personen die worden uitgenodigd voor die evenementen, voeren een officiële functie uit in ons land. Een deel van de koninklijke familie heeft een officiële functie, prinses Delphine niet.’

Astrid en Laurent hebben wel officiële functies en moeten in die hoedanigheid ook verantwoording afleggen aan de regering en het parlement, aldus nog de premier. Delphine moet dat niet.

Geen toelage

Eerder zaterdag reageerde Delphine dat ze ‘betreurde’ dat haar ‘vertrouwelijke brief aan premier Alexander De Croo’ is gelekt. ‘Het was nooit mijn bedoeling om enige controverse uit te lokken’, reageert ze bij monde van haar raadsman Marc Uyttendaele. ‘Ze kreeg te horen dat dit gerechtvaardigd werd door het feit dat ze geen toelage uit de staatskas ontvangt - iets waar ze ook nooit om gevraagd heeft.’

Volgens haar raadsman vindt prinses Delphine dat er ‘geen enkele reden is waarom ze niet als volwaardig lid van de koninklijke familie zou worden beschouwd’.

De woordvoerder van het Paleis wil niet reageren op de brief die vrijdag via Het Laatste Nieuws lekte.

Lees ook

 Hoe Delphine zich in bad moest verstoppen