ongelijkheid

In België ben je beter af als Oekraïense vluchteling dan als asielzoeker

Oekraïense vluchtelingen schuiven aan om zich te laten registreren op de Heizel in Brussel, in maart 2022.© Kristof Vadino

De manier waarop we asielzoekers behandelen, staat in schril contrast met hoe we Oekraïense vluchtelingen hebben verwelkomd, concluderen onderzoekers van de UAntwerpen. ‘We moeten stoppen met denken dat asielzoekers geen opvang verdienen.’

Kubra Mayda

Er is een ‘ontzettende ongelijkheid’ tussen de behandeling van Oekraïense oorlogsvluchtelingen en die van reguliere asielzoekers. Dat stellen onderzoekers vast in het recentste Jaarboek voor Armoede en Ongelijkheid van de UAntwerpen, dat maandag werd gepubliceerd. Het gevoel van urgentie dat er was bij overheden en de bredere bevolking na de toestroom van Oekraïense oorlogsvluchtelingen, ontbreekt wanneer het gaat om andere vluchtelingen en asielzoekers, schrijven ze.

‘Voor die laatste groep is al meer dan twee jaar geen opvang meer gegarandeerd’, zegt socioloog Dirk Geldof (UAntwerpen en Odisee), die meewerkte aan het hoofdstuk over vluchtelingen. Ons land kan niet langer garanderen dat elke asielaanvrager bed, bad en brood krijgt. ‘Dat geldt niet alleen voor alleenstaande mannelijke aanvragers, maar ook voor werkende asielzoekers en Dublin-aanvragers (die al in een ander EU-land asiel hebben aangevraagd, red.)’, zegt Geldof.

Crisismanagers

Dat staat in schril contrast met de manier waarop Oekraïense vluchtelingen werden verwelkomd na de Russische inval in februari 2022. De nood aan een snelle opvang van Oekraïners maakte van onze overheden ‘bricolerende crisis­managers’, aldus Geldof. Hij ziet daarin bewijs dat het wel degelijk mogelijk is om samen te werken op verschillende beleidsniveaus.

Een Oekraïense vrouw in een opvangcentrum van het Rode Kruis, in oktober 2022.© Kristof Vadino

‘We slaagden erin om snel oplossingen te vinden’, zegt hij. ‘Denk aan de gemeenten en gastgezinnen die vluchtelingen opvingen. Maar als het gaat om andere vluchtelingen, zien we het omgekeerde: op het niveau van de gewesten is er helemaal geen sprake van woonbegeleiding en blijven vluchtelingen veel te lang in opvangcentra. Veel lokale besturen verzetten zich dan weer tegen extra opvangplaatsen, met als gevolg dat er meer mensen op straat moeten slapen en aan hun lot worden overgelaten. Nochtans hebben zij recht op een even menselijke behandeling als de Oekraïners.’

Een recent voorbeeld dat in het Jaarboek wordt aangehaald om die ongelijke behandeling te illustreren, is de beslissing van de Vlaamse regering in april 2023 om per provincie in extra noodlocaties voor Oekraïense vluchtelingen te voorzien, terwijl de federale regering op dat moment al weken op zoek was naar een tijdelijke opvanglocatie voor 400 asielzoekers.

‘Dat de oorlog in Oekraïne dicht bij huis is, verklaart mee waarom er meer goodwill was’, zegt Jill Coene, coördinator van het Jaarboek. ‘Vanaf de toestroom van Oekraïense vluchtelingen zagen we in de opvattingen over vluchtelingen een fenomeen dat we normaal alleen zien bij armoede. Zoals mensen een onderscheid maken tussen de zogenaamde deserving en undeserving poor (de visie dat sommige arme mensen steun verdienen, maar anderen niet, red.), zo beschouwde de publieke opinieOekraïense vluchtelingen als deserving refugees. Met andere woorden: ze verdienen empathie en opvang. En door het beeld dat politici schetsen over andere asielzoekers, bijvoorbeeld door in vraag te stellen of ze wel vluchtelingen zijn of door hen gelukszoekers te noemen, ziet de samenleving die groep als undeserving’, zegt Coene. ‘We moeten stoppen met denken dat asielzoekers geen opvang verdienen.’

Wir schaffen das

Nochtans, schrijven de onderzoekers, was er tijdens de asiel- en opvangcrisis van 2015 wel zo’n gevoel van urgentie in het asielbeleid, met Angela Merkels ‘Wir schaffen das’ als leidmotief. ‘Minstens in Vlaanderen en België lijken dat gevoel van urgentie en de overtuiging van een humanitaire verantwoordelijkheid in acht jaar tijd te zijn weggesmolten.’

Een Oekraïens gezin komt aan bij hun verblijfplaats in Brussel, in oktober 2022.© Kristof Vadino

Die ongelijke behandeling vanaf het begin maakt de kloof alleen maar groter, duidt Geldof nog. ‘Nederlandse onderzoekers concludeerden vorig jaar dat wanneer asielzoekers vanaf het begin van hun procedure menselijk worden behandeld, hun verdere integratie vlotter verloopt. Dat zien we ook terug bij Oekraïense vluchtelingen, die beter doorstromen naar de arbeidsmarkt. Maar de doorstroming naar het onderwijs of een woning loopt bij reguliere asielzoekers veel trager en moeilijker. Als een asielzoeker vandaag door Fedasil erkend wordt, krijgt die acht weken om het opvangcentrum te verlaten en moet die op eigen kracht, zonder inkomen, een woning vinden, in tijden van een groeiende wooncrisis. Velen komen dan ook in steeds precairdere panden terecht, of belanden op straat.’