Parlementsleden die bij de verkiezingen van juni 2024 niet herkozen worden, kunnen rekenen op een afscheidsvergoeding. Afhankelijk van de lengte van hun mandaat, krijgen ze 6 tot 24 maanden lang de som van 11.643 euro bruto uitgekeerd, ofwel 128 procent van de parlementaire vergoeding. Daarvoor wordt dus volgend jaar 4,8 miljoen euro voorzien, maar ook in 2025 zal er nog budget nodig zijn.

PVDA pleit ervoor om de uittredingsvergoedingen af te schaffen en politici een normaal statuut van werknemer te geven. “Telkens opnieuw is er veel verontwaardiging over de torenhoge uittredingsvergoedingen voor politici, maar de traditionele partijen veranderen niets aan dat systeem”, zegt fractieleider Jos D’Haese. “En dus zou de belastingbetaler nu opnieuw 10 miljoen euro aan uittredingsvergoedingen moeten ophoesten. Wij stellen voor dat politici sociale bijdragen betalen zoals iedereen en dus ook recht hebben op een gewone werkloosheidsuitkering in plaats van een uittredingsvergoeding die ook blijft doorlopen als je nieuw werk hebt gevonden.”

LEES OOK. Er werd aangedrongen op besparingen, maar de Senaat vraagt toch 3,6 miljoen euro extra

Bij de begrotingsbespreking in het Vlaams Parlement zal PVDA een amendement indienen om de uittredingsvergoedingen af te schaffen.