Minister Verlinden (CD&V) voorstander van nieuwe vestiging Civiele Bescherming: "Op een goede plek, zoals in Westhoek of Limburg"

Minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden (CD&V) is voorstander van een nieuwe vestiging voor de Civiele Bescherming. In de nasleep van storm Henk komt veel kritiek op het beperkte aantal kazernes en het gebrek aan middelen binnen de dienst. “Het is jammer dat een beslissing die nog recent genomen is, enkele tijd later door zo veel mensen in vraag gesteld wordt”, zegt Verlinden.

Vanuit de kazernes zelf kwam afgelopen dagen de kritiek dat de Civiele Bescherming onder meer onderbemand is. Dat is het gevolg van de federale hervormingen die vier jaar geleden onder voormalig minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon (N-VA) zijn doorgevoerd. De regering besliste toen om de kazernes van de Civiele Bescherming terug te brengen van zes tot twee. Die bevinden zich nu in Brasschaat en Crisnée.

“Men heeft toen beslist om budgetten vrij te maken, maar die beloftes zijn niet nagekomen. Onze infrastructuur is dramatisch”, zei kolonel Johan Boydens van de Civiele Bescherming van de kazerne in Brasschaat gisteren in “De ochtend” op Radio 1.

Er zijn toen extra middelen gegaan naar de brandweerzones. Dat heeft geloond, stelt huidig minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden (CD&V). Maar bij de Civiele Bescherming ontbreekt het aan infrastructuur en bemanning.

“We moeten werken aan betere coördinatie en infrastructuur zodat het gespecialiseerde materiaal dat we aankopen ook goed beschermd kan worden. Voor die budgetten wil ik de komende maanden blijven vechten binnen de regering”, zegt ze in “De ochtend” op Radio 1.

Te drastisch

Volgens Verlinden is de Civiele Bescherming door de vorige regering te "drastisch" afgeslankt. “De dienst is toen opgevat als hulpverlening van de tweede lijn. Dat betekent dat ze waar nodig de brandweerzones ondersteunen. Die nieuwe taakverdeling heeft natuurlijk impact op het terrein.”

“Het is jammer dat een beslissing die nog recent genomen is, enkele tijd later door zo veel mensen in vraag gesteld wordt. We moeten goed kijken wat we doen”, gaat Verlinden verder.

Ik ben zeker niet tegen het openen van een satelliet van de Civiele Bescherming, ergens goed gelokaliseerd
Annelies Verlinden, minister van Binnenlandse Zaken (CD&V)

Verlinden is daarom voorstander van een nieuwe vestiging voor de Civiele Bescherming. “Ik ben zeker niet tegen het openen van een satelliet van de Civiele Bescherming, ergens goed gelokaliseerd. Zoals in de Westhoek of in Limburg. Dat zijn plaatsen waarvan we weten dat wateroverlast een probleem kan zijn.”

“Maar dat kan niet in een vingerknip gerealiseerd worden. Het moet doordacht gebeuren”, benadrukt Verlinden. “In aanloop naar de volgende verkiezingen is het zeker iets dat deel zal moeten uitmaken van het regeerakkoord”, klinkt het. Voor 2024 is nog twee miljoen euro extra voorzien voor de Civiele Bescherming om meer mensen aan te werven en middelen aan te kopen, laat ze weten.

Beluister hier het volledige gesprek met minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden in "De ochtend" op Radio 1:

Preventie

Dat er aan de infrastructuur van de Civiele Bescherming gesleuteld moet worden, ontkent Verlinden niet. Maar ze wijst ook met de vinger naar preventie. “Het vrijmaken van waterlopen en het vergunnen van bufferbekkens om water- en buffercapaciteit te voorzien is ontzettend belangrijk bij het aanpakken van crisissen.”

Elke euro die je in preventie investeert, spaar je uit op moment van een crisis

Annelies Verlinden, minister van Binnenlandse Zaken (CD&V)

“Elke euro die je in preventie investeert, spaar je uit op het moment van een crisis. Als we preventief te werk gaan, dan is de aanpak van de crisis ook een stuk eenvoudiger. We hebben de afgelopen jaren meer rampen voor de kiezen gekregen: heidebranden, bosbranden, overstromingen... Dat zal allicht niet anders zijn in de toekomst.”

Herstelcoördinator

Daarnaast lanceert Verlinden ook het concept van de “herstelcoördinator”. Dat is een voortvloeisel uit de conclusies van de leercommissie na de overstromingen in Wallonië in de zomer van 2022. “We gaan een belangrijke rol voorzien voor de herstelfase. Na de overstromingen in Wallonië zaten veel mensen nog met hun voeten in de modder toen de meest urgente fase al achter de rug was.”

Dat moet anders, zegt Verlinden. “Op dat moment volgt de heropbouw van de huizen, aanleg van wegen, organisatie van openbaar vervoer. Om dat allemaal vlotter te laten verlopen stellen we in dit nieuwe pakket van regelgeving om te werken met een “herstelcoördinator””, zegt ze.

“Op die manier wordt er al vanaf de meest urgente fase de blik gericht op het herstel en kunnen de mensen ook weten dat eraan gewerkt wordt. Dat is ontzettend belangrijk voor hen”, aldus Verlinden.

Meest gelezen