Minder dan helft van bushaltes van De Lijn toegankelijk voor mensen met beperking
15.023 bushaltes van de 28.035 bushaltes van De Lijn zijn ontoegankelijk voor mensen met een beperking. Dat is meer dan de helft. Dat blijkt uit het antwoord van Vlaams minister van Mobiliteit Lydia Peeters (Open VLD) op een vraag van Vlaams Parlementslid Els Ampe (Voor U).
Van de 28.035 haltes zijn er 4.014 - één op de zeven - toegankelijk voor mensen met een motorische beperking en 8.998 - één op de drie - voor mensen met een motorische beperking, als ze ten minste assistentie krijgen.
Bij de tramhaltes is de toestand iets beter: 56 procent van de tramhaltes is toegankelijk. Daarbij moet worden vermeld dat er veel minder tramhaltes zijn: 699.
Voor wat de voertuigen betreft, is de situatie beter. Alle bussen zijn uitgerust met een manuele of elektrische oprijplaat. Bij de trams is 72 procent uitgerust met een lage vloer en een manuele oprijplaat.Â
"De Lijn houdt te weinig rekening met mensen met een beperking", vindt Els Ampe. "En dat als publieke dienst. De overheid legt nochtans strenge regels op aan de private sector. De Lijn draait vierkant. Dat moet anders."
"De voertuigen zijn onze verantwoordelijkheid, maar voor de haltes staan het Agentschap Wegen en Verkeer en de lokale besturen in", reageert Astrid Hulhoven van De Lijn. "We hebben er geen impact op en halen het zelf als pijnpunt aan in ons memorandum voor de volgende verkiezingen."
"Heel wat tools voor lokale besturen"
"Deze legislatuur werd het Masterplan Toegankelijkheid gelanceerd met heel wat tools voor lokale besturen, want meer dan 62 procent van de haltes liggen langs gemeentewegen en zijn in hun beheer", reageert Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken Lydia Peeters.
"Zo kunnen zij rekenen op een subsidie van maximaal 5.000 euro per halte die men toegankelijk aanlegt en van maximaal 650 euro voor aanpassingen ten behoeve van personen met een visuele beperking. Daarnaast kunnen lokale besturen zich engageren in ons coachingtraject."