Brand vernielt verschillende bedrijfsunits op Dikberd: “Vlammen sloegen bij onze aankomst uit het gebouw”

Burgemeester Mien Van Olmen (CD&V): “De brand is rond 7 uur ‘s morgens ontstaan. Het gaat om een gebouw met vier bedrijfsunits in. Eén daarvan is min of meer gevrijwaard gebleven. De andere drie hebben zeer zware schade opgelopen. De oorzaak van de brand is nog onbekend.” Er werd ook een BE-alert uitgestuurd naar de buurtbewoners om ramen en deuren gesloten te houden. Om 11 uur mochten buurtbewoners ramen en deuren opnieuw open zetten.

_{(Lees verder onder de foto)}

Toen de brandweer iets na 7 uur ter plaatse kwam, sloegen de vlammen al uit het dak van het gebouw. In het pand zijn vier kleine kmo’s gevestigd waaronder een dakwerker en een handelaar in elektrische voertuigen. “Het vuur woedde het hevigst in de unit waar de dakwerker was gevestigd”, zegt Kristof Geens van de Brandweerzone Kempen. “Maar het is niet zeker dat daarom ook de brand daar begonnen is. We moesten daar de brand wel extra voorzichtig aanpakken, want in het pand stonden nog enkele gasflessen. Daarvan zijn er ook enkele ontploft. De unit van de dakwerker is in elk geval volledig verloren.”

_{(lees verder onder de foto)}

De brand had nog veel complexer kunnen zijn, want in een van de andere units is een handelaar in elektrische voertuigen gevestigd. Zo stonden er onder meer enkele Tesla’s binnen. “Maar we hebben samen met de handelaar gelukkig de zeventien elektrische wagens tijdig naar buiten kunnen rijden”, zegt Geens. “Een geluk, want een brand van een elektrische wagen is complex om te blussen.” Een derde bedrijf handelt in lichtarmaturen. Daar zou de brandschade eerder beperkt zijn, maar is er mogelijk wel roet- en waterschade.

De precieze oorzaak van de brand word nog onderzocht. Het is ook de vraag of het gebouw nog gerenoveerd kan worden of dat een afbraak en heropbouw zich opdringt. Het stadsbestuur heeft ook een waarschuwing voor buurtbewoners. “Er zijn tijdens de brand zonnepanelen vernield. Het materiaal van deze panelen kan mogelijk in de tuinen van omwonenden terecht gekomen zijn. Men moet zeer voorzichtig zijn bij het opruimen daarvan. De restanten mogen naar het recyclagepark gebracht worden of meegegeven met het restaval”, klinkt het bij het stadsbestuur.