Archieffoto

Kinderen geboren van oktober tot december nemen vaker ADHD-medicatie: "Passen minder in systeem"

Kinderen die geboren worden van oktober tot december nemen vaker ADHD-medicatie dan kinderen geboren in een andere maand. Dat blijkt uit onderzoek van CM Gezondheidsfonds. “Ze zitten vaak in een vroegere ontwikkelingsfase dan hun klasgenoten en passen minder in het systeem”, verklaart CM-voorzitter Luc Van Gorp.

Het medicatiegebruik bij kinderen met ADHD tussen 6 en 17 jaar steeg met 20 procent in minder dan 10 jaar tijd (2013-2022). Dat blijkt uit de meest recente studie van CM Gezondheidsfonds. Volgens de schattingen van CM nam in 2022 2,4 procent van de jongeren tussen 6 en 17 jaar een medicijn op basis van methylfenidaat. Dat is het hoofdbestanddeel van Rilatine, maar ook van andere ADHD-medicijnen.

Vooral bij meisjes ziet CM een stevige stijging  (+42 procent bij meisjes, +13 procent bij jongens). "We vermoeden dat het gebruik van dit soort medicijnen bij meisjes vroeger ondergerapporteerd werd", zegt CM-voorzitter Luc Van Gorp.

We proberen mensen steeds meer onder controle te krijgen

CM-voorzitter Luc Van Gorp

Het toegenomen gebruik van ADHD-medicatie op jonge leeftijd baart hem zorgen. Hoewel hij het nut in bepaalde gevallen niet in twijfel trekt, is hij van oordeel dat medicijnen als Rilatine bij een ADHD-diagnose best zo laat mogelijk worden voorgeschreven. 

"We proberen mensen steeds meer onder controle te krijgen. ADHD-medicatie wijzigt het gedrag van een persoon en dat is zorgwekkend, want dan ben je niet meer de persoon die je zou moeten zijn", aldus van Gorp.

Kinderen geboren van oktober tot december

Een opvallende vaststelling uit het CM-onderzoek: jongens die geboren worden van oktober tot  december nemen vaker ADHD-medicatie dan jongens geboren in een andere maand. Deze tendens ziet de mutualiteit ook in andere landen, en daar ook bij meisjes.

Dat toont volgens CM de rol die de schoolomgeving speelt in de diagnose van ADHD, want bovengenoemde kinderen zijn elk jaar opnieuw de jongsten van de klas. Het is volgens CM mogelijk dat in bepaalde gevallen immaturiteit wordt verward met een aandachtsstoornis en dat onterecht naar medicatie wordt gegrepen. “Deze kinderen zitten in een vroegere ontwikkelingsfase en passen minder in het systeem", aldus Van Gorp.

Om het leeftijdsverschil en het eventuele verschil in maturiteit weg te werken pleit CM voor een ander onderwijssysteem. "Vandaag kennen we jaarklassen met daarin kinderen geboren in hetzelfde kalenderjaar (januari tot december), maar misschien moeten we naar een systeem van halfjaarklassen. In een andere omgeving zullen kinderen zich misschien ook anders gedragen." 

Betere begeleiding nodig

Ook het centrum voor leerlingenbegeleiding CLB stelt vast dat steeds meer Rilatine wordt voorgeschreven aan jongeren met ADHD. "We hebben het gevoel dat er soms te snel naar "het pilletje" wordt gegrepen", zegt algemeen directeur Stefan Grielens.

"We zien al jaren een toename van het aantal meldingen van gedragsproblemen op school en we stellen vast dat er vaak snel gekeken wordt in de richting van ADHD. Men vraagt zich af of "het probleem in het kind zit" en kijkt minder naar de context waarin het kind opgroeit." 

Vooral het voorschrijven van Rilatine zonder bijhorende begeleiding baart Grielens zorgen. "Wij geven altijd het advies om niet alleen medicatie voor te schrijven, maar ook te kijken hoe de omgeving van het kind kan gewijzigd worden zodat het kind zichzelf beter onder controle kan krijgen, zonder medicatie."

Er wordt soms te snel naar "het pilletje" gegrepen

Stefan Grielens, CLB

Een pleidooi dat wordt bijgetreden door CM-voorzitter Luc Van Gorp. "We weten dat op lange termijn een behandeling door een psycholoog vergelijkbare resultaten oplevert als een behandeling met medicatie. Medicatie moet gecombineerd worden met andere soorten van behandeling, zoals therapie.”

Ook de opvolging van kinderen met ADHD laat op dit moment te wensen over, oordeelt CM. In 2022 zag slechts 43 procent van de kinderen met ADHD die medicatie gebruiken een psychiater en slechts 15 procent zag een psycholoog. 

Steeds langer

CM stelt ook vast dat ADHD-medicatie steeds meer voor langere periodes wordt voorgeschreven. Eén kind op vier dat start met medicatie op de leeftijd van 6 jaar, blijft die medicatie gebruiken tot 17 jaar. Gemiddeld nemen kinderen goed 7 jaar lang de medicatie. 

"Onrustwekkend", aldus Van Gorp. CM wijst erop dat er te weinig wetenschappelijk onderzoek is over langdurig gebruik van ADHD-medicatie, maar dat er wel gekende bijwerkingen zijn, zoals verlies van eetlust en slechter slapen.

Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat de medicatie niet bij alle jongeren op lange termijn goed blijft werken

Kinder- en jeugdpsychiater Karen Vertessen (UPC KU Leuven)

De richtlijnen in België stellen dat het gebruik van ADHD-medicatie jaarlijks moet worden geëvalueerd. Dat betekent dat er moet nagegaan worden of de medicatie nog nuttig is en of de dosis nog klopt. "Die evaluatie is echt nodig, want uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat die medicatie voor een deel van de jongeren wel goed blijft werken op lange termijn, maar zeker niet bij alle jongeren", zegt kinder- en jeugdpsychiater Karen Vertessen (UPC KU Leuven) in "De ochtend" op Radio 1.

Die jaarlijkse evaluatie is trouwens ook nodig voor de terugbetaling van de medicijnen via de mutualiteit. "Maar op dit moment gebeurt die evaluatie niet voldoende", zegt Vertessen. "Zeker niet bij huisartsen die bepaalde medicatie ook kunnen voorschrijven, maar die niet kunnen zorgen voor de terugbetaling. Dat kan enkel via een erkende psychiater of neuroloog." 

Vertessen begrijpt wel dat huisartsen vaak in een lastige situatie zitten wanneer ouders met kinderen, die - door de lange wachtlijsten - geen plaats vinden bij een jeugdpsychiater, binnenstappen met de vraag naar ADHD-medicatie. "Maar huisartsen - en ook ouders en scholen - moeten beseffen dat een ADHD-behandeling uit meer bestaat dan enkel medicatie."

Meest gelezen