Er is de voorbije dagen al heel wat gezegd en geschreven over het nieuwe vervoersplan van De Lijn, meer bepaald fase 2 van het systeem van basisbereikbaarheid. De hervorming was woensdag ook de inzet van een fel debat in het Vlaams Parlement. Oppositiepartijen PVDA, Vlaams Belang, Groen en Vooruit hakten stevig in op het plan. 

Wim Verheyden (Vlaams Belang) noemt het nieuwe vervoersplan ronduit “een achteruitgang”. PVDA-fractieleider Jos D’Haese bestempelt het plan dan weer als een “fiasco”. “Draai deze plannen terug en investeer in meer en beter openbaar vervoer”, aldus D’Haese. 

Volgens Groen-parlementslid Stijn Bex (Groen) zijn vooral de meest kwetsbare reizigers de dupe van de nieuwe plannen. Hij vindt dat minister Peeters de hervorming “ondermaats” heeft aangepakt. Ook volgens Vooruit-parlementslid Els Robeyns heeft minister Peeters de waarschuwingen jarenlang in de wind geslagen en moet zij nu durven toegeven dat “het plan niet werkt”. 

“Het werkt wél”, counterde minister Peeters. Volgens haar is de chaos die door critici voorspeld werd uitgebleven en zijn er ook heel wat “positieve signalen”. De Open VLD-minister veegt de klachten die er zijn niet onder de mat. “We nemen die ter harte en we zullen zorgen voor bijsturingen. We laten niemand in de kou”, aldus Peeters. 

De Open VLD-minister blijft voluit achter de hervorming staan. Die zal volgens haar onder meer zorgen voor 3 miljoen extra voertuigkilometers en een efficiëntere dienstverlening met hogere frequenties en snellere reistijden.

Ook minister-president Jan Jambon staat nog lijnrecht achter de hervorming. Hij wijst erop dat de decretale basis voor de hervorming zonder één tegenstem is goegekeurd en dat elke grote hervorming gepaard gaat met “kinderziektes”. “Maar we enageren ons om waar nodig bij te sturen en aan te vullen”, aldus Jambon. Het plan moet volgens hem wel de kans krijgen “om zich te zetten”.